Author profile picture

Als de maakindustrie in de regio ergens behoefte aan heeft, is het wel het enthousiasmeren van een jonge generatie technici. Ja, ondanks vele campagnes die techniek onder hun aandacht hebben gebracht en de grote stappen die als gevolg daarvan al zijn gemaakt, kan dat nog altijd beter. En dat geldt in het bijzonder voor meisjes. De Dutch Technology Week is een mooie aanleiding om juist die (potentiële) doelgroep weer eens naar voren te schuiven.


dtwE52 maakt een serie artikelen ter voorbereiding op de Dutch Technology Week (23-29 mei). Dit is het zevende deel. Hier de eerdere delen


 

Frits van Hout is als Chief Program Officier in de directie van ASML meer dan gemiddeld bezig met het op peil houden van de kwaliteit van zijn organisatie. Soms heb je daarvoor talenten uit het buitenland nodig (niet voor niets werken er bij ASML 85 verschillende nationaliteiten), soms kan het met transfers binnen de regio (als je er als bedrijf maar voor zorgt de supply chain niet leeg te zuigen, want dan ben je nog verder van huis). Maar het meest essentieel blijft ervoor te zorgen dat er constant nieuwe, jonge aanwas is. En daarvoor moeten simpelweg meer kinderen een technische opleiding volgen, zowel op de middelbare school als daarna.

Van Hout kreeg onlangs weer eens de kans om de kern van het probleem aan staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs) uit te leggen. “Kijk bijvoorbeeld naar de doorstroom van basisschool via havo naar technische HBO opleidingen zoals informatica, chemie, elektrotechniek, wiskunde en natuurkunde. Onderzoek zoals de Monitor Techniekpact en dat van de landelijke organisatie VHTO laat zien dat van elke duizend meisjes op de basisschool er ongeveer 200 naar de havo gaan, maar dat er uiteindelijk slechts 5 een diploma in zo’n technische opleiding behalen. Doodzonde is het.”

Frits van Hout - Executive Vice President and Chief Program Officer_office_30374Van Hout kan zich er elke dag weer boos over maken. “Ze hebben de basis en op de havo zijn ze zo dicht bij de praktijk, hoogstens 3 tot 5 jaar nog maar, dat moet gewoon beter kunnen.” Het was aanleiding voor Van Hout en veel van zijn collega’s in de sector om niet alleen Sander Dekker te doordringen van dit gegeven, maar ook zelf in actie te komen. “Natuurlijk kunnen we wel roepen dat de recente maatregelen rond studiefinanciering het alleen maar lastiger maken om meisjes in technische studies te krijgen, juist omdat deze studies gemiddeld moeilijker zijn en langer duren, maar daarmee lossen we het nog niet op. Vandaar dat we ook zelf vol zijn gaan inzetten op het informeren van de scholen. We gaan er op bezoek, we nodigen decanen en alle andere mensen die te maken hebben met studiebegeleiding bij ons uit. En we halen de leerlingen zelf bij ons naar binnen. Alles vanuit de overtuiging dat dit gewoon anders moet.”

De lobby van Van Hout en consorten heeft er inmiddels toe geleid dat er steeds meer “Brainport-scholen” zijn in de regio. Dat zijn scholen waar techniek de aandacht krijgt die nodig is om meer leerlingen richting technisch vervolgonderwijs te krijgen. Dat gebeurt bijvoorbeeld door met klassen op bezoek te gaan bij bedrijven in de maakindustrie. Of door ingenieurs in de klas te laten zien wat het betekent om in de maakindustrie te werken. Dat heeft impact: bij partnerscholen van ASML is de doorstroom naar technische studies significant hoger.

Ook hecht Van Hout grote waarde aan het JET-Net netwerk : Jongeren en Technologie, een landelijk actieve samenwerking tussen bedrijven, onderwijs en overheid. Doel is havo/vwo-leerlingen een reëel beeld te geven van bèta en technologie en hen te interesseren voor een bètatechnische vervolgopleiding. Van Hout: “Hoe beter we erin slagen om de logica te laten zien van zo’n vervolgopleiding, des te meer meisjes uiteindelijk zullen inzien dat dit misschien iets voor hen is. En des te beter het gaat met de bedrijvigheid die afhankelijk is van voldoende instroom.”

ASML deed in het verleden in eigen huis al verscheidene keren mee met Girlsday vanuit de landelijke organisatie VHTO, en ook op 14 april 2016 was ASML weer van de partij. Maar ook kijkt ASML nadrukkelijk naar de Dutch Technology Week voor het verder verspreiden van de boodschap. De scholenbezoeken zijn daarbinnen van belang, maar ook een event als de Night of the Nerds: duizenden scholieren bij elkaar die komen ontdekken en feesten. “Misschien komen ze vooral voor dat laatste, maar dan is het eerste toch nog mooi meegenomen.”

Night of the Nerds

Tijdens Night of the Nerds worden jongeren ondergedompeld in de allernieuwste technologie, digitale ontwikkelingen en creatieve toepassingen. Op Night of the Nerds ontmoeten jongeren the brightest minds minds in technology and creativity: game changers en jonge helden, zoals talenten van innovatieve technologiebedrijven, veelbelovende studenten van technische- en creatieve opleidingen en getalenteerde makers uit de creatieve industrie en e-cultuur. Zij staan garant voor een inspirerend en feestelijk programma met robots, virtual reality, gaming, 3d-printen, augmented reality, Internet of Things, sensortechnologie, sound design, coding, interactieve installaties, nanotechnologie, beroepen van de toekomst en nog heel veel meer.

Het programma bestaat uit meer dan 55 experiences, clinics, shows, techtalks en een testlab.

Night of the Nerds is het middagprogramma van de VO-dag: één dag in de DTW speciaal voor het voortgezet onderwijs, onder aanvoering van Fontys en ASML georganiseerd door de samenwerkende DTW-partners. Het ochtendprogramma van deze dag is de Young Tech Tour en staat in het teken van bedrijfsbezoeken. Meer info hier.