Author profile picture

‘Elektrisch rijden is hartstikke vervuilend’, ‘Je kan beter voor een benzineauto gaan.’ Het zijn stellingen die men maar al te graag opwerpt tijdens een verjaardagsvisite. Maar in hoeverre kloppen dergelijke claims eigenlijk? Zijn elektrische voertuigen (EV’s) daadwerkelijk zo slecht voor de planeet? We vroegen duurzaamheidsexpert Auke Hoekstra, op Twitter beter bekend als ‘Debunker-in-Chief‘, de meest hardnekkige mythes over elektrisch rijden te debunken.

Waarom is er zoveel weerstand tegen elektrisch rijden?

“Telkens wanneer we een grote transitie doormaken, is de gevestigde macht, de status quo, terughoudend. Met de komst van EV’s stoot je toch een heilige koe van zijn voetstuk. De gehele automobielindustrie is aan het veranderen. Je kunt het vergelijken met de vleesindustrie en de komst van vleesvervangers. Boeren moesten ineens een geheel andere weg inslaan en dan ontstaat er weerstand. Nu de mobiliteitssector op de schop gaat, ontstaat er ook in deze sector een tegenbeweging. Een soort BBB van de mobiliteit, zeg maar.” 

Mythe 1: Elektrisch rijden bespaart vrijwel geen CO2

“Onzin. Je stoot ongeveer zeventig procent minder CO2 uit in vergelijking met auto’s op fossiele brandstoffen. Dat is een factor drie minder, een significant verschil dus. Mensen die anders beweren, gaan vaak uit van verouderde cijfers, over bijvoorbeeld de uitstoot van de batterijproductie. De uitstoot is al enorm verminderd over de jaren heen, mede dankzij gigafactories die veel efficiënter batterijen kunnen produceren. Of ze gaan ervan uit dat de hoeveelheid CO2 die vrijkomt bij het opwekken van elektriciteit over de jaren hetzelfde blijft, terwijl dat niet zo is. Ook vergeten veel critici de uitstoot van CO2 tijdens de productie van brandstof mee te nemen in hun berekeningen, waardoor auto’s met een verbrandingsmotor onterecht beter uit de verf komen.”

CO2-uitstoot per km (in grammen). *Berekeningen en visualisaties zijn gebaseerd op data van Transport & Environment. Bij de berekening is rekening gehouden met alle mogelijke criteria, zoals de hoeveelheid CO2 die wordt uitgestoten wanneer elektriciteit wordt geproduceerd of brandstof wordt verbrand, maar ook met de koolstofimpact van de winning van grondstoffen voor batterijen of van de bouw van een energiecentrale.

Mythe 2: Elektrisch rijden zorgt voor netcongestie 

“Ja en nee. Op dit moment zorgt elektrisch rijden nog niet voor overbelasting van het net, maar dat kan in de toekomst wel gebeuren. Er komen steeds meer EV’s bij, en veel mensen willen hun elektrische auto tegelijkertijd om zes uur ‘s avonds opladen, precies op het moment dat de piek in de vraag naar elektriciteit het hoogst is. Dit is zeer ongunstig. 

Echter, we hebben uitgebreid onderzoek gedaan naar slim laden. Dit houdt in dat, zodra je de stekker in het stopcontact steekt, de lader weet: oké, ik kan nu gaan laden, maar wacht nog even met maximaal laden tot de stroom het goedkoopst is en er voldoende ruimte is op het net. ‘s Nachts verbruiken we bijvoorbeeld nauwelijks energie. Netbeheerders zijn al jaren bezig met deze oplossing en in Nederland wordt deze manier van laden steeds meer geïmplementeerd.”

*Aantal laadpunten in Nederland. Bron: RVO

Mythe 3: Elektrisch rijden zorgt voor grote bergen batterijafval

“Het eenvoudigste antwoord op die vraag is: gebruikte EV-batterijen zijn eigenlijk geen afval. Het recyclen van batterijen is veel gemakkelijker dan het ontginnen van grondstoffen uit de bodem. De concentratie van waardevolle, herbruikbare materialen in een accu is heel hoog.

Een recyclingfabriek voor oude batterijen gaat op den duur dan ook heel winstgevend worden. Echter, op dit moment is er nog niet genoeg inspanning gaande op dit gebied. De reden hiervoor is eenvoudig: er zijn momenteel nog maar weinig batterijen die het einde van hun levensduur hebben bereikt. Ze gaan doorgaans vijftien tot twintig jaar mee. 

We moeten eenvoudigweg geduld hebben totdat er meer batterijen beschikbaar komen. JB Straubel, voormalig CTO van Tesla, heeft het bedrijf verlaten om een recyclingfabriek te starten. Zodra er voldoende batterijen beschikbaar zijn, volgen er nog veel meer. Daar ben ik van overtuigd.”

*Battery recycling (global total). Bron: McKinsey & Company