GroenLeven, marktleider in grootschalige zonne-energie, timmert hard aan de weg – of nou ja, aan het water – met de ‘drijvende zon’. Het bedrijf heeft inmiddels alweer elf zonneparken op water gebouwd, op verschillende plekken in Nederland. “In totaal wordt er in ons land 225 megawattpiek opgewekt uit drijvende zonne-energie. Wij zijn verantwoordelijk voor 200 megawattpiek van dat totaal”, vertelt projectleider Willem Biesheuvel niet zonder trots.
Drijvend zonnepark in Bomhofsplas
De zonneparken van GroenLeven worden vooralsnog allemaal gebouwd op zandwinplassen. Het eerste drijvende park werd in 2018 gebouwd en telde toen ‘slechts’ anderhalve hectare. “Dat project leerde ons heel veel over de technieken, het bouwen en het verankeren”, zegt Biesheuvel. “Vanaf daar hebben we ons steeds verder ontwikkeld.”
In 2019 kwamen er vervolgens nog twee parken bij van zes hectare (8,5 megawatt) en tien hectare (15 megawatt). In 2020 kwamen de echte ‘grote jongens’. De Bomhofsplas in Zwolle is daarvan een mooi voorbeeld. Dit park was tot voor kort het grootste van Europa. Biesheuvel: “Buiten Azië hebben wij inderdaad de grootste drijvende parken. In sommige Aziatische landen liggen parken die in hun eentje al meer dan 100 megawatt opwekken. Maar de regels zijn daar vaak anders. En de locaties zijn groter.”
Een drijvend zonnepark wordt gewoonlijk al binnen acht weken gebouwd. Voordat er met de bouw begonnen kan worden, moet er echter een heel proces worden doorlopen. “GroenLeven verzorgt het hele traject van a tot z. Van het aanvragen van de subsidie tot het bouwen en de eventuele verkoop van het project”, legt Biesheuvel uit. “Het park op de Bomhofsplas is nu bijvoorbeeld geheel in eigendom van de lokale energiecoöperatie. Zo zien we dat ook graag. Het is mooi dat er steeds meer animo komt voor dit soort ontwikkelingen.”
Zandwinningplassen
De Bomhofsplas heeft qua grootte inmiddels plaats moeten maken voor het pas ontwikkelde drijvende zonnepark in Sellingen (Groningen). Dit park beslaat 24 hectare en levert ruim 40 megawattpiek aan vermogen op. Net als de andere parken ligt het op een zandwinplas. Voor recreatie zijn deze plassen vaak in mindere mate geschikt vanwege de gevaarlijke dieptes en hoge oevers. Omdat er bij zandwinning meestal een eindbestemming aan een plas gegeven moet worden, kiezen landeigenaren er steeds vaker voor hierbij rekening te houden met duurzame energie. “Normaal gesproken zou het misschien een diep gat blijven. Maar nu kan het gebruikt worden om er zonne-energie op te wekken in plaats van op de nabij gelegen landbouwpercelen.”
Drijvend zonnepark heeft nu veel meer vermogen
Het zonnepark in Sellingen bestaat uit 76.000 panelen. “Dit zijn er iets meer dan op de Bomhofsplas maar de capaciteit van het park is in totaal veel groter omdat de panelen inmiddels ook een veel hogere capaciteit hebben. “In Zwolle hebben we panelen gebruikt van rond de 370 tot 380 wattpiek per paneel. In Sellingen hebben we panelen gebruikt met een vermogen van rond de 545 wattpiek. Dit is een enorme toename. Met ongeveer dezelfde hoeveelheid panelen kunnen we nu veel meer vermogen opwekken”, aldus Biesheuvel.
Voordelen van bouwen op water
Een ander voordeel is dat er op water compacter gebouwd kan worden dan op land. Biesheuvel legt uit hoe dit werkt: “Een park bestaat uit heel veel zonnebootjes. Elk bootje heeft vier drijvers. Die drijvers kan je zien als een soort grote vaten. Daaromheen zit een staalconstructie met een dakframe. Daarop liggen de panelen in een efficiënte constructie.” Elk bootje telt twaalf of zestien panelen. Om tot een heus drijvend zonnepark te komen, worden alle bootjes aan elkaar geschroefd.
Ook wordt de hele boel verankerd in de bodem door middel van palen en ankerlijnen. “Die verankering is echt een belangrijk aspect”, vertelt Biesheuvel. Zo’n drijvend zonnepark mag immers niet te veel gaan schuiven omdat dit gevaarlijke situaties op kan leveren. “We besteden hier dan ook veel aandacht aan en houden alles voortdurend in de gaten. Mocht er ooit een noodgeval zijn, dan kunnen we het hele park op afstand uitschakelen.”
Drijvend zonnepark is volledig geïntegreerd
Biesheuvel noemt nog een voordeel van bouwen op water: “Het mooie van een drijvend zonnepark is dat je tijdens de bouw in je eigen stroom kan voorzien. Dat doen we door als eerste een paar zonnebootjes aan de oever te leggen met een kabel naar de diverse bouwketen. Ook elektrisch gereedschap kan op die manier worden opgeladen. Vaak zetten we er nog extra batterij bij zodat er ‘s avonds ook stroom is. Bouwen op water gaat wat dat betreft makkelijker dan op land.”
Ook het feit dat het gehele systeem geïntegreerd is, mag volgens Biesheuvel uniek worden genoemd: “Niet alleen de panelen drijven op water, ook de omvormers en de transformatoren. Het is dus een geheel geïntegreerd energiesysteem op het water. Alles drijft.”
Omvormers worden krachtiger
Het voordeel hiervan is dat er maar één dikke kabel naar het land hoeft te gaan voor de aansluiting. Daardoor wordt de stroom veilig aan land gebracht en is het rendement veel beter. Biesheuvel verduidelijkt: “De panelen hebben kabeltjes waar gelijkstroom vanaf komt. Een omvormer zet dit om naar wisselstroom die uiteindelijk op het netwerk terechtkomt. De regel is dat hoe korter je die gelijkstroomkabels kan houden, hoe efficiënter het is. In dit geval hebben we het zo gedaan dat de kabeltjes van de zonnepanelen direct naar de omvormers op het water gaan. Die route is dus heel kort en dit maakt het systeem zeer efficiënt.”
In Sellingen zijn er iets minder dan 300 omvormers gebruikt. Deze zijn ontwikkeld door het Chinese Huawei. Net als de panelen zelf worden ook de omvormers steeds krachtiger en daardoor zijn er steeds minder van nodig. “Dat is heel gunstig, want je hebt dus minder materiaal nodig om dezelfde productie te genereren. Ook kan je zo relatief compact blijven.”
Toekomst
Het park is inmiddels deels in bedrijf: “Een deel van de stroom gaat nu naar de zandwinner. In 2022 verwachten we de kabelaansluiting. Uiteindelijk kunnen we dan 8000 tot 9000 huishoudens van groene stroom uit Sellingen voorzien.”
Biesheuvel ziet in dat er nog een hoop te doen is, zeker nu het stroomnet in Nederland aardig vol begint te raken. “Ja, er moet nog veel gebeuren om het net uit te breiden zodat meer duurzame energie kan worden toegelaten. Creatieve en slimme oplossingen zijn daarom heel belangrijk. Met onze drijvende zonneparken zetten we in ieder geval een grote stap in de goede richting.”