Samenwerking universiteiten van Eindhoven, München, Kopenhagen, Lausanne en Parijs
Tijdens de zomervakantie kwamen zo’n twintig Europese technologiestudenten uit Eindhoven, Kopenhagen, Lausanne en München bij elkaar en gingen op reis om hun ondernemerschap en financiële vaardigheden te verbeteren en aan hun business case te werken. Ze bezochten Kopenhagen, Lausanne en München (partneruniversiteiten in de EuroTech Alliance, samen met l’X Polytechnique in Parijs) voor verschillende andere belangrijke onderdelen die nodig zijn bij het als echte ondernemers opzetten van een bedrijf.
Het programma – dat voor de vierde keer werd georganiseerd – eindigt met een Grande Finale op 31 augustus aan de Technische Universiteit Eindhoven. Vorig jaar spraken we met Steven van Huiden, de programmacoördinator van het programma in Eindhoven. Hij legt het belang uit je studenten “niet alleen als top engineers, maar ook als topondernemers af te leveren”.
TU/e Innovation Lab – van waaruit Van Huiden werkt – is de valorisatiedienst van de universiteit waar de op de TU/e ontwikkelde kennis naar de markt en maatschappij wordt gebracht. Het Innovation Lab richt zich door middel van samenwerking met o.a. het bedrijfsleven en publieke partners op de stimulering van business development, innovatie en ondernemerschap. Bijvoorbeeld via Next Move, Flagshipprogramma’s, Living Labs en specifieke ondernemerschapsprogramma’s als het European Venture Programme.
Eerlijk is eerlijk, veel briljante technologische innovaties lopen nogal eens stuk op een slechte marktverkenning of te weinig kennis op het gebied van finance. Doodzonde, dachten ze niet alleen bij de TU Eindhoven, maar ook bij zusterinstellingen in Lausanne, München en Kopenhagen. Het was de basis voor het European Venture Programme van Eurotech Alliance, de samenwerking tussen de vier technische universiteiten, waarbij onlangs ook Polytechnique l’X in Parijs zich heeft aangesloten.
Elk van de vier universiteiten vaardigt ieder jaar vijf ondernemers af voor het mooie programma. Maar daar blijft het niet bij: de vier TU’s moeten ook zorgen voor een deel van de invulling ervan. Denk daarbij aan marketing, design thinking, customer development, markt- en competitie analyses, communicatie, teamvorming en intellectueel eigendom (IP). Het gezamenlijke doel: laten zien hoe de deelnemers internationaal opererende ondernemers kunnen worden en de verschillende ecosystemen te verkennen.
In Eindhoven ligt dit in handen van Steven van Huiden. Hij legt uit wat de bedoeling is van het EVP: “We willen er de deelnemers, van eerstejaars bachelor tot aan de postdoc, de kans bieden om hun ambitie op het gebied van ondernemerschap ook echt waar te maken. Deelnemers moeten dus al hebben laten zien dat ze willen ondernemen, bijvoorbeeld door de oprichting van een startup of in ieder geval een eerste business concept. Wij kunnen het vervolgens van een project naar een bedrijf helpen tillen.”
“Van eerstejaars bachelor tot aan de postdoc, we bieden ze de kans om hun ambitie op het gebied van ondernemerschap waar te maken”
In het programma helpen de deelnemers elkaar, maar worden ze op hun beurt ook weer geholpen door andere ondernemers en business experts uit de vier lokale ecosystemen. Aan het eind van het traject leveren ze een “two-pager” met de belangrijkste bedrijfsinformatie voor eventuele financiers, een powerpoint presentatie en een video-verhaal over zichzelf op. Van Huiden: “Elke keer is het weer prachtig om te zien hoe ze daarin groeien. Al is het alleen maar door af te stappen van de gedachte dat ze in en voor hun eigen lokale omgeving werken; aan het einde van het traject weten ze dat ze tenminste voor een Europese markt moeten kiezen. Immers: het zou wel heel toevallig zijn als het ecosysteem waar ze vandaan komen ook meteen de beste marktkansen oplevert.”
In alles gaat het om ervaren, zo zegt Van Huiden. “Door zoveel mogelijk contactmomenten te creëren, met coaches, met andere ondernemers, met alumni van het programma maar vooral ook met elkaar, komen ze erachter dat ze verder moeten kijken dan hun eigen regio. Maar bijvoorbeeld ook welke manier van financiering en welke verdienmodellen het beste bij hun product of dienst passen.” Dat ervaren wordt op vier manieren gestimuleerd, zegt Van Huiden: “Het fysieke rondreizen, het kennismaken met verschillende culturen en markten, het onderdeel worden van ons netwerk en de feedback die de deelnemers aan elkaar geven, dat alles speelt een rol in het succes van ons programma. Maar let wel: alles staat of valt met de energie die de deelnemers er zelf in willen steken. Het is niet voor niets extracurriculair, dus het komt allemaal bovenop het normale onderwijsprogramma voor elkaar gebracht worden. Dat vergt nogal wat van de deelnemers, maar daar selecteren we ze ook op.”
Er is in het programma ook ruimte voor ontspanning, zij het niet al te veel. “We willen natuurlijk zoveel mogelijk inhoud aanbieden, maar we snappen ook wel dat er af en toe ook uitgeblazen moet worden.”
Voor Van Huiden is het European Venture Programme een van de manieren om het ondernemerschap bij de Eindhovense studenten te krijgen. “Maar het is niet de enige weg. Kijk maar naar onze studententeams. Dat die de basis kunnen zijn van groot ondernemerschap blijkt wel uit de voorbeelden die Amber, STORM, Lightyear en FAST hebben neergezet. Maar ook dat is niet genoeg en daarom ben ik ook zo blij met TU/e Innovation Space in het GasLab: dat is precies wat we nodig hebben, een innovation hotspot waar studenten en medewerkers van de universiteit elkaar in ondernemerschap kunnen vinden. Vanuit innovation Space kan er geknutseld worden aan de ideeën en als er dan uiteindelijk een prototype is, hebben we voor de verdere business development wel weer plaats voor in ons Innovation Lab.”
Wil je er bij zijn tijdens het slotevent in Eindhoven? Inschrijven kan hier.