Author profile picture

Ik heb ze niet geteld, maar zie ze overal voorbijkomen, de visie op digitalisering voor sector A, digitale actieagenda’s en vast ook een aantal ‘deltaplannen voor digitalisering’. Iedere zichzelf respecterende sector of organisatie heeft er eentje geschreven de laatste jaren.

Toen mij werd gevraagd om mee te werken aan een visie op digitalisering voor de glastuinbouw was het eerste wat ik dacht, “weer een stuk met een nietje”. Zo’n document waar veel tijd in wordt gestopt, in komt te staan wat iedereen al weet en vooral in de lade verdwijnt daarna! Dit wil totaal niet zeggen dat digitalisering niet belangrijk is, het tegendeel is waar. Vrijwel iedere ondernemer in de tuinbouw is zich bewust van het feit dat zie ‘iets’ met digitalisering moeten doen! 

Digitalisering gaat bijna als vanzelf

Mijn vraag was, hoe kan weer een document daarbij helpen en moeten we het dus wel gaan schrijven voor de tuinbouw? De digtialiseringsvisie voor de glastuinbouw beschrijft waarom dit toch nodig is.

“Digitalisering heeft geen visie nodig; die gaat bijna als vanzelf. Ook zonder lijvig document met bespiegelingen, vooruitzichten en adviezen zullen robots, sensoren en AI-apparaten ontwikkeld worden door kennisinstellingen en de technologische industrie en gebruikt worden in de tuinbouw. Dus waarom dan toch een visie?

Digitalisering is veel meer dan de opkomst van een nieuwe technologieën. Het is een revolutie, vergelijkbaar met de industriële revolutie. “De digitale revolutie heeft sinds het begin van de twintigste eeuw bijna alle gebieden van het leven getransformeerd en heeft geleid tot een digitale wereld, net zoals de industriële revolutie 200 jaar eerder leidde tot de industriële samenleving”, zo schrijft Wikipedia. 

Het effect van digitalisering zal groot zijn, en is nu al zichtbaar. Winkelstraten hebben concurrentie van webshops, een hotel boeken doe je via een website en via social media houd je contact met vrienden en familie. 

Ook in de tuinbouw is digitalisering al lange tijd zichtbaar. Sinds decennia wordt het kasklimaat geregeld door computers, veilingbrieven zijn elektronisch en in kassen hangen sensoren voor het monitoren van bijvoorbeeld de temperatuur of de luchtvochtigheid. En dat is nog maar het begin.

Revolutie

Robots, drones, AI, big data, blockchain: nieuwe technieken doen de laatste jaren voorzichtig hun intrede in de sector. Dat ze nog niet gemeengoed zijn, heeft meer oorzaken, waarover verderop in dit document meer. Maar dát ze in de nabije toekomst doorbreken staat als een paal boven water.

De digitalisering staat niet stil en zal leiden tot een digitale revolutie, verwachten de opstellers van dit document. Ofwel: de digitalisering zal niet alleen een effect hebben op de dagelijkse praktijk van individuele bedrijven, maar op verdienmodellen van die bedrijven en op de hele sector. 

Ook interessant: Eindelijk, in 2021 moet de plukrobot van VDL de markt gaan veroveren

Een eenvoudig voorbeeld. Door een digitale marktplaats kunnen productiebedrijven direct contact krijgen met afnemers en kostbare marktinformatie verwerven. Daardoor krijgen die bedrijven een andere positie in de keten. Maar dat vraagt wel veel van de bedrijfsvoering, onder meer op het gebied van logistiek en kwaliteit. En daarop zal bijvoorbeeld ook het onderwijs moeten inspringen.

Iets dergelijks gebeurde ook tijdens de eerste Industriële Revolutie. Econoom Jeremy Rifkin beschrijft hoe de opkomst van de stoommachine zorgde voor de groei van de spoorwegen in Amerika. Dat leidde tot het ontstaan van reusachtige aannemingsbedrijven en zelfs van grote kruideniersketens en merkproducten. Om de treinen te laten reizen waren veel kolen nodig, dus werden mijnen opgekocht. En voor het bemannen van de stations hadden de spoorwegen goed opgeleid personeel nodig. Dat had een enorm effect op het onderwijs: alle Amerikaanse leerlingen moesten ongeveer dezelfde competenties hebben, zoals goed kunnen rekenen. 

Nieuwe toetreders

De impact van digitalisering op de sector zal ook historisch zijn. De keten zoals we die nu kennen zal veranderen: machtsverhoudingen kunnen op de kop komen te staan. En misschien komen er nieuwe toetreders, net zoals Airbnb en Uber de hotelbranche en het vervoer van taxi veranderd hebben. 

De tuinbouw moet hiervoor dus een visie ontwikkelen, om te voorkomen dat de sector wordt ‘overvallen’ door de ontwikkelingen. Een proactieve houding is meer dan ooit nodig. Dit stuk kan gelezen worden als een vervolg en verdere uitwerking van de rol van digitalisering in de strategie ’Feeding and Greening the Megacities’.

