Binnen het Klimaatakkoord zijn ook afspraken gemaakt voor de procesindustrie over het terugbrengen van de CO2-emissie, evenals de grondstoffentransitie. Op de online top op 24 februari werden de kansen en de knelpunten besproken die dit met zich meebrengt. Ter gelegenheid van de top ondertekende een coalitie van 17 partijen een intentieverklaring om met deze vergroeningstransitie aan de slag te gaan en werd de Actieagenda ‘Groene chemie, nieuwe economie’ met 22 actiepunten aangeboden aan Focco Vijselaar, directeur-generaal Bedrijfsleven en Innovatie bij het Ministerie van EZK.
De groene chemie-transitie is geïnitieerd door het Economisch Netwerk Zuid-Nederland (ENZuid). Dit vanwege de hoge concentratie van de grote chemieclusters in respectievelijk Zeeuws-Vlaanderen, Moerdijk en Geleen. De transitie naar groene chemie is echter niet alleen een regionale kwestie maar een van nationaal en zelfs Europees belang. Het terugdringen van CO2 en de inzet op duurzame grondstoffen is bovendien geen kwestie meer van de juiste technologie, maar is vooral een economische aangelegenheid. Zo worden ketenvorming, het ontbreken van toereikende financiering en drempelverlagende regelgeving, die nodig zijn voor de opschaling van reeds bestaande, groene initiatieven, daarbij als de belangrijkste obstakels genoemd. De actieagenda met 22 concrete actiepunten moet dit alles helpen vormgeven.
CO2-besparing
Op de online top van 24 februari waren sprekers uit overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen uitgenodigd om hierover van gedachten te wisselen, onder wie Diederik Samsom (Europese Commissie, Green Deal), Wouter Bos (Invest-NL), Frank Kuijpers (SABIC), Gustaaf Savenije (Topsector HTSM, VDL), Willem Sederel (Circulair Biobased Delta), Emmo Meijer (Topsector Chemie) en Paul de Krom (TNO). Allen waren het erover eens: de vergroeningstransitie naar 2030 en verder naar 2050 toe is een enorme opgave. Duidelijk is echter ook dát er iets moet gebeuren. En wel nu. De huidige petrochemische industrie kenmerkt zich door een aantal van de grootste vervuilers. En hoewel de aandacht vooralsnog met name uitgaat naar de reductie van CO2 door de transitie naar groene brandstoffen, kan er met het behalen van de klimaatdoelen voor de chemische maakindustrie een besparing van 40 megaton CO2 op jaarbasis worden gerealiseerd.
Fundamentele processen veranderen
Arnold Stokking, CEO van kenniscentrum Brightsite en aanjager van ENZuid, organisator van het event, gaf aan “zeer verheugd” te zijn dat alle uitgenodigde sprekers daadwerkelijk op de top acte de présence geven. Omdat dit maar weer eens aantoont hoezeer de urgentie van het probleem bij alle betrokken partijen leeft. Stokking sprak dan ook van een “momentum”. “De gaskraan in Groningen moet dicht, we moeten van de kolencentrales af, auto’s moeten op elektriciteit rijden. Het is nu het momentum om te praten. Echter niet over olie en gas als brandstof, maar als grondstof.”
Er gebeurt volgens Stokking al ook van alles in aanloop naar 2030: “Overheid en bedrijven zijn al bezig met de aanleg van infrastructuur, waterstofleidingen, elektriciteitskabels, groene waterstof, grote CCS-projecten met CO2-opslag onder de Noordzee en grote windparken met elektrolysers. Daarmee zullen we de doelen voor 2030 ook wel halen. Maar dat is niet genoeg voor 2050. Om de doelen van 2050 te halen moeten we nu stappen gaan maken. Dat betekent: nieuwe grondstoffen en nieuwe elektrische processen nu introduceren en opschalen. We hebben de volle 30 jaar tot 2050 nodig.”
Momentum
Maar 2030: is dat niet al heel snel? Zeker bij een industrietak, die zo ingericht is optimalisatie van olieprijzen, waar nauwelijks tegen op te concurreren is? Word je daar niet “heel nerveus” van?
Emmo Meijer, op de top aanwezig namens de Topsectoren Chemie, HTSM en Energie, toont zich ondanks zijn zorgen vooral optimistisch. Dat hij op de top namens maar liefst drie topsectoren spreekt, bewijst volgens hem ook dat je ondertussen wel kunt spreken van een cross-sectorale aanpak. “En in die samenwerking ligt wat mij betreft ook de aard van de opgave.”
Maar, geeft hij toe: “Het is een ambitieuze opgave. In 2050 moeten alle grondstoffen circulair zijn. En in 2030 moeten we op de helft zijn. Het goede nieuws is: wij zijn ondertussen heel goed op weg met de technologie. Het is ook aangetoond dat het heel goed mogelijk is om die doelen te halen. Wel moeten wij in de tussentijd flink aan de slag. De Actieagenda geeft aan wat daarvoor nodig is. Wij zetten nu in op heel veel vlakken: uiteindelijk zal dat allemaal wel samenkomen.”
Totale transformatie
Voor de vergroening van de chemiesector is ketenvorming nodig, benadrukt Anton van Beek, CEO van chemieconcern DOW Benelux. “Wij werken intensief samen met het MKB en met andere bedrijven. Zoals de staalindustrie, waardoor we CO kunnen inzetten als grondstof.” Volgens Van Beek wordt er momenteel enorm ingezet op groene chemie, zoals de productie van groene waterstof, maar ook het circulair maken van productieketens. “De verwachtingen zijn hoog. Wij willen de samenleving laten zien dat het ook kan! En niet alleen met demo’s maar ook met grootschalige projecten. De voorsprong die we als Nederland hebben moeten we ook niet verliezen. Anders gaan er anderen mee vandoor.”
