We ervaren onze tijd als een periode vol vernieuwing, maar dit gevoel is geen privilege van de 21ste-eeuwse mens. Wie vandaag hoogbejaard is, was in de loop van zijn of haar leven getuige van de verspreiding en popularisering van de personenwagen, radio, televisie, gsm en het internet. Om het met een platitude te stellen: de wereld is altijd in verandering. We kunnen natuurlijk niet anders dan vanuit het heden en vanuit onze ervaring leven. ‘Het leven kan alleen achterwaarts begrepen worden, maar het moet voorwaarts worden geleefd’, stelde de Deense filosoof Søren Kierkegaard.
Morele verantwoordelijkheid
Veel technologieën die voor ons normaal of zelfs al verouderd zijn, waren ooit reden tot ongerustheid. Zo zorgde de intrede van de radio voor beroering in katholiek Vlaanderen. De radio was het eerste medium waaraan een knop zat en waarbij je níét kon voorspellen wat je te horen kreeg als je aan die knop draaide. De angst leefde dat de huiskamer overspoeld zou worden met godslasterlijke boodschappen. De Vlaamse huisvader werd, met een religieuze en seksistische ondertoon, opgeroepen de radio met zorg te bedienen. Hij moest in dezen zijn morele verantwoordelijkheid dragen naar vrouw en kinderen toe, die onder geen beding aan de radioknop mochten komen.
In 1931 verscheen in de krant De Standaard de volgende raad voor Vlaamse huisvaders: ‘Zij mogen het geen oogenblik vergeten, dat zij de behoeders zijn van hunne kinderen en van al degenen, die bij hen inwonen en aan hun zorgen zijn toevertrouwd. Zij moeten nog zorg dragen, dat deze door middel van de radio in hun godsdienstige en zedelijke leven niet geschaad worden, maar gebaat.’
Vaste rites
Andere technologieën waren dan weer niet zozeer een bron van ongerustheid, maar wel van gemopper. Zo vond de Vlaamse dichter en journalist Herman de Coninck dat de tekstverwerker zijn vaste rites vernietigde: ‘Er is ook niks zo opluchtend als een mislukte kladversie van een gedicht verfrommelen en in de papiermand mikken, maar ook dat kan met een tekstverwerker niet. De vooruitgang maakt veel ritueel ongedaan.’
Zelf schrijf ik geen poëzie, maar ik schrijf nog elke dag met pen op papier. Zoals to do-lijstjes. Het genot om afgewerkte taken maniakaal te doorstrepen of het papier, als de taken volbracht zijn, kapot te scheuren: daartegen moet elk Word-document of digitaal notitieblok het onderspit delven. En net daarom houd ik dit kleine, analoge ritueel in ere.
Over deze column
In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Eveline van Zeeland, Eugene Franken, Helen Kardan, Katleen Gabriels, Carina Weijma, Bernd Maier-Leppla en Colinda de Beer probeert Innovation Origins te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Morgen zal het dus goed zijn. Hier zijn alle voorgaande afleveringen.