©Pixabay
Author profile picture

Met een druk op de knop kunnen beleidsmakers straks zien wat de waarde van groen is. Dat kan door data uit de basisregistratie van de overheid en de Groene Baten-planner in een 3D-pogeving weer te geven. Amersfoort en Zwolle houden hiermee een proef. Daarvoor hebben de gemeenten subsidie gekregen uit het Innovatiebudget Digitale Overheid.

De Groene Baten-planner van het RIVM is een voorbeeld van de voortschrijdende kennisontwikkeling om ‘groen’ een bepaalde waarde toe te kennen. Het past in het rijtje instrumenten en tools op dit gebied, zoals TEEB (The Economics of Ecosystems and Biodiversity) of i-Tree. 

De laatste is een internationaal model waarmee de baten van bomen in cijfers en geld kan worden uitgedrukt. TEEB is een internationale methode voor groen en water. In beide gevallen is het problematisch dat ze niet altijd even goed op een lokale situatie kunnen worden toegepast.

Lange tijd als kostenpost

Lange tijd is groen vooral als kostenpost beschouwd, mede omdat de baten moeilijk meetbaar zijn. En die baten komen versnipperd terecht bij verschillende private en publieke partijen. Omdat het steeds beter mogelijk wordt om groen te kapitaliseren, kan het ook een steeds belangrijker rol spelen.

Betrokken medewerker Ton de Nijs van het RIVM over het proces van groen en gezond meetbaar maken en digitaliseren: “Het is een continu proces waarbij instrumenten steeds meer worden verfijnd en beter aansluiten op de praktijk. Veel gemeenten zijn ermee aan de slag. Wel moet je rekening houden met plaatselijke omstandigheden. Het maakt uit of je een boom plant op de Veluwe of in Amsterdam.”

Enkele bevindingen van deze planner voor Amsterdam zijn bij de meest renderende aanpak Groen dichtbij -groen in de buurt- per hectare op jaarbasis: 9,6 kilo of € 540 winst voor fijnstof, € 10.000 minder zorgkosten, € 47.000 minder kosten aan ziekteverzuim, 1100 minuten aan winst in tijd voor fysieke activiteiten buitenhuis en een eenmalige baat, ten tijde van de meting, van € 202.000 voor de waardestijging van onroerend goed in de buurt van groen. Grofweg levert nieuw groen in de stad afhankelijk van de locatie al snel een maatschappelijke meerwaarde op van ongeveer €1 tot 10 per vierkante meter per jaar.

Amsterdam en Dordrecht gebruiken planner

De vertaalslag is gemaakt op basis van bestaand onderzoek; veelal big data analyses. Verder laat de situatie voor Amsterdam zien dat de omvang van de waarde van groen mede wordt bepaald door de omgeving. De meeste baten in stedelijk gebied kunnen worden geboekt in dichtbebouwde wijken met veel inwoners en weinig groen. 

Voor overheden is de wetenschappelijk onderbouwde Groene Baten-planner een basis én een argument om beleid op te baseren, zoals de aanleg van een park of vergroening van de stad. 

Amsterdam gebruikt de resultaten als input voor de recent vastgestelde Groenvisie 2020-2050. En Dordrecht wil bij de uitwerking voor het plan van een stadspark het liefst zo concreet mogelijk de waarde hebben van de opbrengst. Het RIVM gaat voor de Merwestad inzichtelijk maken wat groen kan opleveren.

Planner koppelen aan 3D-omgeving

Een nieuwe ontwikkeling waarbij RIVM is betrokken, is het koppelen van de Groene Baten-planner aan 3D-plantools. Er is al een koppeling gemaakt met de toolkit Klimaatbestendige Stad. Die laat zien hoe effectief maatregelen zijn voor wateroverlast, droogte of hitte. En, stipt De Nijs aan, zaken als luchtkwaliteit of CO2 kunnen dankzij technologische vooruitgang steeds beter in beeld worden gebracht, om de waarde van groen te kunnen onderbouwen.

Het RIVM, de gemeenten Amersfoort en Zwolle, de provincie Utrecht en Tygron hebben nu geld gekregen uit het Innovatiebudget Digitale Overheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken voor ‘generieke koppeling data- en kennisinstrumenten aan 3D-omgevingen’. Het project start dit jaar.

Het vernieuwende van de Groene Baten-planner, gekoppeld aan een 3D-omgeving heeft in eerste instantie twee doelen. Het gaat om het ruimtelijk planproces op termijn eenvoudiger en efficiënter maken en de verwachte gevolgen voor de gezondheid van inwoners inzichtelijker. Tot nu toe beschikken kennisinstellingen zoals het RIVM over relevante kennis van de effecten van ruimtelijke maatregelen. Die kennis, inclusief software, is beschikbaar voor derden. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. De toepassing van instrumenten als de Groene Baten-planner is complex. Daar moet het innovatiebudget van het ministerie bij helpen. De rijksoverheid hoopt dat met de koppeling deze kennis makkelijker beschikbaar wordt voor gemeenten.

Amersfoort en Zwolle proef met 3D

De Nijs licht de nieuwe ontwikkeling toe. „Het is te duur zelf zo’n 3D-omgeving te ontwikkelen. Er zijn verschillende 3D omgevingen beschikbaar waar gemeenten gebruik van maken. In dit project gaan we de Groene Baten-planner koppelen aan Tygron voor Amersfoort en ESRI Urban modeller voor Zwolle. We leveren de kennis aan voor een groene en gezonde leefomgeving. Uiteindelijk is het streven een applicatie te krijgen die voor iedereen bruikbaar is. Dus behalve voor beleidsmakers, ook bewoners in de wijken. De planner draait op basis van informatie in de basisregistraties.  Deze gegevens worden visueel verwerkt om groen en gezondheid in beeld te brengen.”

De Nijs doelt op de tien basisregistraties. Voor burgers is de bekendste die voor personen, de BRP. Andere zijn bijvoorbeeld voor adressen en gebouwen, WOZ of Kadaster. De data waar de berekeningen op worden gedaan, worden automatisch uit de basisregistraties gehaald voor zover mogelijk.

Budget bepaalt snelheid ontwikkeling

Tygron is een geodesign platform, gebaseerd op gametechnologie. De multifunctionele 3D-software is ontworpen om snel en goed geïnformeerd beslissingen te kunnen nemen op basis van geografische data, uitgebreide analysemethoden en erkende rekenmodellen. Tygron rekent de effecten door waar besluitvormers beslissingen op kunnen baseren. Het platform is een handige tool om de actuele situatie snel in kaart te brengen en toekomstige scenario’s te ontwerpen. Tygron wordt gewaardeerd om krachtige 3D-visualistie en dat effecten meteen inzichtelijk worden gemaakt.

ESRI Urban Modeller is in principe voor stedenbouwkundigen, maar door het koppelen van allerlei data aan het 3D-model breder bruikbaar. Het kan een omgeving op grote schaal, interactief en in 3D creëren met actuele geodata of naar voren en achteren in de tijd.

Hoe snel het proces zal gaan dat met een druk op de knop effecten en visualisaties in heel Nederland voor bijvoorbeeld groen te verkrijgen zijn is volgens de RIVM-onderzoeker vooral een kwestie van budget. Dat speelt mede een grote rol omdat veel ict-projecten meer kosten dan begroot door problemen bij de uitvoering.