United Nations regulators working on an agreement on AI regulation - AI-generated image
Author profile picture

In een tijdperk waarin kunstmatige intelligentie (AI) onze wereld opnieuw vormgeeft, is het debat over de macht en regulering ervan nog nooit zo kritisch geweest. Opvallend is dat de roep om meer overheidsregulering wereldwijd te horen is. Hoewel de talen verschillen, zijn de verlangens vergelijkbaar. Dit zou zomaar het juiste moment kunnen zijn voor de Verenigde Staten, China en Europa om een baanbrekende overeenkomst te sluiten over AI-regulering. Hoewel velen deze gedachte als een naïeve wens afdoen, is het de noodzakelijke stap om het potentieel van AI op verantwoorde en rechtvaardige wijze te benutten.

(Net zoals het de wereld zou helpen als de basisprincipes van wetenschappelijke samenwerking niet langer belemmerd zouden worden door geopolitieke ‘realiteiten’. Maar dat is een ander verhaal).

  • Bij het wereldwijde debat over AI-regulering zijn de VS, China en Europa betrokken, met een gedeelde wens voor verantwoorde ontwikkeling;
  • Het huidige AI-landschap weerspiegelt verschillende benaderingen in de VS, China en Europa, waarbij Europa de AI Act voorstelt voor wereldwijde standaarden;
  • Bart stelt dat een tripartiete overeenkomst tussen deze machten haalbaar en voordelig is;
  • Het zou voordelen bieden zoals wereldwijde standaarden, economische stabiliteit, ethische afstemming, innovatiesynergie en wereldwijd leiderschap.

Het huidige AI-landschap

Het AI-debat kent vele facetten, met commerciële, ethische en geopolitieke dimensies. De vooruitgang van OpenAI, met name op het gebied van grote taalmodellen, heeft geleid tot bezorgdheid over het verkiezen van commerciële doelen boven ethische overwegingen. Dit is niet alleen een westerse zorg; soortgelijke debatten worden ook in andere delen van de wereld gevoerd.

In China weerspiegelen de overheidsinitiatieven op het gebied van AI een andere aanpak, waarbij ontwikkeling en controle door de staat voorop staan. Ondanks de verschillende politieke systemen is er een gedeelde erkenning van de transformerende impact van AI. De inspanningen van China, waarbij tientallen start-ups en bedrijven samenwerken met universiteiten om krachtige AI-systemen te bouwen, maken deel uit van hetzelfde wereldwijde verhaal waarin de balans tussen innovatie, controle en ethische grenzen in twijfel wordt getrokken.

Europa is een uitgesproken voorstander van ethische AI, met de nadruk op privacy, eerlijkheid en transparantie. De regelgevingsvoorstellen van de Europese Unie, zoals de Artificial Intelligence Act, zijn gericht op het vaststellen van standaarden die als wereldwijde benchmark kunnen dienen. Waarom gebruiken we deze AI-wet niet als uitgangspunt voor een tripartiete overeenkomst?

Dit is een artikel uit IO Next: The year of… Voor het laatste magazine van dit jaar hebben we de artikelen geselecteerd die ons het meest zijn bijgebleven, of het nu een indrukwekkend interview, een belangrijk verhaal of gewoon iets grappigs was.

Een tripartiete overeenkomst is haalbaar

Het lijkt misschien overdreven optimistisch om te verwachten dat de VS, China en Europa, met hun uiteenlopende politieke en maatschappelijke systemen, tot een consensus kunnen komen. Deze zienswijze onderschat echter de wederzijdse voordelen van een gezamenlijke aanpak van AI-regelgeving.

Ten eerste erkennen alle drie de machten het economische en strategische belang van AI. Een regelgevend kader zou duidelijkheid en stabiliteit verschaffen en investeringen en innovatie aanmoedigen. Ten tweede heeft elke regio unieke sterke punten: de VS op het gebied van innovatie, China op het gebied van implementatie en schaalgrootte en Europa op het gebied van ethische kaders. Een gezamenlijke aanpak zou deze sterke punten kunnen benutten, wat zou leiden tot een robuustere en evenwichtigere ontwikkeling van AI.

Bovendien vereisen het mondiale karakter van AI-technologie en de uitdagingen ervan – van gegevensprivacy tot algoritmische vertekeningen – een gecoördineerde reactie. Geen enkel land kan deze problemen effectief alleen aanpakken. Bovenal is er een wereldwijde bezorgdheid over AI-gone-wrong: als mensen de controle over de AI-machines zouden verliezen, maakt het niet uit waar op aarde dit zou gebeuren.

Voordelen

Natuurlijk zijn mensen eerder enthousiast over de voordelen dan over de angst. Laten we dus eens beter kijken naar wat er gewonnen kan worden met een tripartiete regeling.

Standaardisering: Een gezamenlijke overeenkomst zou wereldwijde normen kunnen vaststellen, waardoor een regelgevingswedloop naar de bodem wordt voorkomen en hoge ethische en veiligheidsnormen worden gegarandeerd.

Economische stabiliteit: Duidelijke, consistente regelgeving op alle belangrijke markten zou de onzekerheid verminderen, wat zowel bedrijven als consumenten ten goede zou komen – zonder de verstoring van het evenwicht tussen bedrijven die het gevolg is van verschillende normen.

Ethische afstemming: Het gezamenlijk aanpakken van ethische kwesties zou leiden tot een betrouwbaardere AI, waardoor het publiek meer steun krijgt en misbruik wordt voorkomen.

Innovatiesynergie: Gedeelde richtlijnen kunnen grensoverschrijdende samenwerking bevorderen, waarbij middelen en expertise worden gebundeld voor baanbrekende innovaties.

Wereldwijd leiderschap: Door dit initiatief te leiden, kunnen de VS, China en Europa het wereldwijde verhaal over AI vormgeven en hun waarden en belangen bevorderen. Bovendien kan dit, als het succesvol is, leiden tot nog meer gezamenlijke initiatieven.

Uitdagingen overwinnen

Het bereiken van deze overeenkomst zal niet zonder uitdagingen zijn. Er zijn grote verschillen in politieke ideologieën, economische belangen en culturele waarden. De sleutel is om te focussen op gemeenschappelijke doelen: economische welvaart, technologische vooruitgang en ethische waarborgen. Een pragmatische aanpak, met erkenning van de zorgen en sterke punten van elke regio, kan de weg vrijmaken voor consensus.

Strategische noodzaak

Het ideaal van een tripartiete overeenkomst over AI-regulering is niet slechts wishful thinking; het is een strategische noodzaak. De VS, China en Europa hebben een unieke kans om de toekomst van AI in een richting te sturen die innovatie in balans brengt met verantwoordelijkheid, winst met ethiek en individuele belangen met wereldwijd welzijn. Door samen te werken kunnen deze machten vorm geven aan een toekomst waarin AI geen bron van verdeeldheid is, maar een middel voor wereldwijde vooruitgang en samenwerking. Dit is een cruciaal moment, de wereld kijkt toe. Let’s go!