Op haar vaders tulpenbedrijf kreeg ze de smaak van het ondernemerschap al goed te pakken, maar Josefien Groot kwam op haar 19e pas echt los in haar eerste eigen start-up. Met Yogachicks verkocht ze leggings van gerecyclede plastic flesjes. Toch vond ze dat er een steviger fundament nodig was en dus verkocht ze haar bedrijf en ging studeren. Uiteindelijk deed ze een Master Complex Systems Engineering & Management aan de TU Delft, waar ze haar huidige zakenpartner Ruben Geutjens ontmoette. Samen richtten ze in augustus 2017 Qlayers op; Geutjens vanuit een passie voor technologie, Groot met een groot hart voor duurzaamheid en ondernemerschap. Momenteel leiden ze een bedrijf met 12 medewerkers (“en een reeks vacatures”) uit alle delen van de wereld. Hun missie: coatingprocessen automatiseren en op die manier toegankelijk maken voor elk denkbaar doel.
Dit artikel is onderdeel van een eind juni gestarte serie over innovatie in Zuid-Holland. Hier de hele serie tot nu toe.
Afgelopen maandag sprak Josefien Groot zo’n duizend ondernemers toe tijdens het jaarevent van Innovation Quarter, de regionale ontwikkelingsmaatschappij van Zuid-Holland. Het applaus voor haar was groot, en dat was niet alleen vanuit collegiaal respect uit de zaal. Groot straalt op het podium een mix uit van innemendheid en Hollandse lef – iets wat de toehoorders maar wat graag willen herkennen in een jonge generatie ondernemers.
Qlayers zegt “elk oppervlak functioneel te willen maken”, maar wat betekent dat eigenlijk? Groot: “Wil je een oppervlak dat elektriciteit produceert, zichzelf geneest of reinigt, de weerstand vermindert of niet bevriest? Qlayers gaat ervoor zorgen.” Natuurlijk wil Groot daarmee haar bedrijf zo succesvol mogelijk maken, maar haar ambitie reikt verder. “Al bij mijn vader tussen de tulpenbollen dacht ik na hoe je zaken slimmer zou kunnen aanpakken. We kunnen allemaal kleine dingen bijdragen voor een betere wereld, maar vooral in de industrie is verduurzaming van groot belang, want juist daar wordt zoveel energie gebruikt. Daar is volop winst te behalen.”
Tijdens een brainstorm met met Ruben in Delft kwam het Eureka-moment, vertelt Groot. “Als we microstructuren kunnen printen, zouden we de echte inspiratie wel eens uit de natuur kunnen halen. Toen bedachten we dat de structuur van een haaienhuid wel eens heel effectief zou kunnen zijn voor toepassingen op grote oppervlakten die met wrijving te maken hebben. Die haaienhuid is immers zo samengesteld dat de weerstand minimaal is. Waarom zouden we dat dan niet op schepen gaan toepassen? Of op vliegtuigen? De bladen van een windturbine?”
Dat een haaienhuid de weerstand vermindert, weten we al honderd jaar, zegt Groot. “Zo’n 8%, dus dat is aanzienlijk. Maar het is nog geen enkele andere partij gelukt om een haaienhuidcoating geautomatiseerd op grote oppervlakten te printen. Wij gaan dat wel doen.”
Zo ver is het nog niet, maar inmiddels heeft Qlayers wel al een printerkop ontwikkeld die de coating-industrie vooruit helpt. Door het geautomatiseerde proces heel veel extra kosten bespaard worden in vergelijking met nu. De printerkop past op een robot, zodat coatings automatisch, stofvrij en milieuvriendelijk aangebracht kunnen worden waar dat nu nog met de hand gebeurt. “Op dit moment kunnen we al buizen printen, volgend jaar ook opslagtanks, en in 2021 zal dat steeds verder gaan.”
Door niet direct het ultieme product – de haaienhuiden op scheepsrompen – op de markt te brengen, hoopt Groot haar bedrijf ook stap-voor-stap door te kunnen ontwikkelen. “We moeten oppassen dat we de kloof tussen technologie en markt niet te groot te maken. Uiteindelijk willen we die radicale transformatie wel voor elkaar krijgen, maar juist in de industrie hebben incrementele innovaties vaak meer impact. Vandaar dat we ons eerst richten op het automatiseren van het reguliere coatingproces.” Dat wil zeggen: verf aanbrengen met een machine in plaats van een mens. De omzet die dat oplevert wordt gebruikt om de technologie “die elk oppervlakte functioneel gaat maken” verder te ontwikkelen.
Gedeputeerde Adri Bom-Lemstra van de provincie Zuid-Holland had aan het einde van Groots presentatie nog een verrassing in petto: een check van 20.000 euro voor de doorontwikkeling van de printerkop. “Ik snap wel dat het niet genoeg is voor het hele proces, maar alle kleine beetjes helpen”, zei Bom-Lemstra. “Met dit soort stimuleringsbijdragen hebben we inmiddels 194 mkb’ers een duwtje in de rug kunnen geven.” Substantiëler is de 300.000 euro die Qlayers van het investeringsfonds UNIIQ heeft ontvangen, een fonds binnen Innovation Quarter gericht op de proof-of-concept fase van start-ups. Het is bedoeld om ondernemers in Zuid-Holland sneller naar de markt te brengen.
Het helpt Groot en Geutjens hun ultieme doel weer wat dichterbij te brengen. “Uiteindelijk willen wij echte impact maken. Met onze haaienhuid op scheepsrompen kunnen we 8000 ton CO₂ besparen. Per schip!”
Inspiratie nodig? Hier vind je al onze verhalen uit de start-up serie.