Hoe de gevolgen van digitalisering er precies uit komen te zien, is niet te voorspellen. Het verloop is van veel factoren afhankelijk. En een belangrijke factor daarbij zijn de bedrijven zelf. Zij kunnen hoofdrolspeler worden in de ontwikkelingen naar de toekomst. Voorwaarde is wel dat ze nu al nadenken over hun rol. Willen ze bijvoorbeeld vooraan staan bij de ontwikkeling van digitale innovaties, of willen ze alleen eindgebruiker van die innovaties zijn?
Ondernemers moeten dus nadenken over hun rol in de keten, nu en in de toekomst. Dat is een ingewikkelde opgave. Om dat te kunnen doen, is meer kennis nodig over wat digitalisering is en mogelijke effecten, kansen en uitdagingen. Dat is dan ook de belangrijkste reden voor een digitaliseringsvisie: ondernemers inzicht geven zodat ze keuzes kunnen maken. 

Welke toekomst willen we?

Dat inzicht verschaffen is een collectieve taak. Digitalisering is te groot, te complex en te veelomvattend voor een individuele ondernemer. Hij of zij heeft daarbij ondersteuning nodig: strategisch, maar ook bijvoorbeeld vanuit onderwijs en overheden. Ook die partijen zijn dus gebaat bij een digitaliseringsvisie. Zodat we allemaal weten waarheen de toekomst leidt, en vooral: welke toekomst we willen.”

Het visiedocument is dus geschreven om te zorgen voor een gezamenlijk taal. Waar hebben we het over als we het over digitalisering hebben, wat zijn de uitdagingen waar we voor staan als glastuinbouw maar ook hoe ziet de keten eruit.  Inmiddels is gebleken dat een stuk al dit helpt om partijen die onze sector niet zo goed kennen om snel inzicht te krijgen in wat er speelt.

Actie!

Blijft nog de vraag, hoe gaan we van visie naar actie? Op korte termijn zijn er (gezamenlijke) acties nodig op de volgende thema’s.

  • Groene kennis digitaliseren; veel kennis over de beslissingen in de teelt zit alleen in de hoofden van de ondernemers en moet digitaal worden vastgelegd. Dit is essentieel voor het goed kunnen benutten van met name decision support-systemen in de teelt.
  • Bewustwording creëren; tuinbouwondernemers zouden zich meer bewust moeten zijn dat digitalisering veel onbenutte mogelijkheden biedt voor een beter rendement. Door dat bewustzijn worden ondernemers betere gesprekspartners van branchevreemde en/of technologische bedrijven met mogelijke oplossingen. Daarnaast weten ze daardoor beter wat consequenties van technologieën zijn voor hun bedrijf, wat een passend risicoprofiel is, en met wie samengewerkt zou kunnen worden.
  • Samenwerking creëren; een goed ecosysteem is een randvoorwaarde voor de ontwikkeling én de implementatie van nieuwe technieken. Daarom zou meer aandacht moeten zijn voor het bij elkaar brengen van partijen (bedrijven, organisaties) die samen de schouders onder een technologie kunnen zetten.
  • Kennis uit andere sectoren beter benutten; veel zaken die in de glastuinbouw spelen zijn niet uniek. Het is belangrijk om te onderzoeken op welke andere plekken dezelfde vraagstukken spelen en mogelijk al opgelost zijn. Hiervoor is het belangrijk om een overzicht te hebben van wat er plaatsvindt in bedrijven in andere sectoren, maar ook dat er gebruik gemaakt wordt van (fundamentele) kennis, zoals ontwikkeld door kennisinstellingen buiten de tuinbouw.
  • Integratie; Belangrijk om te realiseren is dat nieuwe technologie en kennis moeten worden gebruikt in een totaalsysteem. En sensor kan los van alle andere onderdelen heel interessante informatie geven, maar er moet iets worden gedaan om deze informatie relevant te maken.

Langere termijn

Voor de langere termijn zijn er acties nodig op wat we in de visie ‘niveau 3’ noemen. Hierbij draait het om een fundamentele verandering van businessmodellen, keten- en bedrijfsprocessen. Hoe die eruit gaan zien weten we nog niet. Wél kunnen we ons zo goed mogelijk voorbereiden.

Die voorbereiding richt zich voor een groot deel op het opleiden van mensen om open te staan en aan de slag te kunnen met de nieuwe technologie. 

Een deel is zeker ook technisch van aard. Want hoe de toekomst van digitalisering er ook uitziet, het is hoe dan ook belangrijk dat er standaarden komen voor de opslag van data, zodat ondernemers en onderzoeksinstellingen met die data nieuwe technologische concepten kunnen ontwikkelen. Uitdagend is op welke kennisthema’s het glastuinbouwcluster zelf zal moeten investeren in onderzoek en waar gebruikgemaakt zal worden van ontwikkelingen uit andere sectoren. Vanzelfsprekend staat digitale veiligheid bij alle ontwikkelingen voorop, maar ook hiervoor zullen we nog flinke stappen moeten zetten.

Er is nog veel werk aan de winkel om van een visie te werken aan een digitale toekomst voor de glastuinbouw. Die toekomst wordt mooi en digitaal, en de Nederlandse tuinbouw kan er tevens voor zorgen dat de toekomst vers, gezond en mooi is.

Over deze column:

In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Eveline van Zeeland, Eugene Franken, Helen Kardan, Katleen Gabriels, Carina Weijma, Bernd Maier-Leppla en Colinda de Beer probeert Innovation Origins te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Morgen zal het dus goed zijn. Hier zijn alle voorgaande afleveringen.