©Pixabay
Author profile picture

De coronacrisis heeft de ontwikkelingen van start-ups die zich op online educatie en thuiswerk richten, een enorme vaart gegeven. Deze week besteedt Innovation Origins daarom extra aandacht aan start-ups in deze edtech-sector. Dit is het laatste artikel uit de serie.

Geen ondernemer die dit hardop durft te zeggen: maar de verspreiding van het valse virus is toch echt hét ticket naar succes voor start-ups die al een tijdje bezig waren om een product te maken voor online leren of thuiswerken. In ondernemerskringen noemen ze deze markten ‘edtech’, een samentrekking van educatieve technologie en work-from-hometech.

Deze schaamte over succes in tijden van corona is nergens voor nodig. Want de start-ups die het nu goed doen, hebben vaak al een flink aantal jaren van hard ploeteren om geld te vinden, het product te ontwikkelen en klanten te werven achter de rug. Precies om die reden gaat het deze bedrijven nu voor de wind. Nu thuiswerken- en -leren zo’n grote vlucht hebben genomen om de verspreiding van COVID-19 in te dammen, komen hun innovatieve, uitgebalanceerde producten perfect van pas.

Van huis uit op kantoor printen

Zonder probleem lukte het werknemers wereldwijd om bijvoorbeeld van huis uit stukken te printen op kantoor na het gratis downloaden van de software van AnyDesk. Dat is een Duitse start-up die voorziet in een integraal software framework waardoor alle systemen op alle draadloze en mobiele apparaten met alle systemen waar dan ook ter wereld kunnen communiceren. De kinderziektes waren er al uit voor de viruscrisis uitbrak. Dus daar hadden de gebruikers geen last van. Wat een geluk!

Dat geldt ook voor de online lespakketten van de Utrechtse start-up Faqta: die gingen grif over het internet nu onder andere de basisscholen de kinderen thuis van lessen moeten voorzien. Waren veel onderwijzers eerst huiverig om de online lessen van Faqta in te kopen omdat ze de lessen graag zelf inhoudelijk willen voorbereiden, of ze er nu veel kennis van hebben of niet. In deze tijd van thuiszitten hebben ze niets anders ter beschikking en maakten ze ineens graag gebruik van het aanbod van Faqta om ze gedurende de crisis gratis te downloaden.

De vraag is nu: blijft er iets over van de afzet van deze start-ups als de crisis voorbij is? Of dumpen scholen, onderwijzers, bedrijven, managers en werknemers de toepassing van de nieuwe technologie zo snel ze kunnen?

Wat blijft er over van online leren en werken?

De meeste ondernemers denken van niet. Neem Martin Meulenkamp van 2DAYSMOOD, een start-up die een tool ontwikkeld heeft om het gevoel van de werknemers over hun werk dagelijks of wekelijks te peilen met en simpel te bedienen app. Hij denkt dat werknemers geen zin meer hebben om vijf dagen per week in de file te staan. Zelf woont hij in Schiedam, en normaal gesproken is hij uren onderweg naar Utrecht als hij de auto zou nemen. Omdat de wegen continu vast staan. Ook al ga je om drie of vier uur ‘s middags  al naar huis. Tijdsverspilling, zegt hij. Dat wist hij de hele tijd al. Maar nu bewezen is dat je veel werk van huis uit kunt doen, denkt hij dat thuiswerken ‘het nieuwe normaal’ wordt. In de tijd dat je anders in de auto zou zitten, kun je nu met je kinderen spelen, sporten, lekker uitgebreid koken en eten of met vrienden afspreken. Je word er simpel gezegd een relaxter persoon van. En je werk kun je gewoon blijven doen.

De werkgever heeft er ook voordeel van want die hoeft minder reiskosten te vergoeden. In tijden van overvolle treinen en metro’s en dichtgeslibte wegen, is er ook een belang voor de rijksoverheid om thuiswerken te stimuleren. Het oplossen van files is moeilijk en duur. Die moet dan meer wegen en bruggen aanleggen en dat kost miljarden. Ook het uitbreiden van de treincapaciteit en metronetten kost miljarden. Als je die uitgave door thuiswerken kunt beperken, scheelt dat de beheerder van de schatkist – die door de crisis toch al rap leeg raakt – een heleboel geld.

Ingesleten patronen op scholen

Voor wat betreft online leren ligt het waarschijnlijk moeilijker. Zodra de kinderen naar school gaan, nemen de onderwijzers de lessen weer over en zullen ze hun oude, ingesleten patronen weer oppakken. Wat echter wel interessant voor onderwijzers kan zijn, is dat ze lessen van internet kunnen plukken zoals van de website van LessonUp. Dat scheelt ze tijd en levert ze direct nieuw lesmateriaal op dat ze niks kost. Alleen als een school een licentie vraagt om online toetsen af te kunnen nemen en hen bij huiswerk te kunnen begeleiden moet er worden betaald.

Als blijkt dat de online lessen tot betere resultaten leiden en resultaten de school geld opleveren, zoals oprichter Klaas Lameijer van Symbaloo in de Verenigde Staten verwacht, zullen ze een blijvertje zijn. Kinderen krijgen in de VS een beurs om te studeren als ze heel goed scoren. En studeren is daar peperduur. Dat geeft Amerikaanse scholen extra druk om de kinderen zo goed mogelijk te laten presteren.

Maar misschien blijven ook de Nederlandse scholen die online leren voor de coronacrisis links lieten liggen de lespakketten van Faqta gebruiken. Immers, deze lessen zijn gemaakt voor onderwijzers die geen vakdocent zijn op gebied van bijvoorbeeld biologie, kunstgeschiedenis of muziek. Omdat je op de meeste basisscholen nu eenmaal geen vakdocenten hebt, moeten de ‘gewone’ onderwijzers die lessen geven. De ouders van de kinderen hebben de gespecialiseerde lessen van Faqta nu natuurlijk ook gezien omdat hun kinderen ze thuis zaten te volgen. Misschien dat ze er om gaan vragen bij de school als alles weer ‘normaal’ is en dat dit het verschil zal maken.

Coronaschaamte slaat nergens op

Wat ‘het nieuwe normaal’ wordt, dat weet niemand. Maar wel duidelijk is dat deze start-ups in het gat gesprongen zijn dat gevallen is door de coronacrisis. Sommige ondernemers schamen zich daar zelfs voor. Ze willen niet te boek staan als graaiers en geven hun diensten nu gratis weg. Terwijl iedereen in staat geweest is om van huis uit door te functioneren dankzij deze ondernemers.

Grote oude bedrijven zoals luchtvaartbedrijf KLM is miljardensteun van de regering toegezegd. Start-ups krijgen niet zoveel. Het is sowieso altijd al een uitdaging  om geld van investeerders te krijgen om hun product door te kunnen ontwikkelen. Maar nu is het helemaal erg. Klagen hoor je ze niet. Ze zijn liever bezig met het ontwikkelen van hun product. Als TechLeap niet aan de bel had gehangen, zouden ze het waarschijnlijk helemaal vergeten zijn.

De start-ups van vandaag zijn de redding van morgen

De staat heeft natuurlijk een groot aandeel in KLM. Dus KLM geen steun verlenen zou ook verlies betekenen. Maar het zijn wel de start-ups die de economie nu overeind houden. Daar hoor je nooit iemand over. Misschien is het goed om daar ook eens over na te denken. De start-ups van vandaag zijn de redding van morgen.