Staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat en Constantijn van Oranje, speciaal gezant voor TechLeap.NL hebben maandag het startschot gegeven voor de Nederlandse deelname aan de internationale technologiebeurs CES2021 (Consumer Electronics Show). Deze grootste elektronicabeurs ter wereld die normaal in Las Vegas wordt gehouden, vindt dit jaar online plaats. Aan de beurs nemen ruim 90 Nederlandse bedrijven deel.
Een van de eerste programmaonderdelen was speciaal bedoeld voor Nederlandse start-ups op zoek naar een Amerikaanse durfinvesteerder (venture capitalist). De start-ups kregen daarbij in een videobijeenkomst van VC-bedrijven nuttige tips over hoe ze dat moeten doen.
Zo stelden de VC-bedrijven onder andere dat het verstandig is om vooraf veel online-research te doen voordat ze een durfinvesteerder benaderen. Dat kan voorkomen dat ze een blauwtje lopen.
Grote verschillen
Er zijn namelijk grote onderlinge verschillen tussen venture capitalists. Zo is de ene VC-ondernemer alleen maar geïnteresseerd in al wat grotere bedrijven die echt groot denken, richting een omzet van miljarden wereldwijd. Andere VC-bedrijven zijn weer meer op zoek naar kleinere bedrijven en zijn echte “Seed-investors” (vroege investeerders).
Venture capitalist hebben vaak ieder ook hun eigen specialismes. De een focust volledig op online-handel, de ander weer in communicatiesoftware, gezondheidszorg, onderwijs of iets anders. Het is belangrijk om dat soort dingen van tevoren te weten om serieus te worden genomen.
Israël
Een andere tip van de VC-bedrijven aan start-ups is om een minstens een klant in de VS te zoeken. Voor veel durfinvesteerders in Siliconvalley is dat belangrijk omdat ze die markt beter kennen.
Opvallend is dat Israëlische start-ups dit blijkbaar goed onder de knie hebben, want de meeste van de VC-bedrijven die aan de videobijeenkomst deelnamen, hebben goede ervaringen met Israëlische start-ups.
Transparantie
Ook aan transparantie wordt veel waarde gehecht. Volgens een van de VC-entrepreneurs raakt het uit de mode om “te veel” vertrouwen (overconfidence) uit te stralen. Ondernemers moeten niet alleen hun sterke kanten tonen, maar ook hun zwakke. Die heeft namelijk elk bedrijf. Door het vroeg over te hebben, ontstaat er meer onderling vertrouwen.
Waar ook waarde aan wordt gehecht, is dat start-ups erover nadenken of hun bedrijfsmodel net zo goed werkt in de VS als in Europa. Anderen – die al meer ervaringen hebben met investeringen in Europa – vinden dat minder belangrijk.
De VC-bedrijven verwachten sowieso niet meer dat een bedrijf uit Europa zich helemaal vestigt in de Siliconvalley. Vroeger was dat vaak wel nog zo. Nu is het meestal genoeg als een bedrijf alleen een paar onderdelen overbrengt naar de Valley. Dat heeft ook kostenvoordelen, want de kosten voor bijvoorbeeld werknemers en huisvesting zijn in Europa lager.
De verwachting is sowieso dat de komende jaren steeds meer durfinvesteerders zelf actief op zoek zullen gaan naar interessante investeringen in Europa. Dat biedt voor hun kansen omdat de markt voor durfkapitaal in Europa nog sterk onderontwikkeld is in vergelijking met de VS.
Startups hebben de toekomst
Mona Keijzer gaf de Nederlandse startups nog mee “groot te denken”. Constantijn van Oranje benadrukte dat start-ups de toekomst hebben.
Dat de CES een belangrijke platform is om ideeën op te doen, partners te zoeken en jezelf in de etalage zetten, is al jaren bekend. Keijzer gaf het voorbeeld van Hydraloop dat bij de laatste CES in 2020 enkele van de belangrijkste innovatieprijzen in de wacht sleepte.
De Nederlandse deelname bestrijkt dit jaar bedrijven uit allerlei sectoren zoals kwantummechanica, digitale gezondheid, kunstmatige intelligentie, cybersecurity, 5G, energie, en nanotechnologie.
Een volledige lijst van de deelnemende bedrijven is hier te vinden.
Lees ook: Constantijn: ‘Wil Nederland relevant blijven, dan moeten we voorop willen lopen’
Als je dit artikel leuk vindt, lees dan ook:
