De nieuwe Blue Jay zal tijdens de Dutch Technology Week voor het eerst te zien zijn. Het TU/e-studententeam achter de binnenhuisdrone wild dan duidelijk maken wat er allemaal mogelijk is om de mens in huiselijke situaties te helpen. Drie specifieke situaties moeten dan kunnen werken: de drone als huishoudhulp, de drone in het ziekenhuis en de drone als begeleider in grote gebouwen. “We willen laten zien dat de drone een echte hulp is voor de mens”, zegt teamledier Rosa Kuipers.
Op onze Engelstalige site een dubbelinterview met Rosa Kuipers en haar voorgangster Tessie Hartjes
Natuurlijk is het fantastisch dat de indoor drone Blue Jay wereldwijd aandacht kreeg dankzij zijn bedieningscapaciteiten in het Drone Café ter ere van het 60-jarig jubileumfeest van de TU/e. Maar het gelijknamige studententeam dat de drone (door)ontwikkelt, heeft eigenlijk een heel ander doel voor ogen; toewerken naar een wezenlijke bijdrage aan de samenleving. “Het concept van het Drone Café was heel sterk en daarmee hebben we laten zien hoe een drone binnenshuis dienstbaar kan zijn”, verduidelijkt teammanager Rosa Kuipers. “Maar Blue Jay is geen drone die alleen een biertje brengt. Daarom willen we dit schooljaar vooral inzetten op maatschappelijke relevantie.”
Non-profit startup
Met die focus werkt het huidige TU/e studententeam, bestaande uit 19 leden (vrouwen en mannen uit verschillende landen zoals Nederland, Spanje, Italië, India en Nigeria), momenteel aan Blue Jay 2.0. Een andere groep dan die achter de 1.0 voorganger, want in beginsel was Blue Jay een eenmalig project. Maar de animo voor een vervolg was groot, dus voor het schooljaar 2016-2017 waait een frisse wind door de werkruimte van team Blue Jay op de TU/e-campus. Niet dat iedere student zomaar kan aansluiten. “Geïnteresseerden moesten voor de zomervakantie een sollicitatieprocedure doorlopen”, aldus Kuipers. “Na de zomer zijn we meteen van start gegaan. Sommigen parttime, maar anderen ook fulltime.” Omdat er geen studiepunten gekoppeld zijn aan dit soort activiteiten (om alle vrijheid voor conceptontwikkeling te behouden), is persoonlijke motivatie leidend voor deelname aan het project. “Als team zijn we eigenlijk een non-profit startup”, stelt Kuipers. “Het voordeel is dat we daardoor minder afhankelijk zijn van de markt, we kunnen ons vrijheden veroorloven en vooruitlopen met nieuwe ideeën.”
Demonstratie tijdens DTW
Volgens project manager Dennis Marinissen is die vrijheid en creativiteit ‘geweldig’, maar moeten soms wel keuzes gemaakt worden. “We kunnen niet vasthouden aan een onderwijsmodel, we moeten het ook in de praktijk brengen. Er wordt daarom ook meer van je gevraagd, dus je moet er echt voor willen gaan.” Al mogen de individuele drijfveren gerust verschillen, licht hij toe. “We hebben allemaal een eigen definitie van succes. De een is blij als de drone kan vliegen, de ander als we bij De Wereld Draait Door aan tafel zitten om ons verhaal te vertellen.” En zelfs als iets niet lukt, is dat een succes. “Alles wat we proberen, is positief. We kunnen meer experimenteren en wat niet werkt, hoort bij het onderzoeksproces.” Maar één concreet, gezamenlijk streven heeft het team wel nodig, vult Kuipers aan: “De presentatie van Blue Jay 2.0 tijdens dit collegejaar. We willen de eerste publieke demonstratie geven tijdens de Dutch Technology Week in mei.” En uiteindelijk moet er een samenwerking komen met (toekomstige) partners in de zorgsector, want daarvoor moet de indoor drone geoptimaliseerd worden. “We willen echt met de eindgebruikers in contact komen om te weten waar behoefte aan is en uitwerken hoe Blue Jay daarin kan voorzien. Dat moet echt serieus aangepakt worden”, aldus Marinissen.
Buddy-gevoel
Een eerste stap in die serieuze aanpak is al gezet; begin februari sprak het Blue Jay team met specialisten in de zorgsector. Een bemoedigend gesprek, beamen beide teamleden. Kuipers: “Er is binnen de sector veel motivatie om mee te denken over innovatie. Ze zien in dat technologie vooral op het gebied van langdurige zorg nieuwe mogelijkheden biedt, bijvoorbeeld voor kinderen die in het ziekenhuis verblijven, ouderenzorg en mantelzorg. Maar ook om mensen te activeren tot meer beweging. Dankzij de input uit de zorgsector krijgen we nu de kans om gezamenlijk te brainstormen over kansen en bedreigingen voor de inzet van Blue Jay.” Als kans noemt ze bijvoorbeeld het buddy-gevoel dat de drone uitdraagt. “Hij is echt aanwezig in de ruimte en kan dankzij zijn grijperarm spullen aangeven.” Daarmee denkt het team een goede aansluiting te hebben op de uitdagingen waar zorginnovatie voor staat. “Die liggen toch vooral in de sociale hoek. Maatschappelijke acceptatie is lastig, zeker bij een pioniersinnovatie als deze”, weet Kuipers. Daarom zet het team nu in op meer interactie tussen mensen en Blue Jay. “Zo willen we meer betrokkenheid voor ons ontwikkelproces binnen de zorgsector creëren. En die afstand tussen mens en innovatie kleiner maken. Met onze drone willen we technologie een gezicht geven.”