De verschillen tussen pakweg het buitengebied van Luijksgestel en de binnenstad van Helmond zijn misschien groot, maar het besef dat de 21 gemeenten binnen de regio Brainport Eindhoven ook gezamenlijk wat opgaven en uitdagingen hebben, is inmiddels wel geland. De vorige week uitgekomen Integrale Strategie Ruimte van Metropoolregio Eindhoven is daar het directe uitvloeisel van. Hier meer over die nota zelf. Vandaag zoemen we in op een van de vijf hoofdthema’s van het document: een aantrekkelijk landschap met verbondenheid tussen stad en land. Lees hier de eerdere afleveringen in deze serie. De komende dagen de overige thema’s:
- betere bereikbaarheid met toegangspoorten naar de regio;
- een duurzame en klimaatbestendige regio.
“De nieuwe boer oogst energie.”,
Dat de Groote Heide omvangrijker is dan de Hoge Veluwe, dat weet bijna niemand. Dat de Metropoolregio Eindhoven daarnaast ook nog natuurgebieden als nationaal landschap Groene Woud en Nationaal Park Groote Peel herbergt, realiseert menig Eindhovenaar zich evenmin. De sterke hightech-profilering en de (gewenste) internationale allure in het stedelijk gebied maken het zicht op het mozaïeklandschap met de vele beekdalen en natuurgebieden soms wat lastig. Misschien wel juist daarom wijdt de Ruimtelijke Strategie een apart hoofdstuk aan de omgevingskwaliteit binnen de regio. Omdat we die niet alleen moeten koesteren, maar zeker ook omdat er meer leefplezier uit te halen is dan nu gebeurt.
Het mooie hieraan (stad en land dicht bij elkaar, met elk eigen en soms tegengestelde behoeften) maakt het af en toe ook juist lastig. Vandaar ook het pleidooi in de Strategie om beide grootheden in balans te brengen. “We zijn een netwerk van grote en kleinere steden, verstedelijkste dorpen en landelijke woonlandschappen. Het verder aaneen groeien van stedelijk gebied past niet bij onze identiteit.” Door twee afzonderlijke processen moeten stad en land dichter bij elkaar kunnen komen: aan de ene kant door het landschap (inclusief water en cultuurhistorie) de drager te laten zijn voor dorpse dynamiek en innovaties rondom energie en klimaat en anderzijds door de stedelijke dynamiek juist als aanjager voor vergroening in te zetten.
Maar dat betekent dus ook dat het stadse landschap aangepakt moet worden: niet alleen door meer groen in de binnenstad van Eindhoven, ook door technologie en design meer “voelbaar” te maken voor bewoners en bezoekers. “Bijvoorbeeld door toepassing van innovaties in verlichting, veiligheid, duurzaamheid en materiaalgebruik.” De uitdaging daarbij is om contrasten en de diversiteit te vergroten. “Iedereen moet zich er welkom voelen, er aangenaam kunnen verpozen in parkjes, op pleintjes en langs het water. Die mogelijkheden zijn er nu te weinig in de hoogstedelijke centra.”
Kansen voor recreatie en toerisme liggen volgens de Strategie in de ring rondom de steden, met accenten in de Groote Heide, Kempen Broek, de Peelvenen, het Geopark rondom de Peelrandbreuk, het Groene Woud en het Rijk van Dommel en Aa. Het gehele Dommeldal moet daarbij een herkenbare landschappelijke drager worden, als ware het de Loire van BrabantStad.
De agrarische sector – een grootgrondgebruiker in de hele regio – speelt in dit alles een belangrijke rol. Daarbij wordt ingezet op een omslag die zowel recreatie als duurzaamheid kan bevorderen. “De boerderij van de toekomst draagt positief bij aan de kwaliteit van de leefomgeving. Energiewinning zien we als belangrijke kans: de nieuwe boer oogst energie.” Via pilots en experimenten met de regelgeving moet dat proces een extra duwtje krijgen. Betrokken burgers kunnen zich hiervoor melden.
Meer lezen over de Ruimtelijke Strategie?
Download hier het hele rapport als pdf