Author profile picture

Bij de meeste mensen gaat er niet direct een lampje branden wanneer de naam Anteryon valt, maar CD’s kent iedereen. Anteryon, toen nog onderdeel van Philips, maakte vanaf de jaren negentig miljoenen lenzen per jaar voor in de cd-spelers. Nu zijn de optische modules vooral te vinden in industriele toepassingen. Voor het nauwkeurig meten van land, de versheid van groente en fruit, medische scanners voor weefselonderzoek of als hulpmiddel voor oogchirurgen. Verder levert Anteryon precisieglas en sensoren voor in de machine’s van ASML. Alleen lenzen en lasers maakt het bedrijf dus al lang niet meer, steeds vaker ontwikkelt en assembleert de spin-off van Philips complete optische systemen.

“Zo’n systeem moet naadloos aansluiten op de toepassing van de klant”, vertelt Edwin Wolterink CTO van het Eindhovense bedrijf. Deze zomer verhuisde Anteryon naar de Brainport Industries Campus waar het bijna 4000 vierkante meter, inclusief een cleanroom van zo’n 1900 vierkante meter huurt. Hier heeft Anteryon opties om snel door te kunnen groeien. Trots vertelt Wolterink over een detectiesysteem voor een melkrobot die Anteryon ontwikkelde voor een klant: “Zo’n systeem moet betrouwbaar en precies zijn, het moet uiers kunnen herkennen en meten of de robotarm niet teveel druk zet. In een stal is het vochtig, vies en er is niet altijd veel licht. Hoe vertaal je dat in het design? Waar moet je rekening mee houden? Het is totaal anders dan alléén een lens maken. We ontwikkelen, assembleren en testen systemen of producten zodat ze plug-and-play te gebruiken zijn voor onze klanten.”

Nieuwste technieken
Om dit mogelijk te maken heeft Anteryon een R&D afdeling met zo’n 35 man waar medewerkers aan klantvragen werken, maar ook ruimte krijgen voor onderzoek naar technieken waar het bedrijf toekomst in ziet. “We willen altijd de nieuwste en beste technieken in huis hebben of uitvinden. Maar het gaat om de vertaalslag: van brede technologie naar een bruikbare en produceerbare oplossing. Daarin werken we veel samen met onze klanten”, aldus Wolterink.

“Alles moet kleiner, nauwkeuriger en scherper. Ook wij gaan hierin mee”, zegt Wolterink over de toekomst. En dat lukt aardig, de kleinste lens die ze bij Anteryon maken, is kleiner dan 1 mm en kan in de cleanrooms bewerkt worden tot maximaal een tiende micro (1mm is 1000 micron). Even ter vergelijking: een menselijke haar is ongeveer 100 micron dik. Wolterink: “Moet je nagaan hoe klein dit is, je zit dan in de nanometersfeer. In de camera van een telefoon zitten wel vijf verschillende lenzen, allemaal hebben ze een andere functie en vorm, dat is echt precisiewerk. Sommige modules projecteren meer dan 40000 spotjes, die worden omgezet in digitale punten. Het maakt gezichtsherkenning mogelijk, en ook kun je hiermee een ruimte heel precies in 3D in kaart brengen.”

Onzichtbaar
Iets anders waar Anteryon aan werkt: een medische scanner die aan de kleur van het weefsel kan zien of een lichaam gezond is. “Dat werkt met hyperspectral imaging, hiermee maak je dingen zichtbaar die je normaal gesproken niet kunt waarnemen. Het zijn instelbare kleurenfilters die het minimaalste verschil in contrast waarnemen, deze techniek wordt ook gebruikt om te meten of fruit vers is. De ultieme uitdaging is om de technologie voor chirurgen zo klein te maken dat ze tijdens een operatie ter plekke onderscheid kunnen maken tussen gezond en ziek weefsel”, zegt Wolterink.

Ook de auto-industrie is een interessante markt meent hij: “Ook hier zie je steeds meer sensoren en camera’s: camera’s in het dashboard of stuur om in de gaten te houden of een bestuurder wakker is, parkeerhulp via camera’s en sensoren die ervoor zorgen dat bestuurders in het midden van de weg blijven. Dat ontwikkelt zich allemaal door tot zelfrijdende auto’s, maar ze zijn wel afhankelijk van goede sensoring en connectiviteit. We werken aan de verkleining van een lidar-systeem -een soort radar- zodat het in auto’s past.”

Sensoren op zakformaat
Niet alleen chirurgen en automobilisten zijn gebaat bij kleinere optische modules, weet Wolterink: “Boeren of forensisch onderzoekers bijvoorbeeld kunnen hier ook van profiteren. Nu moet er bij een sterfgeval in een lab gemeten worden om te bepalen hoe lang het lijk al dood is. Met sensoren op zakformaat heb je meteen antwoord. En boeren kunnen optische modules aan een drone hangen, om zo hun land beter te monitoren”, geeft Wolterink als voorbeeld.

Steeds meer van die industriële toepassingen komen ook terecht in consumentenelektronica. Wolterink: “De optische modules van telefooncamera’s zijn steeds beter in staat ruimtes te meten. Het is een kwestie van tijd dat consumenten kunnen checken of een ruimte écht schoon is, dat je met je telefoon bacteriën kunt meten.”

Foto: (c) Anteryon