Author profile picture

Voor wie door het dorp Lützerath loopt, lijkt de realiteit van ‘Duitsland, waterstofland’ nog mijlenver weg. Het dorp bevindt zich op de grens tussen een gigantische afgraving waar zich een F60-kolengraver (de grootste bewegende machine ter wereld) een weg door de aarde baant en een grote, oude boerderij, omgeven door weilanden.

Ondanks de grootse klimaatambities en een gedurfd Recovery and Resilience-plan, haalt Duitsland nog steeds een kwart van de energievoorziening uit kolen. Lützerath ligt aan de rand van bruinkoolgroeve Garzweiler. Energiebedrijf RWE haalde hier in 2020 19,4 miljoen ton bruinkool uit de grond. Kolen uit de groeve zijn voeding voor de kolencentrale in het nabijgelegen Neurath. De centrale is in tonnen CO2 de op één na grootste vervuiler van Europa (zes van de tien grootste vervuilers van de Europese Unie liggen in Duitsland).

Spookdorp

De bruinkoolgroeve heeft van Lützerath een spookdorp gemaakt. Huizen zijn grotendeels opgekocht door RWE om vervolgens te worden afgebroken. Van de gebouwen die nog overeind staan, zijn de ramen dichtgespijkerd. Beveiligers (ingehuurd door RWE) rijden dag en nacht door de straten en staan op tientallen punten rondom de afgraving opgesteld. Pogingen om dichterbij de groeve te komen, mislukken (“Komm zurück. Hier keine Bilder machen!”).

Boer Eckhardt Heukamp is de laatst overgebleven inwoner van Lützerath. “Hij wil de boerderij die al generaties in zijn familie is, niet opgeven en vindt dat het tijdperk van bruinkool voorbij is”, vertelt Laurens (niet zijn echte naam), bewoner van het actiekamp op Heukamps terrein.

Festivalterrein

De boer, die niet thuis is, is dan misschien de laatste officiële inwoner van het dorp, hij staat niet alleen. Sinds anderhalf jaar huisvest hij zo’n 150 klimaatactivisten op zijn terrein. Veel van hen verzetten zich eerder tegen bruinkoolwinning in het Hambacher bos. Met succes, dus verkasten ze naar Lützerath. Laurens geeft een rondleiding op het terrein, dat doet denken aan dat van een festival. Het is een bonte verzameling tenten, busjes en boomhutten.

Hoewel het nieuwe regeerakkoord belooft dat er in 2030 – in het DARP staat nog 2038 – een einde komt aan de opwekking van elektriciteit uit kolengestookte centrales, is RWE alsnog van plan om de Garzweiler groeve uit te breiden. Het oorspronkelijke idee is dat na Lützerath ook de vijf omliggende dorpen (Berverath, Keyenberg, Kuckum, Oberwestrich en Unterwestrich) moeten verdwijnen, maar de definitieve beslissing schoof de regering van Noordrijn-Westfalen door naar 2026. Genoeg reden voor de actiegroep om te blijven.

Emotionele waarde van bruinkool

Duitsland heeft moeite met afscheid nemen van bruinkool, zegt Dirk Jansen. Hij werkt als Managing Director bij BUND NRW, de afdeling uit Noordrijn-Westfalen van milieuorganisatie ‘Friends of the Earth’. “Voor veel Duitsers heeft bruinkool een emotionele waarde. De geur van bruinkool is vertrouwd, het is betrouwbaar omdat het uit onze eigen bodem komt en het heeft de Duitsers generaties lang voorzien van warmte. In de voormalige DDR was het goed voor driekwart van de energievoorziening.”

Toch is een definitief afscheid onvermijdelijk. Studies van onder andere het Deutsches Institut fur Wirtschaftsforschung (DIW) en onderzoeksinstituut Coal Transtitions wijzen uit dat, wanneer RWE de geplande 780 miljoen ton bruinkool afgraaft voor 2030, Duitsland zich niet aan de afspraken van het Parijs-akkoord houdt. “Om onder de 1,5 graad opwarming van de aarde te blijven, moet die hoeveelheid bruinkool worden teruggebracht naar maximaal 210 miljoen ton”, aldus Jansen. RWE wijst op een wet (Kohleausstiegsgesetz) waarin staat dat Garzweiler wél mag worden uitgebreid om energiekrapte te voorkomen. 

“Voor veel Duitsers heeft bruinkool een emotionele waarde. De geur van bruinkool is vertrouwd, het is betrouwbaar omdat het uit onze eigen bodem komt en het heeft de Duitsers generaties lang voorzien van warmte.”

Dirk Jansen, Managing Director BUND NRW

Conservatief Bundesland

De landelijke doelstelling is om in 2030 tachtig procent van de energie op een duurzame manier op te wekken. Voor Noordrijn-Westfalen een wel heel ambitieus streven; het Bundesland leunt op zware industrie en was in 2018 goed voor een derde van de totale CO2-uitstoot van Duitsland.

Bovendien stak de Landtag (het parlement) van de deelstaat, dat bestaat uit de conservatieve CDU en liberale FDP, een stokje voor de uitbreiding van duurzame energiebronnen. Jansen: “In Noordrijn-Westfalen is op dit moment twintig procent van de energie duurzaam. De focus ligt nog steeds op steen- en bruinkool. Hoe goed het ook is dat de regering in Berlijn zich inzet voor ambitieuze klimaatplannen, zolang de deelstaatregering plannen rondom hernieuwbare energie blokkeert, hebben we daar weinig aan.”

