Brainport Industries Campus, complex 2. Artist's impression.
Author profile picture

Het gaat volgens de initiatiefnemers om niets minder dan de doorontwikeling van de maakindustrie in Nederland en daarmee het veiligstellen van onze welvaart, onze autonomie en het leefklimaat voor de generaties na ons. Brainport Industries Campus 1 levert daar al een grote bijdrage aan, maar met een uitbreiding naar complexen 2, 3, 4 en 5 – een plan dat tientallen jaren omvat en uiteindelijk meer dan een miljoen vierkante meter zal beslaan – is het plaatje pas echt compleet. De “Anterieure overeenkomst” voor BIC2 was eerder al getekend, deze week komt daar het voorontwerp bestemmingsplan bij.

In samenwerking met SDK Vastgoed en de gemeente Eindhoven ontwierpen Barcode Architects en Van Aken het tweede BIC-verzamelgebouw als een 17 hectare grote ‘fabriek van de toekomst’: een plek met gedeelde voorzieningen waar veel verschillende bedrijven binnen de high tech maakindustrie samenkomen en van elkaar kunnen leren, en “waar een innovatieve werkomgeving hand in hand gaat met bewegen en de natuur”.

BIC1 herbergt momenteel zo’n vijftig bedrijven en onderwijsinstellingen met alles bij elkaar zo’n drieduizend mensen, en is daarmee vrijwel ‘uitverkocht’. BIC2, dat vanaf 2025 in drie fases wordt gebouwd, wordt uiteindelijk twee keer zo groot als BIC1: 225.000 vierkante meter tegen 100.000. En met BIC2 is de ambitie nog niet klaar: de ruwe schetsen voor complex 3 tot en met 5 liggen al klaar. Dat is nodig ook, zeggen verantwoordelijk wethouder Stijn Steenbakkers (economie) en SDK Vastgoed-directeur Ferdinand Gremmen. De benodigde gronden zijn sinds kort al allemaal in handen van de gemeente.

“Wat we hier doen heeft directe gevolgen voor de positie van Nederland”, zegt Steenbakkers. “Onze banen, onze welvaart, onze autonomie; de bedrijven die zich straks hier gaan vestigen spelen daarbij een cruciale rol. Denk aan de ontwikkeling en productie van batterijen, aan fotonica, aan additive manufacturing en veel meer. BIC1 speelt daar nu al een prominente rol in, maar BIC2 is daar straks helemaal de plek voor. Bedrijven die zich focussen op hoge complexiteit, in relatief lage volumes maar met een gigantische impact.”

Voor Ferdinand Gremmen, directeur SDK Vastgoed (VolkerWessels), zijn de steeds concretere stappen voor BIC2 het ultieme bewijs van het succes van het oorspronkelijke ‘clubhuis’-idee van de Brainport Industries Campus. “We hebben de hele keten sinds de opening van BIC in 2019 bij elkaar gebracht. Binnen de huidige BIC zien we de bedrijven die daar zitten al volop doorgroeien; straks kunnen we daar door een nog betere clustering extra stappen in zetten.”

Ferdinand Gremmen (SDK Vastgoed, midden), wethouder Stijn Steenbakkers (Eindhoven, rechts) © Bram Saeys

Huur en koop

De bedrijven die – naar verwachting vanaf 2027 – hun intrek nemen in BIC2 kunnen dat niet alleen meer als huurder doen, maar ook als eigenaar van een deel van het complex. “Maar of het nu huur of koop is, de voorwaarde blijft dat ze onderdeel willen zijn van de keten en het ecosysteem”, zegt Gremmen. “Dat betekent: open innovatie, samenwerking, het delen van de toegevoegde waarde. Een campus als die van ons is méér dan alleen een bedrijventerrein.”

Het samenwerkingsmodel heeft volgens Gremmen ook grote voordelen op het gebied van efficiency en duurzaamheid. “We hebben berekend dat de bedrijven die nu in BIC zitten voorheen jaarlijks zo’n 20 megawatt aan energie nodig hadden; nu ze bij elkaar zitten is dat 3 à 4 megawatt. Of neem de logistieke gevolgen: dankzij BIC rijden er nu maar 75 vrachtwagens in plaats van de 450 die voorheen nodig waren. Dat komt vooral door slim combineren: de postbode kan nu met een keer rijden naar ASML de pakketjes van diverse bedrijven tegelijk meenemen.”

Regionale regie

De verwachtingen voor BIC2 en verder zijn deels gebaseerd op de ervaring die gemeente en ontwikkelaars nu al hebben opgebouwd. Steenbakkers: “We zien duidelijke ontwikkellijnen vanaf TU/e campus, waar veel initiatieven in hun prilste vorm ontstaan, via een doorgroei richting R&D en prototyping op de High Tech Campus naar echte productie op de BIC. Ook de Automotive Campus in Helmond en de initiatieven op Strijp-S en Strijp-T spelen daarbij hun eigen rol. Op die manier krijgen we een realistische indruk van de behoefte die over een aantal jaar voor BIC2 zal ontstaan.”

Maar om dat allemaal in goede banen te leiden is wel enige regionale regie nodig. De wethouder: “We willen van BIC2 echt de plek maken waar de high tech maakindustrie aan de slag kan. Hoe beter die concentratie is, des te succesvoller het concept. Tegelijk willen we ook ruimte houden voor de andere mkb-bedrijven op de reguliere bedrijventerreinen. Zie dit dus ook als een signaal aan de regio. Natuurlijk kunnen we niemand dwingen om zich hier te vestigen en niet ergens anders, maar een goede afstemming tussen klein en groot is dan binnen de 21 Brainportgemeenten wel essentieel, zowel in het belang van de high tech maakindustrie als van het mkb.”

Los van die regie heeft BIC ook een eigen aantrekkingskracht, zegt Gremmen. “Dan gaat het echt niet alleen om de prijs per vierkante meter, maar ook om zaken als de toegang tot talent dankzij al die studenten die hier zitten. Of om de time-to-market die dankzij de campus omlaag kan. Ondernemers kijken naar het total cost of ownership en daarvoor heeft BIC alle voordelen in huis.”

Persmoment bestemmingsplan BIC II met op de foto o.a wethouder Stijn Steenbakkers van de gemeente Eindhoven en Ferdinand Gremmen van SDK Vastgoed. 27-9-2023. Foto: Bram Saeys
Nu nog mais, straks high tech maakbedrijven. Ferdinand Gremmen (SDK Vastgoed, rechts), wethouder Stijn Steenbakkers (Eindhoven) bij het terrein waar vanaf 2025 aan BIC2 wordt gebouwd. © Bram Saeys

Met het fietske over de campus

Vanaf de bestaande Brainport Industries Campus is het een wandeling van 5 minuten naar de beoogde plek voor BIC2. Steenbakkers en Gremmen laten alvast zien wat we er kunnen verwachten. “Het ontwerp is helemaal aangepast aan het landschap”, belooft de wethouder. “Ook Eindhovenaren die hier niet werken komen hier aan hun trekken. Op het fietske naar de campus en daar door de ramen kunnen zien aan wat voor prachtige oplossingen hier wordt gewerkt. En ondertussen genieten van die groene, parkachtige omgeving. Het maisveld hierachter zal er dan niet meer zijn, maar reken maar dat de biodiversiteit straks alleen maar groter wordt.”