Met nog maar twaalf jaar te gaan tot het definitieve verbod in de Europese Unie op de verkoop van auto’s met verbrandingsmotoren, maken elektrische voertuigen (EV’s) slechts een klein deel uit van het hele Europese wagenpark. Volgens Eurostat waren er meer dan 253 miljoen personenauto’s in de EU (alle cijfers dateren van 2021), waarvan er minder dan twee miljoen batterij-elektrisch aangedreven waren. Dat is slechts 0,76 procent. Als je de landen buiten de EU meerekent, zoals Noorwegen, Groot-Brittannië en Zwitserland, dan stijgt dat aandeel licht naar 0,96 procent. Noorwegen springt eruit met het hoogste percentage elektrische auto’s van het continent.
Duitsland is het land met het grootste aantal auto’s en heeft het absoluut hoogste aantal EV’s. Deze vormen echter slechts een kleine fractie van het wagenpark. Italië is het op één na grootste land in Europa wat betreft het personenwagenpark en heeft ook het op één na grootste aantal auto’s per hoofd van de bevolking. In 2021 waren er echter minder dan 120.000 elektrische auto’s in dat land. In Frankrijk – waar het aantal totale personenauto’s vergelijkbaar is – waren er drie keer zoveel EV’s. Ook Groot-Brittannië en Nederland hadden meer elektrische voertuigen dan Italië.
Trends
Benzine- en dieselauto’s vormen samen 90 procent van het hele Europese personenautopark. Daarbij zijn ook hybride modellen meegerekend. De grote meerderheid van de voertuigen wordt dus nog steeds aangedreven door verbrandingsmotoren. Het schonere – maar nog steeds fossiele – vloeibaar petroleumgas is de derde meest gebruikte motorbrandstof, die minder dan drie procent van de Europese personenauto’s aandrijft.
Hoewel ze slechts een klein deel van het Europese personenwagenpark vertegenwoordigen, neemt het aantal EV’s op de Europese wegen toe. De laatste jaren is er een groei waargenomen doordat de technologie is verbeterd (met een groter rijbereik) en overheidssubsidies de aankoop van elektrische voertuigen hebben gestimuleerd.
Tesla staat aan de top
In 2021 werden ruim 1,2 miljoen auto’s verkocht. Tesla en Volkswagen waren de twee merken die de meeste auto’s verkochten, waarbij de Amerikaanse autobouwer een paar honderd auto’s meer verkocht. De Model 3 van autobedrijf Elon Musk was veruit het meest verkochte voertuig van het jaar. Ook de ID.3 en ID.4 van Volkswagen eisten een plek op in de top vijftien, evenals de e-UP!.
De Franse autofabrikant Renault heeft iets minder dan 100.000 auto’s verkocht. De meeste daarvan waren Zoe-modellen: ongeveer 70.000. Hyundai en Peugeot staan respectievelijk vierde en vijfde. Fiat stond slechts op de tiende plaats. Deze autofabrikant realiseerde wel grootste verkoopstijging ten opzichte van 2020: namelijk 284 procent. Dat was geheel toe te schrijven aan het verkoopsucces van de elektrische versie van de iconische Fiat500.
