De belangrijkste beslissing die gisteravond tijdens het debat over het ‘Verdienvermogen van Nederland’ werd genomen door demissionair minister Micky Adriaansens, is het verzetten van de deadline voor de vierde aanvraagronde van 1 april naar 1 juni.
Demissoinair minister Micky Adriaansens zei hierover: “Er is een formatie gaande en er bestaan uiteenlopende wensen ten aanzien van het NGF. Er is behoefte aan meer richting, aanscherping en actualisering. Aan de andere kant: er zijn ook bedrijven die al bezig zijn met de aanvraag en daarbij wordt veel geld uitgegeven. Het is zoeken naar een balans. Door deze ronde twee maanden uit te stellen, hoop ik meer rust te creëren.”
Waarom dit belangrijk is:
Tijdens het debat over het verdienvermogen van Nederland werd gister duidelijk dat de toekomst van het Nationaal Groeifonds onzeker is. Het onderwerp wakkert een fundamenteel debat over innovatie en investeringen in Nederland aan.
Rachel van Meetelen (PVV) vroeg eerder al om de vierde ronde van het NGF niet open te zetten zolang er geen nieuw kabinet is gevormd. De partijen die prominent aan de formatietafel zitten (PVV, BBB, NSC en VVD) willen het NGF afschaffen of korten. Deze partijen haalden vorig jaar al geld uit het fonds om een verlaging van de benzineaccijns te bekostigen.
Onzekere toekomst
De toekomst van het Groeifonds is dus onzeker. Of de subsidieronde van 3,4 miljard euro in dezelfde omvang doorgaat, is onduidelijk. Er kwamen verschillende opties voor een andere vormgeving van het fonds langs. Zo stelde Femke Zeedijk (NSC) voor om het NGF te integreren met Invest-NL en RVO om een “nationale ontwikkelingsmaatschappij” op te tuigen. “Een mooie gedachte”, aldus Adriaanse.
Tjeerd de Groot (D66) liet weten zich ernstig zorgen te maken. “Ik hoor u [demissionair minister Adriaanse, red.] zeggen dat we niet slordig om mogen gaan met bedrijven, en dat betrouwbaarheid en voorspelbaarheid belangrijk zijn. Er lopen al vijftig quick scans. Het uitstellen van het groeifonds is geeft precies het tegenovergestelde signaal als het gaat om een betrouwbare overheid die gelooft in innovatie en de kracht van start-ups.”
Adriaansens reageerde daarop met het argument dat het NGF weliswaar essentieel is voor innovatiekracht, maar niet de enige manier. “Het belangrijkste is dat we investeren in R&D. En dat het NGF doorgang vindt op een manier die aanvaardbaar is voor zowel de Eerste als Tweede Kamer. In de huidige vorm is dat niet het geval.”
Breed draagvlak
Uit een enquête– die Quantum Delta NL liet uitvoeren door Kieskompas – blijkt dat er in Nederland wel degelijk een breed draagvlak is voor het Nationaal Groeifonds. Negentig procent niet wil bezuinigen op innovatie en zeventig procent van de respondenten is van mening dat politici te sterk gericht zijn op de korte termijn, terwijl “investeringen in innovatie juist leiden tot een gezond economie die oplossingen kan bieden voor maatschappelijke problemen.”
Innovatie beschermen
Gezien de politieke verschuivingen en dreigende bezuinigingen, maakt de innovatiegemeenschap zich zorgen over het voortbestaan van Nederland als technologisch vooruitstrevend land. Vorige maand startten Quantum Delta NL en PhotonDelta een petitie om het NGF en de toekomst van Nederlandse innovatie te beschermen. De partijen dringen aan op het behoud van kritieke investeringen te midden van politieke verschuivingen die het concurrentievoordeel van het land zouden kunnen beïnvloeden.
Marcel Levi, voorzitter van de Kenniscoalitie, riep deze week bij BNR op om het geld van het NGF vast te leggen in de Rijksbegroting. Nederland is eigenlijk het enige Europese land dat niet voldoet aan de afspraak om drie procent van het bnp aan kennis en innovatie te besteden, stelt de coalitie. Het Nationaal Groeifonds kan helpen bij het behouden en aantrekken van bedrijven, vooral bij bedrijven die veel investeren in R&D. Daarom moet de Tweede Kamer vol inzetten op extra investeringen, zo luidt de oproep van de Kenniscoalitie. “Anders mis je de verdere ontwikkeling van nieuwe bedrijven en blijf je economisch enorm achter.” Het debat gisteravond lijkt lijnrecht tegenover deze oproep te staan.
Alternatieve financiering
Peter van Asperen, Senior Manager PWC Energy Transition and regulation, droeg op LinkedIn een aantal alternatieve financieringsopties aan. Hij was zelf onderdeel van verschillende NGF-projecten en vindt dat de discussie die de politiek zou moeten voeren, begint met de vraag wat Nederland wil. “Wat voor type bedrijven hebben we nodig om gelukkig met elkaar te worden? Het idee van het NGF is dat we nog niet precies weten wat we nodig hebben, dat heet innovatie… Vervolgens is de vraag wat er nodig is om die projecten van de grond krijgen. En: hoe krijgen we organisaties en bedrijven zo ver om met oplossingen te komen die ons land verder gaan helpen of hun nek uitsteken om een energietransitie tot stand te brengen?”
Als bedrijven dat op eigen kracht lukt, stelt Van Asperen, is de overheid niet nodig. Is dat niet het geval, dan kan Den Haag een rol spelen door publieke financiering beschikbaar te stellen. “Daarvoor zijn veel meer opties dan alleen een grote subsidiepot.” Hij noemt een lening, een garantie, of een subsidie die een bedrijf terug moet betalen als blijkt dat het ze financieel voor de wind gaat. De overheid kan ook verschillende financieringsmogelijkheden inzetten (‘blended finance’).