Tassen gemaakt van schimmels. Betonnen muren bekleed met mos. Een alternatief voor melkvet dat plantaardig eiwit romig laat smaken. We zouden zomaar in 2022 meer over deze innovaties kunnen gaan horen, aldus Maurits Burgering, programmadirecteur bij het Thematische Technologie Transfer Programma – Circulaire Technologie (TTT-CT). Een van de TTT programma’s die zijn ingezet door de Rijksdienst van Ondernemend Nederland.
Nederland wil in 2050 een economie zonder afval, meldt het Rijksbrede programma Circulaire economie. In 2030 zou het gebruik van primaire grondstoffen als mineralen, metalen en fossielen, al tot de helft moeten zijn teruggedrongen. “In dit tempo gaat dat niet lukken”, zegt Burgering.
Schakelpunt
Volgens Burgering is het lastige bij circulariteit dat het moeilijker grijpbaar te maken is. “Bij CO2 is de uitstoot nog wel meetbaar te maken. Bij een innovatief farmaceutisch concept kun je uitrekenen hoeveel patiënten je zou willen bereiken en wat het moet kosten. Je kunt bijna voorspellen wat het waard is. Maar met circulariteit ben je afhankelijk van aanbieders en afnemers. In elk schakelpunt moet er iets inzitten voor het volgende schakelpunt. Het is bijna een soort perpetuum mobile dat je probeert te laten draaien.”
Burgering wil binnen het TTT-CT programma onderzoekers, ondernemers in spe, ondersteunen om hun onderzoeksideeën naar een hoger plan te tillen. “Ik heb altijd al het gevoel gehad dat er veel kennis en kunde in de universiteiten zitten, die de maatschappij niet altijd bereiken. Er is een aantal extra stappen nodig om daar te komen. Zeker in die hele vroege fase. Een kleine financiële injectie kan dan als een katalysator werken.”
Klein budget
Het TTT-CT programma is een samenwerkingsverband tussen de vier technische universiteiten in Nederland (4TU), TNO en het Nederlandse durfkapitaalfonds SHIFT Invest. Met een zogenoemd ‘ticket’, een klein budget om aan het proof of concept of business development te werken, en daarna een converteerbare lening uit het fonds, ondersteunt het programma onderzoekers. Zo kunnen zij hun onderzoeksideeën naar een volgende fase tillen, deze valideren en, bijvoorbeeld, een spin-off oprichten. Naast Circulaire Technologie richt het consortium zich op Smart Industry en Medische Technology met Innovation Industries als durfkapitaalfonds.
“Mij valt elke keer weer op dat er zo’n ontzettende drive is bij die jonge onderzoekers om iets te willen betekenen voor de wereld. Ze kiezen niet zomaar voor een mooie carrière om ergens in het management te komen. Ze kiezen vol energie en passie voor deze route. Als ze van mij een ticket krijgen, dan draaien ze dat geld 24 keer om. Ze persen er het maximale uit om hun ideeën verder te brengen.”
Voor komend jaar ziet Burgering potentie in alle innovaties – zo’n 40 gescoute cases, met 20 in de pijplijn – die het programma actief ondersteunt. Een aantal, waarvan hij hoopt dat ze in 2022 ook daadwerkelijk de weg naar de markt vinden, licht hij eruit.
Ademende stad
Zoals Respyre. In een eerder interview dat IO had met deze spin-off benoemde oprichter en CEO, Mark de Kruijff dat het bedrijf “steden weer willen laten ademen, want op dit moment stikken ze”. De start-up ontwikkelt een bioreceptief betonproduct dat de groei van mos stimuleert. Hiermee wil het steden veranderen in stadslandschappen. “Naast de vele voordelen, ziet het er gewoon mooi uit. Deze technologie heeft echt mijn hart gestolen. Ik hoop oprecht dat ze succesvol worden”, zegt Burgering.
Of groen tegen beton in 2022 de steden zal helpen ademen, hangt van veel factoren af. “In de bouwwereld gaat het om grote investeringen. Dan implementeer je niet ‘zomaar even iets nieuws’. Er is een risico dat het mis gaat.” De start-up heeft een pilot lopen op het Marineterrein in Amsterdam. Daarbij werkt het team samen met het Amsterdam Institute for Advanced Metropolian Solutions (AMS Institute), de Wageningen University & Research (WUR) en TU Delft.
