AI-generated image of European unity, EU
Author profile picture

In de wereld van de kunstmatige intelligentie (AI) zit Europa vaak gevangen in een paradox. Enerzijds heeft de Europese Unie (EU) zich gepositioneerd als de wereldwijde vaandeldrager voor privacy en gegevensbescherming, vaak tot ontsteltenis van techgiganten. Anderzijds heeft de EU innovatie en groei in de AI-sector aangemoedigd, wat een vruchtbare bodem is gebleken voor binnenlandse en buitenlandse AI-bedrijven.

Deze week zagen we een kristallisatie van deze paradox toen het taalmodel van Google, Bard, zijn bereik wereldwijd uitrolde maar de EU links liet liggen. Hoewel dit kan worden gezien als een overwinning voor de strenge privacynormen van de EU, roept de terugtrekking van Google ook vragen op over de EU-benadering van AI-technologieën en de mogelijke gevolgen daarvan voor toekomstige technologische ontwikkelingen.

In het geval van Google is het risico dat de strenge privacywetgeving van de EU, waaronder de algemene verordening gegevensbescherming (GDPR), wordt overtreden, een afschrikmiddel gebleken. Maar deze terugtrekking duidt nog niet op een bredere tech-exodus uit Europa. Integendeel. Terwijl Google een stap terug doet, versterken andere spelers zoals OpenAI hun inbreng op de Europese markt.

OpenAI, het onderzoekslaboratorium voor kunstmatige intelligentie in San Francisco, gedijt goed in de EU, zeker zonder de concurrentie van Google. Ondanks de strenge regelgeving heeft OpenAI laten zien hoe het door het regelgevingslandschap van de EU kan navigeren en grote taalmodellen zoals GPT-4 in Europa kan inzetten. Voorlopig laat het zien dat de privacyregels van de EU, hoe streng ze ook zijn, geen onoverkomelijk obstakel vormen voor de inzet van AI.

Dit onderstreept twee belangrijke punten. Ten eerste kunnen techbedrijven wel degelijk de privacy van gebruikers respecteren en toch geavanceerde AI-technologieën aanbieden. Ten tweede heeft de beslissing van Google om de EU uit te sluiten misschien minder te maken met de strenge EU-wetgeving en meer met het feit dat de techgigant zich niet wil aanpassen.

Afwegingen

Natuurlijk is het niet allemaal rozengeur en maneschijn. Het sterke standpunt van de EU over gegevensprivacy heeft ook nadelen. De regio dreigt andere techbedrijven af te schrikken die innovatieve technologieën en economische groei zouden kunnen brengen. Er is een goed evenwicht nodig tussen het waarborgen van privacy en het stimuleren van innovatie, en de EU moet voortdurend evalueren of ze niet te ver in één richting overhelt.

De EU-benadering van privacy hoeft echter geen struikelblok te zijn voor techbedrijven. Het kan veeleer dienen als een uitdaging om te innoveren met inachtneming van de privacy van de gebruiker, een beginsel dat bij alle technologische ontwikkelingen centraal zou moeten staan. In een tijd waarin discussies over gegevensprivacy en AI-ethiek belangrijker zijn dan ooit, kan de strenge aanpak van de EU op het gebied van privacy ook als voorbeeld dienen voor andere regio’s – denk aan China en de VS. In plaats van deze regelgeving te zien als belemmeringen, zouden techbedrijven ze moeten zien als een blauwdruk voor een evenwicht tussen innovatie en privacy.

Op de goede weg

De EU is op de goede weg, getuige de eerste stappen richting een Europese AI-Act.

De EU is erin geslaagd Google aan het denken te zetten. Google kan die tijd maar beter verstandig gebruiken – bijvoorbeeld door te laten zien dat hun AI voor het goede is gebouwd. Het betekent niet dat bedrijven moeten stoppen met het ontwikkelen en inzetten van grote taalmodellen in Europa. Met de juiste aanpak en een instelling om de privacy te respecteren, kan AI in Europa gedijen. De strenge aanpak van de EU inzake gegevensbescherming moet niet worden gezien als een belemmering voor innovatie, maar als een uitdaging om betere, ethisch verantwoorde technologie te ontwikkelen. En die uitdaging is de moeite waard.

Over deze column:

In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Eveline van Zeeland, Derek Jan Fikkers, Eugène Franken, JP Kroeger, Katleen Gabriels, Bernd Maier-Leppla, Willemijn Brouwer en Colinda de Beer, probeert Innovation Origins te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Hier zijn alle voorgaande afleveringen.