Een regio van samenwerkers

Het is een veel gehoorde kreet onder Eindhovense bestuurders: deze regio onderscheidt zich van andere door de manier waarop er onderling wordt samengewerkt. Zeker als het gaat om innovaties.

Nou, het klopt: we zijn een regio van samenwerkers. Er wordt meer samengewerkt dan in andere grote steden. Maar significant is het verschil niet, laat het CBS weten.

De meest recente cijfers zijn van 2012. In Brainport werkte toen 35% van de innovatieve bedrijven samen met andere bedrijven of instellingen bij innovatie. Gemiddeld in Nederland werkt 32% van de technologisch innovatieve bedrijven samen. Van alle Nederlandse technologische innovatieve bedrijven dat samenwerkt, telt de regio er 384; ofwel 6,5% is hier gevestigd. Hoewel de grafiek laat zien dat er in Brainport meer samenwerking bestaat tussen bedrijven dan in Rotterdam (31%), Utrecht en Amsterdam (beide 24%), zijn deze verschillen niet significant. Ook de groei t.o.v. 2010 (+6%) is niet significant, aldus het CBS.

Dat er meer wordt samengewerkt op het gebied van innovatie, is niet vreemd als je kijkt naar het belang van innovatie in de regio. Bedrijven in Brainport haalden in 2010 maar liefst 43% van hun omzet uit de verkoop van innovatieve producten. Dat is een aanzienlijk groter deel dan bedrijven in Amsterdam (12%) en Rotterdam (11%). Het verschil met Utrecht is kleiner (daar is het 29%). Cijfers van na 2010 zijn niet beschikbaar.

Investeringen in Research & Development, een typische indicator voor het belang van innovaties, zijn in de regio Eindhoven ook buitengewoon hoog. In totaal gaven de Nederlandse top 30 R&D-bedrijven in 2014 € 2,95 miljard aan R&D uit; meer dan tweederde hiervan (68%; ofwel € 2 miljard) werd besteed door bedrijven gevestigd in deze regio. Van de top 7 bedrijven kwamen er vijf uit de regio. De nummer 1 (ASML) besteedde in 2014 € 800 miljoen, € 25 miljoen meer dan een jaar eerder. Bij de nummer 2 (Philips) krompen de bestedingen met € 40 miljoen minder.

Alle cijfers en grafieken zijn afkomstig van de Brainport Monitor 2015.