In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Maarten Steinbuch, Mary Fiers, Carlo van de Weijer, Lucien Engelen, Tessie Hartjes en Auke Hoekstra, probeert Innovation Origins uit te vinden hoe de toekomst eruit zal zien. De zes columnisten, af en toe aangevuld met gastbloggers, zijn allemaal op hun eigen manier bezig met oplossingen voor de problemen van onze tijd. Zodat Morgen Beter wordt. Deze zondag is Lucien Engelen aan de beurt, over werkgelegenheid voor zittend personeel en bij start-ups. Hier alle eerdere afleveringen.
“Een start-up is geweldig, maar hoe zit het met onze huidige medewerkers?”
Een onderwerp dat volgens mij meer aandacht zou moeten krijgen, is de inzetbaarheid van personeel in de komende decennia.
Hoewel ik de start-up-spirit zeer omarm en die inspanningen graag wil blijven steunen, zie ik ook een discrepantie met hoe instellingen en overheden met het zittende personeel omgaan. Mooi opgezette subsidies, programma’s en andere stimulerende instrumenten worden gebruikt om de startersgemeenschap te versnellen, een paar extra mensen op de arbeidsmarkt te brengen en soms een geweldige doorbraak te forceren in termen van verkregen financiering, enz. EN DAT MOETEN WE OOK BLIJVEN DOEN!
De blinde vlek in mijn ogen is echter hoe we de huidige medewerkers kunnen helpen bij de nieuwe realiteit van een digitale wereld. Waarom worden nieuwe inspanningen gestimuleerd maar geldt dat niet voor (verander)programma’s voor de bestaande beroepsbevolking?
Oké, er is zeker een verantwoordelijkheid voor de medewerker zelf, maar denk even na over de schaal. Onlangs heb ik een (klein) debat gehad met iemand van buiten onze regio, die zei dat startups van groot belang waren voor de werkgelegenheid in de regio. Ik pauzeerde even en antwoordde dat hij het allemaal verkeerd zag: WIJ (als huidige werkgevers) zijn instrumenteel omdat wij (bij het UMC Radboud in mijn geval) ruim 10.000 banen hebben, die willen we de komende decennia behouden, zeker omdat we met onze startup-activiteiten hoogstens tientallen nieuwe banen creëren. Nogmaals, ik ben sterk betrokken bij de start-up scene in onze regio en in het buitenland, maar ik ben nogal verbijsterd door deze blinde vlek. Ik moet dit ook steeds weer op regeringsniveau aan de orde stellen, want ik denk echt dat er hier een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van werkgevers en overheid en dat we beide kanten aandacht zouden moeten geven. Te vaak zien we dat dit pas gebeurt als het schip al aan het zinken is.
Laten we dus een manier vinden om en/en te doen, in tegenstelling tot of/of, wat nu het geval is.