© Hans Braxmeier via Pixabay
Author profile picture

Ik ben nog van de generatie die een levendige herinnering heeft aan de invoering van het tweede televisienet in Nederland. Een schoolvriendje vertelde op een dag heel trots dat zij thuis dat namelijk al hadden. En in mijn fantasierijke geest zag ik in de mij bekende woonkamer een donkerkleurig net aan het plafond hangen. Iets als een visnet, of een camouflagenet, dat in de jaren zeventig ook daadwerkelijk werd gebruikt om kamers mee op te vrolijken. Je ziet, ik was in mijn denken mijn tijd al ver vooruit.

📺 In die tijd -we spreken van 1964- kon je buiten nog een woud aan antennes zien die op de daken waren bevestigd. We plukten toen allemaal zelf het signaal uit de lucht. Dat verdween met de opkomst van de centrale antenne inrichting (CAI). Het netwerk dat toen werd aangelegd, heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat er nergens in Europa zoveel huishoudens op internet zijn aangesloten als in Nederland. Want de daarvoor benodigde infrastructuur lag er immers al. Zo zie je maar weer dat er wel degelijk technische vooruitgang mogelijk is zonder de negatieve effecten van de Wet van de remmende voorsprong. Want met die CAI waren we ook al voorlopers.

🌐 Het schoot allemaal door mijn hoofd toen ik het bericht las van VDL die slimme lantaarnpalen gaat bouwen. Die zijn noodzakelijk om enerzijds de ontwikkeling van een ‘smart city’ mogelijk te maken en anderzijds moet voorkomen dat we net als in de jaren zestig weer tegen een woud van communicatiemasten moeten aankijken. Want er gaat wat afgecommuniceerd worden als straks de drones ons om de oren vliegen en de autonoom rijdende auto’s over de straten cruisen.

🍞 Het leuke van de artikelen op Innovation Origins is dat je er altijd weer wat nieuws van opsteekt. Neem nou het verhaal van collega Mauro Mereu over Litouwen, dat hij schreef voor de serie Decarbonizing Europe. Blijkt dat deze kleine Baltische staat in de top 15 staat van graanleveranciers in de wereld. Nooit geweten.

🍓En als we dan onder meer uit dat prachtige land de grondstoffen voor ons dagelijks brood krijgen -en de rest- dan blijkt dat we door de band genomen met elkaar een derde van dat alles ook gewoon weer weggooien. Doodzonde! Maar er is nu een scanner ontwikkeld, waarmee de voedingsmiddelensector dat flink kan terugschroeven. En dat scheelt ook nog eens in de uitstoot van CO2.

Ik wens je voor straks alvast smakelijk eten!

Arnoud Cornelissen

Chefredacteur Innovation Origins.