“Wij kunnen kritisch zijn, zonder vijandig over te komen. We stellen de blonde vragen”, vertelt Henrik Brandt, directeur van het Deense instituut voor sportstudies, Idan. Deze houding, maar ook de overeenkomsten tussen beide landen en de Eindhovense ondernemersgeest moeten bijdragen aan een betere sportwereld, zo vinden Brandt en de oprichters van het Eindhovense Sport eXperience Arno Hermans en Victor Beerkens.
Net als Denemarken scoort Nederland hoog als het gaat om innovatie. Denemarken was tweede en Nederland vijfde op het European Innovation Scorebord 2016. Vanuit deze overeenkomsten zochten Sport eXperience en Idan al in september vorig jaar naar samenwerking. Toen organiseerde Sport eXperience een acceleratieweek voor sport startups in Kopenhagen.
Waar het Deense instituut vooral onderzoek doet naar hoe de sportwereld in elkaar zit en daarover het debat wil voeren, brengt Sport eXperience de ondernemersgeest meer voor het voetlicht. “Idan is een soort Centraal Bureau voor de Statistiek maar dan gericht op sport”, vertelt Victor Beerkens, een van de founders van Sport eXperience. Sport eXperience creëert op haar beurt een netwerk waarbinnen sport startups van elkaar kunnen leren en groeien.
“We zijn eigenlijk een ‘watchdog’ voor de sport”Henrik Brandt, Directeur Idan
Eind april tekenden beide organisaties een formeel contract waarin ze afspreken dit jaar intensief samen te werken: in september start in Kopenhagen een acceleratorprogramma waar maximaal 8 startups aan kunnen deelnemen, op 9 oktober is er een Sports Innovation Day en Sport eXperience werkt mee aan de conferentie Play the Game, waarvoor Eindhoven op 26 tot en met 30 november het toneel is.
Play the Game is sinds 2011 onderdeel van het Deense onderzoeksinstituut. De eerste conferentie was in 1997. De Denen wilden en willen met deze conferentie op een democratische manier het debat over de sportwereld voeren, vertelt Brandt. Tegenwoordig is Play the Game ook een communicatieplatform.
“We zijn eigenlijk een ‘watchdog’ voor de sport”, zegt Brandt. Zo ontwikkelden ze good governance voor de sport, een soort standaarden voor democratie en transparantie binnen de sport. Het duurde even voor hun rol internationaal geaccepteerd werd. “In het begin werden we gezien als het zwarte schaap. Omdat we ook de andere kant van de sport wilden bespreken.” Maar sinds de schandalen binnen bijvoorbeeld de FIFA ziet onder meer de Europese Unie een belangrijke rol voor dit onderzoeksinstituut weggelegd, vertelt Brandt. “We zijn geen grote organisatie, maar er zijn maar weinig sterke onafhankelijke spelers wereldwijd die zichtbaar willen maken wat er echt gebeurt.”
“De sportwereld is met sportfederaties als de FIFA een gesloten wereld. Onder de noemer ‘de autonomie van de sport’ gebeuren er rare dingen zoals corruptie en dopinggebruik. Wij willen hier open met journalisten, beleidsmakers en mensen uit de sportwereld over discussiëren zodat het verandert. Het gaat bij Play the Game niet alleen over de schandalen maar ook over hoe we sportdeelname in alle landen kunnen bevorderen. Wij nemen het bijvoorbeeld voor lief dat er in ons land sportverenigingen zijn terwijl in sommige landen meisjes niet eens aan sport mogen doen.”
Net zoals in Nederland hebben de Denen te kampen met leegstaande sportaccommodaties en een teruglopend aantal leden bij sportverenigingen. “Sport wordt steeds individueler, mensen sporten in commerciële settings en social media speelt een belangrijke rol”, zegt Brandt. “De manier hoe wij sport hebben georganiseerd moet veranderen en daar hebben we innovatie en startups bij nodig.”
Het Idan instituut benadert de vraagstukken vanuit een onderzoekende rol en wil met data het debat en de veranderingen voeden. Dat doet zij ook met innovatieve bedrijven en sport startups. Maar net iets anders dan in Eindhoven, vertelt Brandt. Zoiets als het SX gebouw hadden ze nog niet eerder gezien. “Een inspirerende omgeving waar alles over sport bij elkaar komt.” En het was voor Brandt ook verrassend om te merken hoe intensief de samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven is. “Er is hier een ondernemersklimaat. Wij zijn wat terughoudender om de stap tot actie te ondernemen.”
Voor de Deense startups is de samenwerking tussen Idan en Sport eXperience belangrijk omdat Idan zich meer richt op de politieke vraagstukken, vertelt Jacob Lau Larsen, CEO en founder van WannaSport. “Sport eXperience kan ons verbinden met nieuwe partners die van ons product kunnen profiteren en we kunnen samenwerken met andere startups hier. Als klein bedrijf heb je de neiging om je vooral op je directe omgeving te richten. Het is belangrijk om deel te nemen een aan netwerk dat je echt helpt om met de rest van de wereld samen te werken.”
WannaSport ontwikkelde een app als antwoord op de leegstaande sporthallen en –faciliteiten. Het bedrijf wil de manier waarop je aan sport doet veranderen en de leegstaande sportfaciliteiten voor iedereen toegankelijk maken. In de drie jaar dat ze bestaan is er een internet applicatie ontwikkeld die data van verschillende gemeenten verzamelt over de sportfaciliteiten en sportaanbieders. WannaSport werkt samen met 12 gemeenten en verwachten dat dit eind dit jaar is uitgegroeid naar 35.
Samen met het platform Boblberg, ook een Deense startup, biedt het een mogelijkheid snel met mensen af te spreken om bijvoorbeeld te gaan volleyballen. Via Boblberg kom je in contact met de andere liefhebbers en via WannaSport vind je een geschikte plek om dit te doen. Deze innovaties zijn ook voor de gemeente Eindhoven interessant, vertelt Arnoud Strijbis van de gemeente Eindhoven. “Zo wordt de exploitatie van een sporthal weer verbeterd.”
In Denemarken maken 23.000 mensen gebruik van Boblberg verspreid over 15 gemeenten. Net als WannaSport staan ze klaar om de stap naar Nederland te maken. Ze hebben al gesproken met de sportafdeling van de gemeente Eindhoven en de volgende stap is een gesprek met de afdeling Sociale Zaken. “Want ons platform is er niet alleen om mensen meer te laten sporten maar ook gewoon om elkaar te ontmoeten, mensen uit hun isolement te halen”, vertelt Anders Stæhr, co-founder van Boblberg.
Tijdens een driedaags bezoek van een vijftigtal aan Idan gelieerde Denen werd Strijbis vooral aangenaam verrast door de manier waarop de Denen hun vragen stellen. “Ze stellen de vragen op een vriendelijke manier, positief kritisch en met humor. Dat geeft ons de ruimte om het echte verhaal te vertellen en geen marketing verhaal.” Zoals Brandt het noemt: “We can disagree without being the enemy.” Het gezelschap bracht op 24 en 25 april een bezoek aan het SX gebouw en de Genneperparken.
Strijbis vindt het mooi te zien dat een Eindhovens bedrijf een brug weet te slaan met Denemarken om Nederlandse startups een kans te geven en omgekeerd. “De kracht van samenwerken uit het Eindhovense wordt ook gezien door andere landen. Ik juich het alleen maar toe dat er Eindhovense bedrijven zijn die verder kijken dan de Brainportregio.”