We leven in een zeer interessante tijd waarin we serieuze doorbraken zullen gaan maken op de diverse mobiliteitsgebieden. We streven naar nul-emissie, geen congestie en het aantal dodelijke ongevallen moet naar nul. In 2018 lag dit op 678 (2017: 613), terwijl er in 1972 nog meer dan 3000 dodelijke slachtoffers in het verkeer te betreuren waren bij veel minder gemaakte autokilometers.
Transitie, innovatie en disruptie zijn de buzzwoorden van de huidige tijd. Het leuke daarvan is dat iedereen innovatief kan zijn. Want innovatie wil niet zeggen dat een product of dienst nieuw is in de wereld, maar dat het nieuw is voor degene die innoveert. Kortom; bestaan er nog wel bedrijven die van zichzelf vinden dat ze niet op één of andere manier innovatief zijn? Ik denk het niet. Het woord innovatie heeft daarom net zoals transparantie en synergie zijn langste tijd gehad.
Disruptie, als het al een Nederlands woord is, voorlopig nog niet. De disruptor zit voor wat betreft zijn communicatie wel in een moeilijk parket. Enerzijds moet de communicatie zo enthousiast mogelijk zijn om voldoende financiële middelen op te halen. Anderzijds loopt de disruptor wel het risico heel snel van de Gartner glijbaan af te stuiteren en is de business misschien wel snel voorbij omdat de verwachtingen niet worden waargemaakt. Ik geef reeds een aantal jaren presentaties aan allerlei verschillende groepen. Daarbij valt het op dat het geloof in de komst van de zelfrijdende auto enorm gedaald is en het geloof in waterstof als energiedrager in bepaalde sectoren enorm is gestegen. De vraag is of dit terecht is, of dat men louter steeds op zoek is naar iets nieuws.
Een mooi voorbeeld van het geloof in een nieuwe technische hype en het verval daarvan is de Wankelmotor. In 1960 gaf NSU een persmededeling over haar nieuwe uitvinding en was zij medeorganisator van een seminar op 19 januari 1960 van de vereniging van Duitse ingenieurs. Ook de technische pers was aanwezig. Er kwamen 1350 man terwijl er op 300 was gerekend. Vanaf het moment van de persmededeling was de belangstelling voor de Wankelmotor overweldigend. Er kwamen al vlot vreemde persmededelingen: de Hamburger persdienst NordPresse berichtte van een draaizuigermachine die 2 liter benzine per 100 km verbruikte bij een vermogen van 60 pk. Andere persmededelingen waren: toekomstmachine, motor zonder toerentalgrens, NSU heeft een goudmijn, half zo veel benzineverbruik, versnellingsbak overbodig, zinloos om ook nog maar één minuut ontwikkelingsarbeid in de zuigermotor te steken, een dwergmotor met reuzenkracht, de draaizuigermotor kan overal op rijden; benzine kan goedkoper worden. Het gezaghebbende Duitse Auto, Motor & Sport sprak zelfs over een revolutie en dat de Wankelmotor een groot effect zal hebben op de machineproductietechnologie en de productie van energie. De aandelenkoers van NSU steeg enorm. Binnen twee jaar vertienvoudigde de koers. Een jaar later was de koers alweer in sterk verval geraakt.
The Times They Are a-Changin‘, maar de geschiedenis herhaalt zich wel vaak. De vraag is daarom ook wat we kunnen leren van de historie, zodat we weten hoe we het nu anders aan moeten pakken. Één van de grote uitdagingen waarvoor we nu staan, is de beschikbaarheid van accu’s voor de enorme vraag die er aankomt voor auto’s, vrachtauto’s etc. van Europese makelij, gekoppeld aan de ontwikkeling van batterijtechnologie. De Battery Alliance zou daarvoor mede moeten zorgen. Dit is een Europees samenwerkingsproject dat cruciaal is voor de toekomst van de Europese auto-industrie. Het is een project van “lange adem” waarbij we mogen hopen dat deze niet door allerlei hypes e.d. beïnvloed worden, maar dat het voorbeeld van de aanpak van Toyota wordt gevolgd in het geval van grote innovaties. De Prius werd in 1997 zonder al teveel kabaal op de markt gebracht met een lange termijn doelstelling. Na een zeer voorzichtig begin werd in 2009 reeds de 2 miljoenste Toyota hybrid op de markt gebracht. De vraag is daarom welke weg Europa volgt. Is het de Angelsaksische, waarin vooral snel gescoord moet worden of de Japanse, waarbij vastgehouden wordt aan lange termijn doelstellingen? Ik ga van het laatste uit.
Over deze column:
In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Maarten Steinbuch, Mary Fiers, Carlo van de Weijer, Eveline van Zeeland, Lucien Engelen, Tessie Hartjes, Jan Wouters, Katleen Gabriels en Auke Hoekstra, probeert Innovation Origins uit te vinden hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, af en toe aangevuld met gastbloggers, zijn allemaal op hun eigen manier bezig met oplossingen voor de problemen van onze tijd. Zodat Morgen Beter wordt. Hier alle eerdere afleveringen.