Viezo hergebruikt op slimme wijze vrijgekomen energie

Viezo uit Litouwen hoorde de schreeuw van de spoorwegindustrie om het onderhoud van treinen goedkoper en veiliger te maken en ontwikkelde een apparaat om daarbij te helpen. Ceo Donat Ponamariov vertelt erover.

Wat is Viezo?

“Viezo is een start-up die technologie ontwikkelt voor het oogsten van energie. Momenteel werken we samen met de spoorwegindustrie. Dit doen we door gebruik te maken van zogeheten piëzo-elektriciteit. Die energie wordt opgeslagen in een kastje en vervolgens gebruikt voor de sensoren in treinen. Dit is beter voor het milieu omdat je geen kostbare grondstoffen zoals kobalt of lithium hoeft te gebruiken. De levensduur van onze apparaten is naar verwachting gemiddeld vijftien jaar.”

Klinkt ingewikkeld. Hoe doen jullie dat precies?

“Het is ook wat lastig uit te leggen. Vibrerende energie is energie dat ontstaat door beweging. Als je op een rails staat wanneer er een trein aankomt, dan voel je dat. Deze energie kan je ook verzamelen door een kastje, een Strider,  te monteren aan de assen van de treinwielen. Het fungeert dan feitelijk als een batterij die de energie opslaat. Die energie wordt vervolgens gebruikt voor de sensoren die in de treinen aanwezig zijn.”

Waarom de spoorwegindustrie?

“Er is veel behoefte aan nieuwe oplossingen in deze industrie. De vraag naar een kosteneffectieve en milieuvriendelijke oplossing kwam vanuit de spoorwegindustrie zelf. Er gaat nu veel geld naar het onderhoud van de treinen, dat kan anders en goedkoper. Met de Strider besparen ze geld en kunnen ze vroegtijdig defecten opsporen die ernstige gevolgen kunnen hebben.”

Hoeveel kost jullie product?

“Een Strider kost vijftig euro per stuk. Wij verzorgen dan ook de onderhoud daarvan. Een treinstel heeft acht wielen. Dus per treinstel ben je vierhonderd euro kwijt. Dat is nog steeds minder dan wat het onderhoud van treinen nu kost.” 

Wat zijn jullie toekomstplannen?

“We werken nu samen met de spoorwegindustrie, maar onze technologie kan ook ingezet worden bij het mijnen van grondstoffen, in fabrieken of in de bouw. Het product blijft hetzelfde werken, dezelfde technologie maar dan in een andere omgeving. We hopen dat we een bedrijf kunnen worden met een grote wereldwijde afzetmarkt. We zullen met ons hoofdkantoor in Litouwen blijven, maar willen natuurlijk alle landen bedienen.”