Ik ben zelden zo boos geweest als bij de berichtgeving rond de misstanden tijdens de lustrumfeesten van de Amsterdamse studentenvereniging ASC/AVSV. Dit gaat namelijk zoveel verder dan een stelletje snotneuzen dat zich misdraagt op een feestje; dit legt drie kernproblemen in het bestuur van onze samenleving bloot.
Laat ik vooropstellen dat ik, ook in mijn studententijd, nooit iets heb begrepen van het concept studentenvereniging en er ook nooit lid van ben geweest. Lid worden van een club bier zuipende corpsballen zodat je ‘vrienden voor het leven’ kreeg, was een formule die ik ook 25 jaar geleden al niet begreep. Ik zocht mijn vrienden liever zelf uit.
Dehumanisering
Wat ik wél begrijp, juist omdat het mijn professie betreft, is dat een cultuur iets is dat je met elkaar ontwerpt en dat er in dit specifieke ontwerp alles misgaat wat er maar mis kan gaan. Vrouwen worden hier gedehumaniseerd en tot object gedegradeerd. Dat object krijgt zelfs een naam: “sperma-emmer”. Vrouwen worden bedreigd (“de nekken van vrouwen te zullen breken” om hun “lul erin te steken”), simpelweg vanwege het feit dat ze vrouw zijn. Een jaar lang gesprekken over een veilige, respectvolle cultuur binnen de studentenvereniging ten spijt, werden tijdens de lustrumfeesten, bij wijze van vermaak, naakte vrouwen op een podium geplaatst waar mannen met hun hoofd tegenaan beuken. Johee, joho, wát een lol, wát een vermaak.
Wie denkt dat het hier om een klein groepje dronken mannetjes met een slecht gevoel voor humor gaat, heeft het mis. Het gaat hier om de grootste studentenvereniging van Nederland met duizenden leden, waarbij honderden mannen gezamenlijk ‘hoer’ riepen wanneer ze het over vrouwen hadden. Honderden mannen die straks de topposities in ons land gaan claimen en het centrum worden van onze bestuurscultuur. Tussen deze honderden mannen zitten de CEO’s, de topadvocaten, de politici en de spin doctors van de toekomst. Deze mannen vormen de pilaren van de bestuurscultuur in 2040.
Pilaren van de bestuurscultuur
Laten we eens naar wat pilaren uit de huidige bestuurscultuur kijken. Dan hebben we het over een minister-president die geen actieve herinneringen heeft bij zo’n beetje iedere lastige kwestie. Over een dickpic-versturende bestuurder bij een voetbalvereniging. Over een minister die bij een kwestie rond vriendjespolitiek liever een dwangsom aan de rechter betaalt (weliswaar op kosten van de belastingbetaler) dan dat hij openheid in geschriften geeft. Over bestuurders die professionals die kritische geluiden laten horen met alle liefde en plezier naar een ‘functie elders’ wegbonjouren. En over een mediamagnaat die zijn geile familieleden en vrienden rustig laat werken met jonge meisjes – want er was toch een balie ingericht waar deze meisjes bij misstanden melding konden doen.
Drie kernproblemen
De problemen rond de huidige bestuurscultuur laten zich samenvatten in drie thema’s: 1) het zien van vrouwen als seksobjecten, 2) het laten prevaleren van vriendjespolitiek, en 3) het wegmoffelen van problemen. En exact deze drie elementen komen terug bij de kwestie van de Amsterdamse studentenvereniging. Niet alleen omdat de vrouwen voor deze mannelijke studenten hoeren en sperma-emmers zijn geworden in een vereniging die draait om vriendschappen opbouwen en het netwerk uitbouwen (vriendjespolitiek dus).
Maar je ziet het ook aan de manier waarop ze deze kwestie trachten op te lossen: het klein maken door de focus te leggen op de vier sprekers (en niet op de honderden aanwezigen die net zo goed ‘hoer’ riepen). Alles tot op de bodem willen uitzoeken met een onderzoek, en -tot de resultaten van dat onderzoek bekend zijn- de ‘trial by media’ te stoppen. Een herkenbaar stappenplan, vast bedacht door een spin doctor die vaker boven komt drijven bij problemen in een bestuurscultuur die in de doofpot moeten verdwijnen.
De problemen rond de huidige bestuurscultuur laten zich samenvatten in drie thema’s: 1) het zien van vrouwen als seksobjecten, 2) het laten prevaleren van vriendjespolitiek, en 3) het wegmoffelen van problemen.
Eveline van Zeeland
Een nieuwe cultuur komt niet uit de lucht vallen
Als je blijft doen wat je altijd gedaan hebt, dan krijg je wat je altijd gekregen hebt. Wil je dingen anders krijgen, dan moet je dingen dus fundamenteel anders aanpakken. Het zoveelste interne onderzoek uitschrijven en de zoveelste gesprekkencyclus over de cultuur starten gaat dus niets helpen. Een nieuwe cultuur hoeft ook helemaal geen jaren te duren (zoals nu vaak vergoelijkt wordt in relatie tot de kwestie met de Amsterdamse studenten: “een cultuuromslag kost nu eenmaal tijd”). Een nieuwe bestuurscultuur komt inderdaad niet zomaar uit de lucht vallen. Daarvoor moet je dingen letterlijk anders gaan doen, anders gaan inrichten, anders gaan ontwerpen. Maar als je dat slim doet kan de omslag razendsnel gaan.
Ik zie daarbij een rol voor technologie weggelegd. In het hele proces van selectie en werving voor functies worden door enkele organisaties nu reeds HR-robots gebruikt. Die robots kan je met gemak programmeren op een manier dat het zijn van een corpsbal geen streepje vóór, maar een streepje achter betekent. Ook kan je met gemak een polsbandje met spraakherkenning ontwerpen dat, bij wijze van ‘instant feedback’, vervelend begint te trillen wanneer de man zich denigrerend over vrouwen uit. Ik leg zo maar eens wat mogelijkheden op tafel.
Een fundamenteel herontwerp, en snel graag
Het ontwikkelen van technologie dat de drie kernproblemen van de bestuurscultuur tackelt is niet zo ingewikkeld. Mocht men het willen, dan is het zo voor elkaar. Het probleem zit, zoals bij de meeste innovaties, in de brede adoptie. Voor adoptie is ‘awareness’ een belangrijke stap en daarin hebben we allemaal een rol te vervullen. Met z’n allen moeten we ervoor zorgen dat dit soort issues niet weggemoffeld en intern gehouden worden, maar juist onder het vergrootglas komen te liggen. Hoe onaangenaam dat vergrootglas ook is. Alleen wanneer we blijven benoemen en adresseren kan een daadwerkelijke realisatie ontstaan dat het tijd is voor een fundamenteel herontwerp van onze bestuurscultuur. Wat mij betreft is die tijd niet nu, maar gisteren al aangebroken.
Over deze column:
In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Eveline van Zeeland, Derek Jan Fikkers, Eugène Franken, Katleen Gabriels, PG Kroeger, Carina Weijma, Bernd Maier-Leppla, Willemijn Brouwer en Colinda de Beer probeert Innovation Origins te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Morgen zal het dus goed zijn. Hier zijn alle voorgaande afleveringen.