Eindhoven is dankzij Philips van oudsher een gemeente die veel internationale werknemers huisvest. Corona of geen corona, de behoefte aan internationaal techtalent blijft. En dus doen gemeente en de bedrijven in de Brainportregio onverminderd hun best om nieuwe, buitenlandse medewerkers te verwelkomen én te behouden.
Zo zijn er initiatieven om het leefklimaat in de regio te verbeteren zoals het Living-In Programma van Holland Expat Center South. Daarin wordt de integratie van werknemers en hun gezinnen bevorderd door bijvoorbeeld meereizende partners aan een potentiële werkgever te koppelen.
Op het event Including You afgelopen week, georganiseerd door Expat Spouses Initiative, Holland Expat Center South en en Brainport Development, vertelden sprekers van verschillende organisaties en bedrijven over hun inzet en ervaringen met diversiteit en inclusie. Het event vond dit keer in verband met corona online plaats.
Eindhovens loco-burgemeester Monique List vertelde over het historische belang van internationale werknemers en daarmee samenhangende ervaringen met inclusiviteit in Eindhoven. “Door de aanwezigheid van grote werkgever Philips heeft de stad een lange traditie met werknemers uit alle werelddelen die hier komen wonen en werken. Inclusiviteit zit dus gewoon in ons DNA.”
Alle nationaliteiten
Het is niet meer dan logisch dat de komst van internationale werknemers wordt aangemoedigd. De samenleving digitaliseert steeds verder. En Nederland beschikt zelf niet over voldoende hoogopgeleid techtalent om openstaande vacatures op te vullen. Zodat bedrijven als Fluke en ASML wel genoodzaakt zijn bij hun speurtocht naar geschikt personeel (ook) over de landsgrenzen heen te kijken.
Ook nu hebben de grote internationale techbedrijven in de Brainportregio werknemers uit alle mogelijke windstreken. Zo heeft Fluke, onderdeel van de Fortive Corporation met vestigingen ‘all over the world’, volgens Paul Feenstra, Vice President en CEO van Fluke EMEA, onder zijn 400 werknemers in de regio allerlei nationaliteiten aan boord. Hetzelfde geldt volgens Peter Baillière, Executive Vice President HR & O bij ASML, voor zijn bedrijf, met in Nederland alleen al meer dan 110 verschillende nationaliteiten aan boord.
Meereizende partner
Echter “happy wives make happy lives’”, zoals wel eens wordt gezegd, aldus Baillière. “Al kun je ‘wives’ tegenwoordig natuurlijk ook vervangen door husbands”, haast Feenstra zich eraan toe te voegen. Hoe het ook zij, wanneer de echtgenoot dan wel echtgenote of het gezin van de buitenlandse werknemer niet gelukkig is in de nieuwe omgeving, is het verblijf meestal van korte duur en zijn alle investeringen ook voor niets geweest. Om zo’n verblijf tot succes te maken moet daarnaast ook aan allerlei voorwaarden worden voldaan. Zoals een passende baan voor de meereizende partner.
Daar spannen het Holland Expat Center South en het Expat Spouses Initiative zich voor in. Ondermeer met initiatieven zoals het drie maanden durende Women for Women-programma, waarvan het event Including You de afsluiting vormt. Daarbij worden meereizende echtgenoten met behulp van lokale mentoren, de zogenaamde ‘ambassadeurs’, gekoppeld aan het lokale ecosysteem van werkgevers als ASML en Fluke, evenals aan het midden- en kleinbedrijf (MKB).
Taalbarrière
Wat doet de gemeente zelf als potentiële werkgever op dit vlak, wordt er dan gevraagd.
“Minder dan we eigenlijk zouden willen”, geeft List ridderlijk toe. “Dit heeft echter vooral te maken met het taalprobleem. “Om op het gemeentehuis goed te kunnen functioneren is beheersing van het Nederlands wel een vereiste: je moet immers lokale bewoners kunnen helpen met dingen als de aanvraag van een paspoort en huisvestingsvraagstukken.”
Beheersing van het Engels is bij de meeste grote internationale bedrijven echter voldoende om te functioneren. Sterker nog, de voertaal is vanwege de internationale context meestal Engels. Wat zowel een voordeel als een nadeel kan zijn. Zo wordt er wel eens over geklaagd dat je op Brainport Campus helemaal geen Nederlands hoort. Wat natuurlijk niet echt helpt bij de integratie.
Dat is volgens Baillière dan ook de reden waarom ASML aan alle nieuwe werknemers de mogelijkheid biedt om een gratis cursus Nederlands te volgen.
Sociale integratie
Naast werkgelegenheid voor de meereizende partner is sociale integratie een minstens zo belangrijke voorwaarde voor een geslaagd verblijf van internationale werknemers en hun gezinnen. Hebben de kinderen het er immers niet naar hun zin, dan zal dit ook de keuze van de ouders beïnvloeden om te blijven of te vertrekken.
Dat is naast idealistische motieven dan ook de reden waarom bedrijven als ASML en Fluke zich in de toekomst nog meer willen inzetten voor de sociale integratie van hun werknemers en hun gezinnen, inclusief aansluiting bij lokale gemeenschappen.
De gemeente Eindhoven op haar beurt voorziet internationale kennismedewerkers en hun gezinnen naast huisvesting van een “warm welkom”, vertelt List. “Wij organiseren bijvoorbeeld allerlei culturele activiteiten. Ook zorgen we voor communicatie in verschillende talen. We investeren verder naast internationale scholen ook in zogenaamde ‘internationale ‘stromen’ binnen reguliere basis- en middelbare scholen. Dit om ervoor te zorgen dat de kinderen, beter Nederlands kunnen leren en integreren in de Nederlandse samenleving. Dat geldt eveneens voor sportclubs en andere sociale activiteiten: het zijn belangrijke dingen om je je thuis te laten voelen.”
Corona als kans
De coronapandemie maakte het in het afgelopen jaar voor iedereen wel knap lastig om sociale contacten te onderhouden. Dat gold in het bijzonder voor buitenlandse werknemers zonder hun vertrouwde sociale netwerken in de buurt. Al hebben het Holland Expat Center South en het Expat Spouses Initiative hun best gedaan om allerlei online events, zoals ‘Including You’, te organiseren.
Het gebrek aan fysieke ontmoetingen door corona zorgt er volgens Baillière voor “dat medewerkers zich vaak ‘vervreemd’ van hun omgeving voelen. Werken op afstand heeft nadelige gevolgen op hun sociale interactie. Daarnaast heeft het een negatief effect op hun life-work balance.”
“Hoewel de verwachting aanvankelijk was dat het werken op afstand ervoor zou zorgen dat medewerkers minder productief zouden zijn, heeft dit er juist voor gezorgd dat mensen eerder nog harder zijn gaan werken”, is ook de ervaring van Feenstra. Toch ziet hij ook zeker lichtpuntjes. “Dat werken op afstand heeft ook een enorme hoeveelheid creativiteit losgemaakt en nieuwe tools opgeleverd, die het makkelijker maken om internationale samenwerking op allerlei niveaus aan te gaan.”
Lees ook: Behoud buitenlands talent betekent ook zorgen voor de partner