Het klimaat verandert en de gevolgen daarvan gaan we allemaal merken, over de hele wereld. Plannen om ons daarop voor te bereiden of zelfs om het proces te keren zijn er genoeg. Maar wat kun je daar als wethouder van een middelgrote stad in Nederland aan bijdragen? Wat is de impact van een klimaatmaatregel op lokaal niveau? Rik Thijs, Wethouder Klimaat, Energie, Grond en Vergroenen in Eindhoven, neemt ons een keer per maand mee in zijn dilemma’s, zijn keuzes en zijn ambities.
Donderdagnacht, 18 juli, woedde een enorme brand bij de 260 jaar oude plataan bij het Wasven in Eindhoven. De eerste Wereldboom die 1000 jaar kon worden, lijkt doelwit te zijn geweest van brandstichting. Vele inwoners van Eindhoven waren geschokt. Direct is een inzamelingsactie gestart voor het redden van de boom. Er is een kans dat de boom het redt en dat de boom er over 500 jaar nog staat.
Het verdriet over de brand laat zien welke waarde een boom kan hebben. Niet alleen voor de biodiversiteit en verkoeling in onze stad, maar ook emotioneel. Onder aan de boom waren concerten, trouwerijen en uitvaarten.
De brand van deze boom staat voor mij voor meer. Dat we zorgvuldig moeten omgaan met het groen in onze stad en juist bomen moeten toevoegen. Bomen erbij zorgt ook voor dillema’s. Het lijken geen grote vraagstukken, maar het lijkt mij goed om jullie ook mee te nemen in de kleinere dillema’s waar ik mee te maken krijg.
Als wethouder groen moet ik regelmatig beslissen over bezwaren op een kapvergunning. Bewoners willen dan een boom kappen in hun tuin, of doen een verzoek voor bomenkap in de straat. Vanuit het individueel oogpunt is dit te begrijpen, maar vanuit een groter maatschappelijk belang hebben we als Eindhoven een streng kapbeleid. We gaan niet akkoord met het kappen van bomen wanneer dit voor vuil of bladeren op de auto zorgt. Of wanneer de bomen zon tegenhoudt voor de zonnepanelen. Dat snappen mensen soms niet, want zonnepanelen is toch ook een goede ontwikkeling?
De waarde van bestaande bomen gaat vaak vóór andere ontwikkelingen. Bomen zijn namelijk onze longen van de stad. Al zijn er natuurlijk uitzonderingen. Zeker wanneer het gaat over onze grote bouwopgave. Het credo is dan eerst behoud van bomen, en anders compensatie van groen in de directe omgeving. Om te bepalen hoeveel groen dan terug moet komen, berekenen we de waarde van de boom.
Nieuwe dilemma’s
Ook bij nieuw groen ontstaan dilemma’s. Zo zijn we bezig met het verwijderen van overtollige bestrating. We planten dan plantsoenen aan zodat onze straten groener, biodiverser en klimaatbestendig worden. Alleen leidt dat soms tot klachten. Bijvoorbeeld omdat mensen een paar meter moeten omlopen met de boodschappen, omdat voor de deur een groenstrook is gerealiseerd. Of wanneer we bomen planten in een boomloze straat. Voor iedere boom is wel klacht te verzinnen: minder licht, vallende bladeren, uitzicht. Toch is het grote belang van een groene klimaat adaptieve stad dat we het algemene belang voorop moeten stellen in plaats van het individuele belang, om de stad leefbaar te houden, ondanks de weerstand. Hoewel we de bewoners betrekken bij plannen, kunnen we tegenstanders van groen niet voorkomen.
Hopelijk is de plataan bij het Wasven een voorbeeld voor alle duizenden bomen die we de komende jaren gaan planten. Dat een boom meer kan zijn dan een stam met blad. Het zijn de kraamkamers van vogels, insecten en andere beesten. Het kan een emotionele betekenis krijgen, het zijn de mini-airco’s die onze stad in de toekomst koel gaan houden. Laten we hopen dat één van onze grootste airco’s van de stad dus over 500 jaar nog staat te koelen en een plek kan blijven voor vreugde en verdriet. Dat is in iedere geval wat bomen met mij doen.