De directe verbinding tussen Eindhoven en Düsseldorf ligt op koers voor een start in 2025. Een andere nieuwe internationale verbinding vanuit de regio – die tussen Hamont en Weert – heeft meer onderzoek nodig voordat er definitieve keuzes worden gemaakt. Dat schrijft staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat in een brief aan de Kamer. De brief gaat over alle internationale treinverbindingen; aanleiding zijn Kamervragen over alternatieven voor de luchtvaart.
“Sinds enkele maanden is zowel in als buiten Nederland een levendig debat ontstaan over de mogelijkheid om vervoer per vliegtuig over de korte afstand binnen Europa te vervangen door internationaal vervoer per trein. Meer reizen per trein draagt bij aan verduurzaming van het personenvervoer en het biedt veel andere voordelen: je stapt uit in het midden van de stad, het bespaart lange inchecktijden en het is minstens zo comfortabel”, schrijft Van Veldhoven.
Inmiddels rijden dagelijks in totaal circa 150 treinen per dag over de grens en hetzelfde aantal Nederland weer in. De meeste daarvan voor de korte afstand. “Het realiseren van korte én lange internationale verbindingen is niet gemakkelijk, mede door de vele betrokken partijen en technieken over de landsgrenzen heen. De situatie is op sommige verbindingen dan ook nog niet ideaal, denk aan frequentie en snelheid. Daarom werkt het kabinet de komende jaren aan het optimaliseren van verschillende van deze verbindingen.” Vervanging van het vliegtuig ziet Van Veldhoven vooral voor de bestemmingen Londen, Parijs, Frankfurt, Düsseldorf en Brussel.
De eerder al bekendgemaakte keuze voor een intercityverbinding (in plaats van een hogesnelheidstrein) tussen Eindhoven en Düsseldorf wordt dit najaar in bestuursovereenkomsten formeel bevestigd, zo verwacht Van Veldhoven. Er zal dan vanaf 2025 elk uur een intercity tussen de twee steden rijden.
Weert – Hamont
Voor de lijn tussen Weert en Hamont (met van daaruit aansluiting richting Antwerpen en Brussel) is nog meer onderzoek nodig. “Om de komende tijd verdere stappen te kunnen zetten richting de realisatie van deze ambitie vanuit het regeerakkoord, zal ik ProRail de opdracht geven om de ontbrekende informatie in beeld te brengen zodat er een betrouwbaar beeld ontstaat van de investeringskosten. Daarnaast laat ik de (maatschappelijke) kosten-batenanalyse uitwerken.” Tevens wordt alvast gekeken welke vervoerders voor deze verbinding in aanmerking kunnen komen. Dat moet allemaal later dit jaar duidelijk zijn.
Eindhoven – Düsseldorf
Het voorkeursalternatief voor Eindhoven – Düsseldorf bestaat uit twee elementen, zo is in december vorig jaar al vastgelegd: een integratie van de intercity-dienst tussen Eindhoven en Venlo met die tussen Venlo en Düsseldorf als eerste stap en een versnelling in dat traject vanaf het moment dat de spoorverdubbeling tussen Dülken en Kaldenkirchen klaar is. Hiervoor wordt de trein vanuit Utrecht naar Eindhoven een keer per uur geknipt in Eindhoven. Dat is wel lastig voor de doorgaande reizigers, maar de voordelen zijn groter, zo concludeerden de onderzoekers. Ook het doortrekken van de trein naar den Haag is niet wenselijk, want door het langere traject zou de kans op vertragingen groeien. Omdat het rangeerterrein in Eindhoven te klein is, zullen de intercity’s uit Duitsland in Best moeten keren. Dat betekent trouwens niet dat Best als extra station zal worden gebruikt. De aanpassingen die hiervoor nodig zijn zullen bijna 10 miljoen kosten. aan Duitse kant zijn de investeringen rond de 135 miljoen – mogelijk dat Nederland daaraan gaat meebetalen.
