Author profile picture

In Barcelona vindt het Smart City Expo World Congress plaats, met 25.000 bezoekers het grootste op dit gebied. 250 van hen komen uit Nederland. Verslag vanaf het Holland Paviljoen.

Het is een komen en gaan van internationale delegaties op de stand waar de BV Nederland een wervelende show geeft waaruit blijkt hoe Nederlandse gemeenten en bedrijven voorop lopen in smart and green mobility en in het resilient maken van steden tegen klimaatverandering. Of het nu gaat om het 5G field lab van KPN op de Automotive Campus, de techniek waarmee ingenieursbureau Sweco elektrische auto’s straks voorrang kan geven bij verkeerslichten en zo zuiniger kan maken, Nederlandse gemeenten en ondernemers doen in innovatief opzicht in geen enkel opzicht onder voor andere landen.

Lees ook: Ontwikkel geen techniek zonder echt probleem

Toch komt de grote delegatie van het Zuid-Koreaanse ministerie van infrastructuur niet per se informeren naar de slimme mobiliteitsoplossingen uit Nederland. Die techniek hebben ze in Korea ook wel, verzekert senior-onderzoeker Harry Koo van het ministerie. “Maar de manier waarop bij jullie bedrijven, onderzoeksinstellingen en overheid samenwerken staat bij ons nog in de kinderschoenen. Dáár willen we van leren!”

Slimme wijk afgeschaald

Het is dan ook niet zozeer de techniek, maar vooral de manier waarop Nederland innoveert, die het buitenland interesseert, blijkt ook uit het verhaal van directeur Peter Portheine van Brainport Smart District, de Helmondse wijk die de slimste ter wereld moet worden. Enthousiast vertelt hij zojuist bezoek te hebben gehad van de directeur van Sidewalks Labs, het Googlebedrijf dat in Canada een stad van de toekomst wilde bouwen. Deze smart city, met complete wijken van hout, straten waar automatische luifels de bewoners zouden beschermen tegen regen en zelfdenkende techniek de straten sneeuwvrij zou houden, werd onlangs flink afgeschaald, toen het stadsbestuur erachter kwam dat het techbedrijf er toch echt met de data van burgers vandoor zou gaan.

Portheine: “De directeur wilde weten hoe wij de overheid hebben meegekregen met onze wijk. Ik legde hem uit dat wij de overheid zijn en de wijk bouwen en dat bewoners zelf de regie houden over het gebruik van hun data”, zegt Portheine. “Dat wringt natuurlijk met hun businessmodel: het democratiseren van data is niet echt hun ding maar bij ons een absolute voorwaarde. Er zijn andere grote techbedrijven die dit wel begrijpen en ook geïnteresseerd meekijken naar wat wij aan het doen zijn.”

Het draait om matchmaking

Voor echte wereldprimeurs hoef je allang niet meer op een beurs als deze te zijn. Hier gaat het vooral om netwerken en – belangrijker – matchmaking, ofwel het zoeken van goede contacten voor Nederlandse ondernemers. Liaison officer Janine Kaya van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) vertelt hoe ze voorafgaand aan de expo de afgelopen weken voor de Nederlandse deelnemers zeker 353 gesprekken met potentiële nieuwe klanten organiseerde. “Het mooiste is natuurlijk als er daar ook deals voortkomen en dat is met grote regelmaat het geval.”

 

Het matchmaking vindt plaats op initiatief van de Europese Commisie, die daarvoor het enterprise europe network in het leven heeft geroepen. “Na de beurs volg ik precies wat de gesprekken hebben opgeleverd, want de Europese Commissie wil de impact weten. Zijn er deals uit voortgekomen of is er bijvoorbeeld innovatie uit ontstaan? We doen dat bij elke buitenlandse missie en de succesverhalen verzamelen we. In de foodsector is het resultaat natuurlijk snel meetbaar, want een order van 100 flessen wijn gaat een stuk gemakkelijker dan een groot infrastructureel project. Maar vorig jaar kon ik nog twee deals van één miljoen euro rapporteren in de watersector. Dat zijn écht mooie momenten, zeker als je van de ondernemers hoort dat zonder onze bemiddeling die omzet er nooit was gekomen. Dat is het mooie van mijn werk: je staat heel dicht bij bedrijven.”