EIT InnoEnergy, de Europese innovatiemotor op het gebied van duurzame energie, en Demeter Investment Managers, een grote private equity- en durfkapitaalonderneming, lanceren een fonds dat zich richt op een veerkrachtige en diverse toeleveringsketen van batterijgrondstoffen voor Europa.
Met een beoogde omvang van €500 miljoen bouwt het ‘EBA Strategic Battery Materials Fund’ voort op het succes van de European Battery Alliance in haar missie om een veerkrachtige Europese batterij-industrie te creëren. Het fonds wordt gelanceerd op een moment dat de Europese vraag naar batterijen sterk toeneemt, waardoor aanzienlijke hiaten aan het licht komen in de toeleveringsketen (mijnbouw, verwerking) van batterijmaterialen in de EU. In lijn met de CRMA-vereisten (Critical Raw Materials Act) van de EU om de te grote afhankelijkheid van de EU van buitenlandse aanvoer te verminderen, is het fonds gericht op het stimuleren van de eigen capaciteit voor strategische batterijmaterialen zoals lithium, nikkel, kobalt, mangaan en grafiet.
Volgens Diego Pavia, CEO van EIT InnoEnergy, moet Europa zijn inspanningen voor de productie van batterijgrondstoffen intensiveren om een bloeiende en veerkrachtige Europese batterijindustrie veilig te stellen. “Hoewel het bemoedigend is om een groeiende lijst van ambitieuze initiatieven en financiële stimulansen van publieke en private spelers te zien, is hun focus meestal gericht op volwassen projecten. We moeten ons ook richten op upstreamprojecten in een vroeg stadium die zich inzetten voor een duurzame, traceerbare en transparante toeleveringsketen van batterijmaterialen – en dat is precies wat het EBA Materials Fund zal leveren.”
Demeter zal optreden als fondsbeheerder en joint venture partner en brengt zijn rijke ervaring in Greentech en infrastructuur in. EIT InnoEnergy sluit daarop aan en Societé Generale zal optreden als exclusief financieel adviseur voor EIT InnoEnergy en Demeter, ter ondersteuning van de kapitaalwerving.
Tenminste 70% van de investeringen van het EBA Materials Fund zal worden besteed aan projecten die de eigen productie in de EU verhogen door mijnbouw, verwerking, raffinage en recycling in de EU en haar buurlanden. De resterende 30% zal gericht zijn op het vergroten van de grondstoffenaanvoer uit landen van het EU-grondstoffenpartnerschap, zoals Canada, Namibië en Argentinië.