Jansen ziet volop inzetten op allerlei vormen van hernieuwbare energie als enige Ausweg en hoopt op een progressievere wind na de deelstaatverkiezingen in mei. “Uiteraard zal er energie geïmporteerd moeten worden uit het buitenland of andere regio’s, maar we moeten ook inzetten op lokale opwekking van duurzame energie. Als we die keten hier kunnen opzetten, is dat een booster voor de lokale industrie.”

#SmartQuart

Lokale opwekking van duurzame energie is precies waar het bij het project SmartQuart om draait. Het plan moet “energietransitie op lokale schaal” faciliteren en is onderdeel van de ‘Reallabore der Energiewende’, een programma dat gesubsidieerd wordt door het Ministerie van Economische Zaken en Energie (BMWi) en meerdere malen in het DARP voorkomt. In totaal investeerde BMWi €19,5 miljoen in het project, waaraan drie verschillende, maar typisch Duitse, districten meedoen.

Bedburg is gedoopt tot ‘elektriciteitsdistrict’. SmartQuart bouwt er zo’n 130 huizen die hun energievoorziening halen uit één windturbine. “We gebruiken sector-coupling technologies om elektriciteit om te zetten in andere energievormen” legt Sahra Vennemann uit, projectmanager bij consortium leider van SmartQuart, E.ON SE.

Sector-coupling technologies

Het idee achter sector-coupling technologies is om grote hoeveelheden duurzame elektriciteit beschikbaar te maken voor de decarbonisatie van eindsectoren. Hierbij is elektrificatie vereist, denk aan elektrisch vervoer, het verwarmen van gebouwen met hittepompen en elektrische, industriële processen. Als directe elektrificatie niet mogelijk of haalbaar is, zoals bij industriële grondstoffen, kan elektriciteit worden omgezet naar beter toepasbare energiedragers zoals waterstof.

De energie is voor lokaal gebruik. Alle energie die ‘over’ is, kan worden opgeslagen of komt beschikbaar voor de andere twee districten. Warmte wordt naar de huizen gedistribueerd door het innovatieve LowEx verwarmingsnetwerk. Het systeem is zowel een verwarmings- als koelsysteem dat het gebruik van energie die wordt geleverd door duurzame energiebronnen mogelijk maakt.

Essen – het stedelijke, digitale district – is veel dichter bevolkt en vraagt dus om een andere aanpak. Vennemann: “In steden is het energieverbruik altijd groter dan de opwekking. Een stad is dus hoe dan ook afhankelijk van import. Daarom focussen we ons hier op digitalisering, zodat er een virtuele connectie is met districten waar juist een energieoverschot is.”

Waterstofdistrict Kaisersesch

Last but not least: waterstofdistrict Kaisersesch. De regio kenmerkt zich door industrie en bedrijven. Hier bouwt SmartQuart aan een industriepark met een waterstofinfrastructuur. “Het doel is om een volledige waardeketen op te zetten van door windmolens geproduceerde elektriciteit tot de distributie en het gebruik van waterstof in alle energiesectoren.”

Dat doet SmartQuart door het aanleggen van een microgrid (een miniversie van een klassiek gasnet) dat volledig gevoed wordt door waterstof. Uiteindelijk is het de bedoeling dat er in Kaisersesch een volledige waardeketen van waterstof gerealiseerd wordt. “Voor industriële toepassing, maar ook voor de vervoerssector, verwarming van gebouwen en elektriciteit.”

De drie verschillende districten vormen samen een representatieve afspiegeling van Duitsland. Als de projecten slagen, moeten ze ook geïmplementeerd kunnen worden in andere regio’s. Vennemann vindt het terecht dat groene waterstof een prominente rol speelt in het DARP. “Zonder waterstof kunnen we de klimaatdoelen niet halen, maar aan alleen waterstof hebben we niet genoeg. We hebben alle vormen van duurzame energie nodig.”

De nieuwe bondsregering biedt perspectief. Zo kondigde klimaatminister Robert Habeck van Die Grünen onlangs aan dat er voor het einde van 2030 twee keer zoveel stroom uit windmolens gewonnen moet worden. “Goed nieuws”, vindt Jansen. Maar, zolang F-60 kolengravers de Garzweiler aarde blijven omploegen en mens en natuur daarvoor moeten wijken, blijft hij zich verzetten. “Zolang we in Duitsland bruinkool blijven winnen, gaan we de Parijs-doelstellingen niet halen. Hoe ambitieus zijn de klimaatplannen van de bondsregering dan écht?”

Steun ons!

Innovation Origins is een onafhankelijk nieuwsplatform, dat een onconventioneel verdienmodel heeft. Wij worden gesponsord door bedrijven die onze missie steunen: het verhaal van innovatie verspreiden. Lees hier meer.

Op Innovation Origins kan je altijd gratis artikelen lezen. Dat willen we ook zo houden. Heb je nou zo erg genoten van de artikelen dat je ons een bedankje wil geven? Gebruik dan de donatie-knop hieronder:

ValutaBedrag