Arend-Jan Majoor © RESHIRT
Author profile picture

About RESHIRT

  • Founders: Arend-Jan Majoor
  • Founded in: 2021
  • Employees: 1
  • Money raised: tussen de €15.000 en €20.000
  • Ultimate goal: dat iedere man één RESHIRT-overhemd in zijn kledingkast heeft hangen

Katoen wordt vaak geproduceerd onder armoedige arbeidsomstandigheden in derdewereldlanden. Het productieproces veroorzaakt ook nog eens een grote CO2-uitstoot. Niet zo duurzaam dus. Zeker niet als je het daarmee gemaakte textiel weggooit, wanneer het niet meer mooi is. Je kunt de stiof ook een twseede leven geven door er bijvoorbeeld overhemden van te maken. De start-up RESHIRT gebruikt daarvoor oude tafelkleden en bedlinnen uit hotels en restaurants. Hoe dat precies in zijn werk gaat, vertelt oprichter Arend-Jan Majoor in deze aflevering van Start-up-of-the-day.

Van gebruiksvoorwerp naar kledingstuk: hoe ziet dat proces eruit bij RESHIRT?

“Alle lakens die gebruikt worden in hotels en restaurants gaan geregeld naar de wasserij. Sommige lakens hebben een scheurtje of kleurtje, terwijl het nog een kwalitatief goed product is. Deze lakens worden weggegooid. Dat zijn dan ook de lakens die bij ons terecht komen. Nadat we ze ontvangen van de wasserij, doen we een eerste kwaliteitscontrole. Als er bijvoorbeeld een te grote scheur in het laken zit of als een verkleurde vlek te sterk aanwezig is, kunnen we het laken niet gebruiken. We kunnen zo’n 80 procent van de lakens die we binnenkrijgen gebruiken om overhemden van te maken.”

“Na de eerste controle gaat het katoen in een textielverfbad. Al het katoen dat we binnenkrijgen, is wit. Dus om een andere kleur overhemd te krijgen, moet het materiaal in bad. Dat gebeurt in een speciaal soort wasmachine. Het is heel leuk om te zien hoe een laken zo’n mooie kleur krijgt. Na het kleuren doen we nog een controle en vervolgens gaat de stof naar het naaiatelier. Bij goedkeuring worden er dan overhemden van gemaakt. Als het overhemd af is, wordt er nog een vierde en laatste controle gedaan.”

Hoe ben je op dit idee gekomen?

“Ik ben al zo’n vijf jaar werkzaam in de recyclingindustrie. Ik ben bij meerdere wasserijen geweest en zag dat daar op wekelijkse basis een paar rolcontainers lakens werden weggegooid. Ik realiseerde me dat dat aantal in het hele land waarschijnlijk erg hoog ligt en wilde daar iets aan doen. Het oorspronkelijke idee was om er T-shirts van te maken, vandaar de naam RESHIRT. Iedereen draagt T-shirts, dus het leek me een goed idee. Ik kwam er al snel achter dat het idee geen alternatief was voor de T-shirts die we al dragen. De stof van de lakens heeft namelijk geen stretch. En mensen zijn het gewend dat T-shirts dat wel hebben. Daarom kwam ik op het idee van de overhemden. Het materiaal van de linnen is namelijk wat dikker dan de ‘gewone’ overhemden die doorgaans verkocht worden. Het ziet er daardoor kwalitatief goed uit.”

Voor wie worden de overhemden gemaakt?

“De doelgroep is mannen tussen de 30 en 60 jaar die niet zo bezig zijn met de laatste mode maar die er wel graag goed uit willen zien. Er zijn op dit moment zo’n 200 overhemden gemaakt. Ze worden alleen gemaakt op verzoek: ik produceer dus niet meer dan ik verkoop. Een overhemd van RESHIRT is een investering. Ik wil niet zoveel mogelijk overhemden verkopen aan één klant, maar dat de klant om de twee jaar bij me terugkomt omdat ze zo tevreden zijn.”

“De concurrentie in de mode-industrie is enorm. Merken als Nike en Levi’s blijven altijd wel populair. Maar verder verandert de populairiteit van merken en trends constant Ik wil dan ook niet inspelen op die snelle mode. Dat is ook waarom ik denk dat vrouwen geen geschikte doelgroep is. Zij kopen over het algemeen sneller nieuwe kleding en willen vaak het nieuwste van het nieuwste. Dat hebben mannen ook wel een beetje, maar zij zijn veel minder bezig met mode en de laatste trends. Ze zijn wat trouwer aan hun kleding: ze dragen het totdat ze iets nieuws nodig hebben in plaats van totdat ze iets nieuws willen. Dat maakt hen een hele interessante doelgroep voor RESHIRT.”

