Het auditorium van de Tilburg University vult zich met alumni, studenten, wetenschappers en ondernemers voor de derde editie van de Alumni Startup Night. Dit gezamenlijke evenement van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) en de Tilburg University (TiU) stelt ondernemerschap centraal. Want meer ondernemerschap vanuit de universiteiten draagt bij aan het oplossen van grote maatschappelijke problemen zoals de energietransitie. Die boodschap kwam terug in alle toespraken.
Op het enorme scherm achter het podium verschijnen de gestelde doelen nog maar eens. In 2030 willen we in Europa 55 procent minder broeikasgassen uitstoten en in 2050 willen we helemaal klimaatneutraal zijn. “Voelen we genoeg urgentie om de doelen te halen en de problemen op te lossen?”, vraagt Mohammed Chahim zich hardop af. Hij is lid van het Europees Parlement en verantwoordelijk voor de Green Deal.
Waarom is dit belangrijk?
De energietransitie is een belangrijk thema vandaag de dag, zowel in Nederland als in Europa. Start-ups kunnen het verschil maken in de ontwikkeling en implementatie van nieuwe technologieën. Universiteiten spelen daarin een belangrijke rol.
Samenwerking cruciaal
Hij pleit voor meer samenwerking tussen Europese landen en refereert hierbij aan de Tweede Wereldoorlog. “Na de oorlog hebben landen samen gezorgd voor wederopbouw. Nu ligt de vernietiging (klimaatverandering) niet achter ons, maar voor ons. Op dit moment is er veel minder samenwerking, landen kijken te veel binnen hun eigen grenzen en niet zo naar het complete plaatje”, zegt Chahim. Het is een stellige uitspraak, zeker in deze tijd, maar het zet de zaal wel aan het denken.
Overheid meer financieren
Chahim richt zich in zijn presentatie op een veel praktischer aspect van innovatie, de financiering. Hij pleit ervoor dat de Nederlandse overheid meer risico neemt en start-ups en scale-ups cofinanciert. “Om de Green Deal mogelijk te maken, hebben start-ups financiering en andere vormen van steun nodig. De overheid moet dus optreden als co-investeerder om start-ups te helpen een businesscase te creëren.” Daarbij moeten de regels rond de financiering vanuit de overheid – die start-ups soms juist belemmeren in hun groei – volgens de Europarlementariër een stuk milder worden.
Hij noemt een case met waterstof als voorbeeld. De productieprijs van waterstof ligt nu nog hoger dan de prijs die de markt bereid is om voor het product te betalen. De overheid bekostigt het verschil zodat de ontwikkeling wel door kan gaan. “Daarmee los je het kip en ei verhaal op.” Kortom: de politiek mag wat meer urgentie voelen om deze problemen aan te pakken.
Naïviteit en doorzettingsvermogen
Die urgentie is wel duidelijk voelbaar bij de ondernemers op het podium. Bas Verkaik, medeoprichter van ELEO Technologies en alumnus van de TU/e en Harmen van Heist, medeoprichter van SPARK en alumnus van de TiU vertellen over hun ervaringen als ondernemer. Beide bedrijven richten zich – zij het op heel verschillende manieren – op elektrificatie.
ELEO ontwikkelt een modulair batterijsysteem voor verschillende industriële toepassingen, zoals de elektrificatie van graafmachines en landbouwvoertuigen. Verkaik vertelt over de belangrijkste lessen die hij heeft geleerd als ondernemer. “Je hebt naïviteit nodig om te beginnen. Daardoor zie je minder problemen en veel kansen. Als je eenmaal begonnen bent, heb je doorzettingsvermogen nodig om alle problemen die je tegenkomt op te lossen”, stelt hij. Daar voegt hij aan toe dat hij zich gaandeweg realiseerde dat niemand de wijsheid in pacht heeft. “Iedereen doet maar wat. Je leert en groeit tijdens het proces.”
‘Gewoon vragen’
Het bedrijf begon ooit als studententeam van de TU/e en heeft inmiddels 120 medewerkers in dienst. Vorig jaar opende het een eigen fabriek op de Automotive Campus in Helmond. Dat brengt Verkaik bij het volgende punt: brutaliteit. “Hoe wij het voor elkaar hebben gekregen dat de koning onze nieuwe fabriek kwam openen? We hebben het gewoon gevraagd.”
Zijn lessen kunnen een grote inspiratiebron zijn voor de vele jonge ondernemers in de zaal. Hij sluit zijn toespraak af met: “Het allerbelangrijkste zijn de mensen. Met alleen een goede technologie kom je er niet, je hebt mensen nodig om het te blijven ontwikkelen.”
Prototype van ketchupfles
SPARK ontwikkelt een off-grid systeem voor zonne-energie. Harmen van Heist en zijn team willen energie beschikbaar maken voor mensen geen toegang hebben tot een goed elektriciteitsnet. Zij richten zich nu vooral op de Afrikaanse markt. “Het eerste prototype was een elektrische lamp gemaakt van een ketchupfles”, stelt hij. Hiermee kon hij mensen laten zien hoe het systeem werkt. “We konden wel praten over de mogelijkheden, maar dat werkte niet. We moesten laten zien hoe het werkt. Nadat we de eerste lampen hadden geïmplementeerd, zagen we dat gebruikers er zelf mee aan de slag gingen.” Van Heist vertelt dat mensen zelf met uitbreidingen op het systeem kwamen en met verdienmodellen door de lampen te verhuren aan andere mensen in het dorp. Inmiddels heeft SPARK al 850.000 mensen voorzien van elektriciteit door middel van een modulair systeem.
Zoek elkaar op
SPARK is een mooi visitekaartje voor de missie om de studenten en alumni van de universiteiten in Eindhoven en Tilburg dichter bij elkaar te brengen. De founders komen namelijk van beide universiteiten. De rectores magnifici van de beide universiteiten, Sylvia Lenaert van de TU/e en Wim van de Donk van de TiU, hopen dat er meer van dit soort bedrijven ontstaan.
In Eindhoven staat technologische ontwikkeling centraal, terwijl in Tilburg studenten worden opgeleid op het gebied van economie, rechten en filosofie. Om tot succesvolle bedrijven te komen, is een combinatie belangrijk, zo stelt Van de Donk. Hij prijst de presentatoren van de avond – tevens de oprichters van Round One, een kapitaalfonds voor en door studenten – voor hun inzet om de universiteiten bij elkaar te brengen. “Jullie doen het beter dan de universiteiten zelf.”
De belangrijkste tip van Sylvia Lenaerts voor studenten en toekomstige ondernemers: “Ga het doen. Zoek elkaar op, ga proberen, zet leuke projecten op en doe samen een drankje. Ook dat hoort erbij.”