Ook Frank Kuijpers, General Manager Corporate Sustainability bij SABIC, onderstreept het belang van vervolgstappen. “De investeringsbeslissing voor een demo-installatie voor een plant van het bedrijf “Plastic Energy” is genomen, waarbij met behulp van pyrolyse plastic afval wordt omgezet in grondstof ten behoeve van circulair polymeren. En is het nu een kwestie van opschalen. We kunnen van de nu voorziene 20 kiloton naar 200 kiloton en meer binnen een paar jaar. Wij willen toe naar een totale transformatie!”
Van demo-installaties naar proeffabrieken
Hoewel ten aanzien van financiering al de nodige stappen zijn gezet, zijn er nog flinke investeringen nodig. Al was het maar om de prijzenslag aan te kunnen gaan met de traditionele, fossiele chemie-industrie. Deze is in de loop der jaren zodanig geoptimaliseerd dat er met duurzame innovaties nauwelijks tegen op te boksen is. Om de business cases rond te krijgen zal de CO2-beprijzing door moeten zetten. Tegelijkertijd zullen nieuwe oplossingen moeten worden gestimuleerd. Dit maakt vervolgens opschaling mogelijk waarbij volume effecten de business cases weer positief beïnvloeden
Wat kunnen investeerders nu voor ze betekenen om van demo-installaties te komen tot proeffabrieken? Aan het woord is Wouter Bos, CEO van investeringsfonds Invest-NL: “Onze opdracht is om jaarlijkse subsidiegelden van EZK te gebruiken voor het vormen van coalities. Maar ook om de drempel te verlagen voor de financiering naar een koolstof-neutrale, circulaire economie. De maatschappelijke opgave is enorm. En hoewel Invest-NL geen subsidiegever is, willen wij graag aan tafel zitten met partijen. En kijken wij vervolgens: wat hebben die innovaties voor financiering nodig?”
Green Deal en Herstelplan
Ook op Europees niveau gebeurt er het nodige. Diederik Samsom, kabinet-chef van de vicevoorzitter van de Europese Commissie Frans Timmermans, toont zich dan ook verheugd over de Actieagenda en de coalitie. “Deze ontwikkeling past heel goed bij het Europese Green Deal programma. Daarmee willen wij aan allerlei touwtjes trekken. Blij dat dit hier nu ook gebeurt aan het eind van het touwtje: namelijk de industrie. De CO2-transitie vereist een enorme inzet. Niet alleen van ondernemers maar ook van publieke actoren, zoals de Europese Unie.
Wil je straks Europa binnenkomen met producten met een hogere CO2 footprint? Dan zul je daarvoor moeten betalen.
Diederik Samsom
De EU gaat het nodige bijdragen, zowel in geld als in regelgeving.
Samsom: “Het Green Deal programma geeft richting aan de ambitie om in 2050 helemaal CO2-vrij en volledig circulair te zijn maar ook om het verlies van biodiversiteit te stoppen. Dit behelst allerlei aspecten, waaronder energie, transport en natuur. Daarvoor is een alomvattend plan nodig, waarbij duurzaamheid en circulariteit samengaan. Tel daarbij de corona-epidemie op.”
Diezelfde uitdagingen bieden echter ook een kans. Want binnen het Green Deal programma is specifiek voor Nederland 5,6 miljard euro vrijgemaakt voor klimaatinvesteringen, in de vorm van een gift. Als deel van het Europees Herstelplan corona crisis.
Samsom: “Zorg dus dat je een plek krijgt binnen dit plan! Dit geld kan helpen om je business case verder te brengen.”
Concurrentiepositie en CO2-heffing
Hoewel deze stimulans vanuit Brussel volgens Stokking zeer wordt gewaardeerd, wil hij ook weten hoe het zit met de concurrentiepositie van de Nederlandse procesindustrie: “Hoe gaat Europa ons beschermen tegen de rest van de wereld?”
Samson: “Dan mag ik nu verklappen: dat wordt ook de inzet voor de komende jaren. Wij gaan de komende periode anders de boer op. Wij gaan daarbij een assertievere houding aannemen. Wil je straks Europa binnenkomen met producten met een hogere CO2 footprint? Dan zul je daarvoor moeten betalen. Dat was lange tijd taboe, zeker in Nederland. Maar wij zien dat er ondertussen wel degelijk draagvlak voor CO2-grensheffing bestaat.”
Commerciële groene producten maken
Hoewel er inmiddels dus een coalitie “met een indrukwekkende lijst aan deelnemers” is geformeerd, waar in de toekomst hopelijk nog veel meer namen bij zullen komen, is het nu tijd voor actie, eigenaarschap tonen en op resultaten aansturen. Stokking: ”Daarbij moeten we de stap maken naar Nederland, zorgen dat de landelijke partijen het plan omarmen. Maar ook op Europees niveau in het kader van de Europese Green Deal. Wij kunnen onze kennis en kunde inzetten om te innoveren. Wij hebben in Nederland een keigoede chemie. Nu moeten bedrijven, financiers en overheden samen de volgende stap zetten: namelijk commerciële groene producten mogelijk maken!”
Hoofdfoto: Diederik Samsom en Arnold Stokking (rechts).