Burgering: “Ik hoop dat ze in 2022 de technologie goed in de vingers krijgen. Dat die pilots succesvol zijn en dat mensen er net zo enthousiast van worden als ik. Als het lukt, dan gaan we op een hele andere manier naar onze steden kijken.”
Sweet spot
Niet alleen vanwege de “fantastische naam”, noemt Burgering de Time Travelling Milkman ook als een innovatie om in de gaten te houden. “Je zag dit team echt versnellen nadat ze een investering kregen. Het gaat het om het juiste moment, je moet het team weten te pakken. Die jonge ondernemers kunnen uit veel opties kiezen om hun carrière voort te zetten. Lang wachten op financiering is daar meestal niet een van.”
De Time Travelling Milkman-oprichters Dimitris Karefyllakis en Costas Nikiforidish hebben een plantaardig vetproduct ontwikkeld dat net zo romig smaakt als bijvoorbeeld zuivelproducten. Ze halen vetbolletjes uit de cellen in bijvoorbeeld zonnebloemzaden.
Lees hier meer over het ontstaan van de spin-off van de WUR.
Burgering: “De eiwittransitie is een heel belangrijk element bij duurzaamheid. Iedereen is bezig met nieuwe eiwitten. Maar juist dat vetgedeelte, die romige smaak, maakt zuivelproducten zo aantrekkelijk. Deze start-up heeft een sweet spot gevonden in die eiwittransitie waar niemand nog aan had gedacht.”
In 2021 ontving de start-up ook co-financiering vanuit de regionale ontwikkelingsmaatschappij OOST NL. “Ze ontwikkelen zich stormachtig. Sneller dan ze zelf hadden gedacht, zitten ze nu in de volgende fase. Dat is hartstikke mooi om te zien. In 2022 willen ze laten zien dat ze duizend liter kunnen maken en dat ze kunnen opschalen.”
Schaalbaar
Een geval van ‘fun factor’ noemt Burgering het van schimmel gemaakte leer van Mylium. “Tassen gemaakt van dat materiaal, staan nu op een display in de Bijenkorf.” In 2021 kreeg de start-up een ticket. Daarmee werkt het team aan the proof of concept. “Als je ziet waar ze stonden en nu staan, dan is de ontwikkeling enorm geweest.”
Volgens Burgering zijn er meerdere partijen die van schimmels imitatieleer maken. Die partijen werken met zogenoemde solide state fermentatie. “Dat is minder goed schaalbaar. Mylium werkt met vloeibare fermentatie. Dat kun je verpompen naar grotere fermentoren (apparaten waarin micro-organismen onder gecontroleerde omstandigheden, zoals temperatuur en zuurstof, worden gekweekt, red.). Grote merken, zoals Hermès, hebben al interesse getoond. Als Mylium door deze fase heen komt, dan kan het groot worden.”
Plastic
Enthousiast noemt Burgering nog een innovatie die wel eens groot zou kunnen gaan worden: Nature’s principles. Een spin-off van de TU Delft die werkt aan een biobased-kunststofvervanger gemaakt van polymelkzuur (PLA) gemaakt uit de bouwsteen lactaat. “Ook hiervan zijn er meer partijen die het maken. De kosten om het toe te passen zijn nog hoog. Met de methode van Nature’s principles kunnen de kosten omlaag.”
Naast de ondersteuning vanuit TTT-CT melden andere partijen zich aan om de start-up verder te helpen. “Er is een angel-investor aan boord, maar ook de regionale ontwikkelingsmaatschappijen beginnen zich te roeren. Die vinden het wel interessant om zo’n bedrijf in hun regio te verwelkomen.”
Tot slot noemt Burgering Susphos, dat uit fosfaatrijk afvalwater afkomstig uit onder meer de landbouw hoge kwaliteit bio-based vlamvertragers en gespecialiseerde kunstmestproducten maakt. De start-up won eind 2020 de Rabo Innovatieprijs. Burgering: “Een venture die niet is gekoppeld aan een van de vier technische universiteiten of aan TNO. Het is onze ambitie om als TTT-CT uiteindelijk uit te groeien naar een nationaal platform, dat toegankelijk is voor iedereen. Zodat we nog veel meer innovaties naar de markt kunnen helpen, dat is hard nodig om de circulaire economie daadwerkelijk te laten draaien.”
Lees ook: Het mkb moet circulaire transitie te lijf met nieuwe toolkit van het FECT