De periode van “Werk thuis, tenzij…” ligt nu achter ons. Maar dat betekent waarschijnlijk niet dat we weer massaal naar kantoor gaan. “De afgelopen tijd hebben we geleerd dat er veel online kan”, zegt Marieke van Beurden, programma directeur Human Vitality & Technology bij de TU Eindhoven. “Ik geloof dat we sowieso geen werkdagen meer zullen hebben van 9 tot 5, op een en dezelfde plek.”
In de Workplace Vitality Hub, op de High Tech Campus Eindhoven (HTCE) gaat Van Beurden vanuit de TU Eindhoven, samen met de andere FITT partners Fontys, imec en TNO, op zoek naar innovaties om de werkplek zo vitaal mogelijk te maken. “En het aantrekkelijk te maken om weer naar kantoor te gaan.”
Sinds 2019 werken de FITT partners samen om mensen op het werk meer te laten bewegen, mentaal gezond te laten zijn en in verbinding te komen met collega’s. De samenwerking krijgt per september een fysieke plek: de Workplace Vitality Hub, op de High Tech Campus Eindhoven. In een van de meest slimme gebouwen van de regio komt er op de tweede verdieping een testruimte. Deze week tekenden de vier founding fathers, de HTCE, als campusontwikkelaar, en Twice, als organisatie om bedrijven toegang tot de hub te geven, de formele samenwerkingsovereenkomst.
Slimme werkplek
“Er staat nu nog niets”, zegt Van Beurden. “Maar in de zomerperiode brengt onder meer Spacewell software en sensoren aan. Daarmee kunnen we monitoren wat de bezetting is en de luchtkwaliteit, temperatuur en CO2-uitstoot meten.” Rob van Gemert, director sales & business development bij Spacewell, coördineert het project vanuit de softwareontwikkelaar. “Voor de HTCE en de hub maken we een smart workplace digitale catalogus van wat er technisch mogelijk is.”
Via een app kan iemand bijvoorbeeld laten weten dat hij naar kantoor wil komen. Die app houdt ook rekening met wie er aanwezig is. “Dus wil je bijvoorbeeld met Marieke overleggen, laat de app weten of zij er die dag is. Is ze er niet dan scheelt je dat een ritje naar kantoor”, duidt Van Gemert. Bij teveel mensen in een ruimte kleurt de ruimte oranje of rood. In de hub komt ook de hardware zoals een touchscreen bij de ingang om de bezetting per ruimte te laten zien.
Van Gemert: “Er zijn veel van dit soort softwarepakketten. Die doen allemaal iets met gebouwbeheer, klimaatbeheersing of het efficiënt inzetten van schoonmaak bij veelgebruikte en minder gebruikte ruimtes. Wij kunnen onafhankelijk van merk en systeem een totaaloplossing bieden en alles aan elkaar koppelen. Daarmee verzamelen we bijvoorbeeld informatie over hoe en wanneer mensen het kantoor gebruiken. Die informatie maken we zichtbaar in een digitaal platform.”
Fysieke en mentale toestand
Met software en sensoren komt er in de hub een basis te liggen waar andere bedrijven en instellingen gebruik van kunnen maken, zegt Van Beurden. “Het wordt een ruimte voor fundamenteel onderzoek naar bijvoorbeeld het effect van licht en geluid op concentratie en productiviteit. Daarnaast wordt het vooral een ruimte waar bedrijven hun innovaties kunnen testen en valideren.” Zoals de vitality chair, een gecombineerd project van imec en TNO. Via geïntegreerde contactloze sensoren verzamelt die stoel data, gedurende alle werkuren, over de zithouding, de mate van activiteit maar ook de hartslag en de ademhaling.
“Dat moet leiden tot informatie over de fysieke en mentale toestand van degene die op de stoel zit”, legt Van Beurden uit. “Wanneer er verandering nodig is of coaching gewenst is, kan er een seintje naar de gebruiker van de stoel gaan.” Zo wordt diegene zich bewust van hoe hij werkt en of hij iets moet veranderen. “Dit moet natuurlijk een comfortabel en gebruiksvriendelijk systeem zijn, waarbij het heel belangrijk is dat het de privacy van de gebruiker beschermt.”
Van Beurden: “Wat deze hub uniek maakt is dat we de interactie zoeken met de mensen in het gebouw. Dus niet alleen een smart building, maar dat we echt de werkende mens centraal zetten. Door persoonsgebonden data te combineren met gegevens over het gebouw, ontstaat er inzicht in wat gebruikers nodig hebben om hun werk gezond efficiënt te doen. Daarna kijken we pas hoe we de technologie en het gebouw daarbij kunnen gebruiken.”
Vergaderwandelingen
In de Workplace Vitality Hub komen, volgens Van Beurden, geen standaard arbo-plekken met een scherm, bureau en stoel. Het worden verschillende settings: restaurantachtige met loungebanken, of een sta-werkplek, of vergaderwandelingen. Als medewerker ga je werken op de plek die past bij de activiteiten die je gaat doen. “Wat ik mooi zou vinden, is dat een werkplek zich bijvoorbeeld aanpast aan mijn behoefte aan licht, geluid en temperatuur.”
De hub maakt ook gebruik van de data van vrij toegankelijke bronnen, zoals de data over het weer. “Als je mensen de suggestie krijgen een bepaalde vergadering wandelend te doen, dan is het wel handig dat het dan niet regent.”
Preventief
Naast dat het een ruimte om te experimenteren is, kunnen bedrijven aansluiten om hun medewerkers te laten ervaren wat de vernieuwingen zijn. “Dat zijn niet alleen medewerkers van de partners, maar kunnen alle bedrijven zijn”, benadrukt Van Beurden.
Voor Van Beurden gaat het uiteindelijk om een verandering van “ons hele systeem”. “Ons systeem is gericht op genezen. Dat geldt ook voor ziek worden van je werk. Het arbostelsel komt pas in actie als je je hebt ziek gemeld. Terwijl er al eerder signalen zijn waaruit je kunt opmerken dat iemand mentaal overbelast raakt. Zoals de aanslagen op een toetsenbord, of het klikken met de muis.”
Zo zijn er volgens Van Beurden start-ups met innovaties in de preventieve hoek. Die bijvoorbeeld het typen en klikgedrag over een langere tijd willen meten. “Ik ervaar dat zelf ook wel. Als je druk hebt, dan ram je er meer op je toetsenbord, dan wanneer je ontspannen bent. Als je dan al kunt interveniëren, dan komt het misschien niet eens zo ver dat mensen zich ziek melden.”
Bedrijven kunnen zich melden voor deelname aan een experiment via deze link. Op 21 september is de officiële opening van de Workplace Vitality Hub.