In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Maarten Steinbuch, Mary Fiers, Carlo van de Weijer, Lucien Engelen en Tessie Hartjes, probeert E52 uit te vinden hoe de toekomst eruit zal zien. De vijf columnisten, af en toe aangevuld met gastbloggers, zijn allemaal op hun eigen manier bezig met oplossingen voor de problemen van onze tijd. Zodat Morgen Beter wordt. Deze zondag is Tessie Hartjes aan de beurt. Hier alle eerdere afleveringen.
Onlangs ben ik mijn vader verloren. Aan het einde van de zomer in 2009 werd bij hem de diagnose gesteld van een zeldzame auto-immuun nierziekte: fibrillaire glomerulonefritis. Hij is in al die jaren altijd heel sterk geweest waardoor het soms makkelijker leek dan het was. Geslaagde maar ook mislukte operaties, 7,5 jaar dialyseren en een hoop afgeleide problemen hebben uiteindelijk hun tol geëist. Soms geluk gehad maar uiteindelijk ook veel pech.
Ondanks vele tegenslagen is hij altijd optimistisch gebleven, iets waar ik nog steeds veel respect voor heb. Toen pap afgelopen november op de eerste hulp werd opgenomen ging ik er stom genoeg van uit dat het ook deze keer wel weer goed zou komen. Het was immers een bekend beeld: pap die scherpe en gevatte opmerkingen bleef maken terwijl hij via allerlei slangetjes gekoppeld aan piepende apparaten zat.
Na een succesvolle transplantatie een klein jaar eerder hadden we het simpelweg niet meer verwacht. De klap is dan ook enorm… Ik kan en wil nog steeds niet geloven dat hij er nooit meer zal zijn. Na een gesprek met hem voelde het altijd alsof ik naar huis ging met een meer ingevulde versie van mezelf. Zo graag zou ik nog een keer met hem vrolijk willen kletsen zoals we vaak deden. Dit verlangen heeft me de laatste tijd veel aan het denken gezet over ontwikkelingen die gaan richting het eeuwige leven, fysiek, of in de vorm van een AI.
Er is een stroming die claimt dat “de dood slechts een technisch probleem is”. (Uit het boek Homo Deus waar Maarten Steinbuch laatst over schreef). Zo vond een Nederlander onlangs een eiwit dat ouderdom kan tegengaan en in sommige opzichten zelfs kan omkeren. Met gen therapie zijn er steeds meer mensen op zoek naar het genezen van ouderdom. Mocht je daarnaast een falend orgaan hebben; dan rolt een vervanging in de toekomst wellicht gewoon uit de 3-D printer. Maar naast fysieke eeuwigheid zijn er ook ontwikkelingen die kijken naar het downloaden van kennis uit je hersenen. Zou het mogelijk zijn om in plaats van een urn met as straks een USB-stick met een AI-versie van je naaste te ontvangen? En hoe snel zou dat wennen en overkomen als echt? Op dit moment klinkt het in ieder geval heel aantrekkelijk, al is het maar om nog een keer advies te vragen en alles te zeggen wat ik nog had willen zeggen.
Ik ben en blijf gefascineerd door alle technische mogelijkheden die we als mensen al tot onze beschikking hebben. Maar als ik terugkijk op het gehele ziekteproces van mijn vader dan verbaast het me eigenlijk hoe slecht we in staat zijn om daadwerkelijk te monitoren wat er binnen in onze lichamen gebeurt. Het zal dan ook nog wel lange tijd duren voordat we daar echte wonderen van mogen verwachten in de vorm van eeuwig leven. Of eigenlijk beter: een leven lang gezond blijven.
In de tussentijd hebben we daarom alle orgaandonoren keihard nodig en ik vind het dan ook fantastisch dat afgelopen week de nieuwe donorwet is aangenomen. Het voelt persoonlijk wat dubbel maar het biedt hoop voor de vele anderen die op een donor wachten. Pia, namens mij en velen: heel veel dank!