Wat zijn uitdagingen binnen RESHIRT?

“Ik loop voornamelijk tegen twee dingen aan. Nummer één is dat de doelgroep het ‘wel leuk’ vindt, maar dat er geen urgentie is. Zo’n overhemd kopen kan namelijk ook over een half jaar of ze hebben er nog 3 hangen. Klanten zijn dus niet happig om te bestellen. Er is veel effort nodig om naar een omzet te gaan waarmee je als ondernemer impact kan maken. 200 overhemden produceren in vergelijking met tienduizenden lakens die per jaar worden verspild, schiet natuurlijk niet op. Ik ben op zoek naar een mogelijkheid om een product te maken waar echt vraag naar is. Ik ben daar nog wat zoekende in.”

“De tweede uitdaging is dat de naaiateliers in Nederland niet zijn ingericht op de werkwijze van RESHIRT. Zij hebben liever dat ik vooruit produceer, maar dat wil ik dus niet want daar zit juist het verspillingsprobleem. In de praktijk houdt dat in dat ik moet wachten tot ik 50 bestellingen heb, als er 20 mensen een bestelling hebben geplaatst. In de recyclingsector sta je er als ondernemer heel erg alleen voor. Er is namelijk maar een heel klein groepje mensen dat daadwerkelijk het probleem wil oplossen. Het merendeel van de mensen zegt het wel leuk of belangrijk te vinden, maar gaat gewoon door met hun dagelijks leven. Binnen een sector als de ICT is dat heel anders: als je als ontwikkelaar een idee hebt voor een app, kun je dat gewoon bouwen. Al de technieken zijn er namelijk al.”

Welk probleem probeer je op te lossen?

“Ik probeer greenwashing van de kledingindustrie te bestrijden met duurzaam, gerecycled katoen. Veel grote kledingmerken zoals Zalando zijn bezig met greenwashing: ze hebben een duurzaamheidskeurmerk op hun website staan waardoor ze consumenten laten geloven dat hun producten een duurzame keuze zijn. Maar alleen het internationale vervoer is al een voorbeeld van dat dat niet zo is. Bij RESHIRT wordt alles in Nederland geproduceerd in plaats van in derdewereldlanden. Je hebt de zekerheid dat het uit Nederland komt en dat het maximaal 100 kilometer is vervoerd. En dan heb ik het nog niet eens over de uitbuiting van kinderen die de kleding van die grote ketens maken. De impact die wij maken met onze werkwijze is enorm.”

Hoe probeer je dat probleem op te lossen?

“In de recyclingindustrie moet je heel erg in jezelf geloven, want je krijgt te maken met veel weerstand. Veel bedrijven vinden dat ze al goed bezig zijn en hebben niet door dat het nog beter kan. Of ze zeggen: misschien volgend jaar. De kunst is om de eindgebruiker te overtuigen: dan heb je namelijk minder te maken met al die grote ketens. We benaderen mannen één op één en vragen of zij interesse hebben in de overhemden. Ongeveer een kwart van hen zegt ja, en een kwart daarvan koopt ook echt een overhemd. Dat valt mij nog wel tegen. Afgelopen mei hebben we een crowdfunding campagne gedaan waarmee we 9000 euro hebben opgehaald. Dat ging erg goed. Dus zijn we nu bezig met een volgende ronde. Die zit nu voor de helft vol.”

Wat is je ultieme droom binnen RESHIRT?

“Ik zou een winkel willen openen in Nederland op een centrale plek, waarbij de doelgroep zegt: ik kom één keer in het jaar bij je langs. Dan drink ik een goede whisky of cognac met de klant en gaan we iets moois uitzoeken in mooie kleuren. Ik wil een soort conceptstore openen waarbij we ook kunnen laten zien hoe de overhemden gemaakt worden. Het leuke van de stoffen is: we kunnen het verfproces laten zien. Het verven gebeurt in een speciale wasmachine die in de winkel geplaatst kan worden. Het naaien kunnen we eventueel ook ter plekke laten zien. Ik vind het vooral belangrijk dat mannen naar een mooie winkel komen. Ik wil er een hele beleving van maken, net zoals wanneer je naar een barbershop gaat.”