In september verhuizen ruim honderd studenten van Fontys naar Brainport Industries Campus (BIC) in Eindhoven. Het gaat om studenten vanaf het derde jaar die studeren rond de thema’s additive manufacturing, robotica en operational excellence (alles rond effectief produceren). Het doel van de verhuizing is om studenten en het bedrijfsleven dichter bij elkaar te brengen en meer samen te laten werken. Op dit moment wordt er druk verbouwd en als de overheid het toelaat, gaan de studenten vanaf 1 september werken aan projecten samen met het bedrijfsleven op BIC.
Nieuw is het concept niet, vertelt Ella Hueting, directeur van Fontys Hogeschool Engineering. “We hebben hier al ervaring mee. Het werkt goed en is succesvol. Ook op de Automotive Campus in Helmond geven we onderwijs op locatie. Ook daar werken studenten aan opdrachten die komen uit het werkveld, ze maken letterlijk kennis met de praktijk. Zeker als studenten weten welke richting ze op willen en een keuze hebben gemaakt, is het belangrijk dat ze alvast binnen dit werkveld aan de slag gaan. Dat geldt niet alleen voor de automotive industrie, maar ook voor andere technische sectoren. Op Brainport Industries Campus krijgen ze die kans. Het is een unieke locatie omdat hier veel technische bedrijven bij elkaar komen.”
Veilige omgeving
Een bijkomend voordeel is volgens de directeur dat studenten niet alleen in contact komen met de verschillende high tech bedrijven op BIC, maar ook werken met andere studenten. Zo zit het Summa College met een aantal opleidingen op de campus en werken studenten van de TU/e ook samen met Fontys studenten in verschillende fieldlabs met bedrijven. “In de eerste twee jaar van de opleiding vinden we het belangrijk dat studenten het naar hun zin hebben en zich in een veilige omgeving kunnen ontwikkelen op de Fontys campus. Daarna willen we ze zoveel mogelijk stimuleren om in contact te komen met de praktijk”, zegt Hueting.
En die praktijk bestaat niet alleen uit HBO studenten. “Binnen een bedrijf lopen ook niet alleen maar MBO’ers of alleen WO’ers, ze lopen allemaal door elkaar heen. Verschillende soorten mensen hebben elkaar nodig. Dus het is goed dat je dat al tijdens je studie meemaakt. Het mooie is dat HBO’ers hierin een verbindende functie hebben. Ze hebben het praktische van MBO’ers en het theoretische van een WO’er. Bedrijven die met een technisch probleem zitten, kunnen veel hebben aan de vertaalslag die studenten maken. Ze zien een techniek als 3D-printen niet als iets nieuws, maar als iets waar ze gebruik van kunnen maken. Voor hen is het er al, het is niet nieuw meer.”
Wisselwerking
Hueting denkt daarom dat studenten niet alleen kennis van de bedrijven op BIC komen halen. “Het is een wisselwerking. Vroeger had het onderwijs veel meer een volgende rol, dat wij als opleidingsinstituut bij bedrijven aanklopten om na te gaan waar behoefte aan was. Maar je merkt steeds meer dat bedrijven ook naar Fontys kijken. Op het gebied van 3D-printen bijvoorbeeld zijn onze studenten erg sterk. Daar kunnen wij het bedrijfsleven weer bij helpen. Op deze manier kun je kennis en ervaring heen en weer delen. Dan is het goed dat je letterlijk dicht bij elkaar zit, want technologie ontwikkelt razendsnel.”
Dat is waarom Hueting zo enthousiast is over de verschillende fieldlabs op BIC waar ook studenten van Fontys aan meewerken. “Dit zijn echte broedplaatsen voor nieuwe technieken. Het is een vrije omgeving waar studenten van verschillende niveaus samenwerken met werknemers van verschillende bedrijven. Ik vind het heel erg mooi om te zien dat ze volledig gelijkwaardig worden behandeld. Ze krijgen de ruimte hun ideeën uit te proberen. Dat is heel belangrijk voor hun ontwikkeling.”
Hybride docenten
De kennis van de bedrijven op de campus komt via zogenaamde hybride docenten bij de studenten terecht. Deze docenten verdelen hun tijd tussen lesgeven en werken. “Zij zijn op de hoogte van de laatste technieken en weten hoe het er in de praktijk aan toegaat. Het grappige is dat zij door deze manier van werken ook weer bijleren. Ze moeten goed nadenken over hoe ze overbrengen wat ze weten.”
Om nog beter aan te sluiten op het bedrijfsleven werkt Fontys Engineering samen met bedrijven als ASML en VDL aan een master design engineering. “Door het lesprogramma samen te ontwikkelen en uit te voeren, kunnen we super goed inspelen op wat er in het werkveld gebeurt. De master is niet alleen bedoeld voor studenten die net klaar zijn met hun hbo-opleiding, maar is er juist ook voor mensen die al werken en nog een verdiepingsslag willen maken”, zegt Hueting.
Als je dit artikel leuk vindt, lees dan ook:
