Author profile picture

Hoewel veel grote bedrijven circulair ondernemen ondertussen hebben omarmd, is dit voor start-ups en midden en kleinbedrijf (MKB) nog vaak een ver van hun bed show. In het kader van het onderzoeksproject RAAK Circulair Ondernemen helpt Fontys Hogescholen vijftien ondernemingen op weg met de circulaire transitie. Eén daarvan is Chainable, hét eerste bedrijf in Nederland dat circulaire keukens ‘as a service’ aanbiedt. De start-up werd onlangs op 1 februari uitgeroepen tot grote winnaar van de Brabantse Circulaire Innovatie Top 20.

Circulair ondernemen is voor veel grote bedrijven al ‘business as ususal’. Zo kent Philips al jaren het concept ‘Light as a Service’ en biedt Auping matrassen aan gemaakt van materialen die volledig geschikt zijn voor hergebruik. Hoewel start-ups en midden- en kleinbedrijven ook zeker de intentie hebben om over te schakelen op circulair ondernemen, vinden ze het lastig om dit daadwerkelijk in praktijk te brengen, aldus docent-onderzoeker Fons Claessen, projectleider vanuit Fontys Hogescholen.

“Ze denken dan bijvoorbeeld: hoe zit het dan met geld verdienen? Moet ik mijn business-model dan helemaal omgooien? Een misvatting is ook dat circulair ondernemen een-op-een-relatie zou hebben met ‘product as a service’. Terwijl dat helemaal niet zo is! Omdat je een product als een abonnement, ‘as a service’ aanbiedt, wil dat nog helemaal niet zeggen dat het product ook circulair is: namelijk helemaal herbruikbaar.”

Win-Win

Grote bedrijven hebben daar zelf specialistische kennis voor in huis. Bij het MKB en start-ups ontbreekt het volgens Claessen meestal aan de expertise en de middelen om te experimenteren en om uit te zoeken hoe ze hun producten en bedrijfsvoering circulair kunnen maken. In het kader van het onderzoekproject gingen studenten van Fontys met de vraagstukken van de 15 bij het project betrokken bedrijven aan de slag en probeerden daar een oplossing voor te vinden. Andersom leverde de samenwerking volgens Claessen voor de Hogescholen interessante cases op om mee te werken. “De vraagstukken liepen uiteen van technische, bedrijfskundige, financiële en sociaalwetenschappelijke aard.” 

Zo wilde Chainable bijvoorbeeld advies ten aanzien van een circulair verdienmodel en het consumentengedrag. Terwijl Arte, het bedrijf dat keukenbladen levert aan Chainable, met vragen kwam over grondstoffen, zoals: hoe maak je circulaire lijm?

Kitchen ‘as a service’ 

De samenwerking werd door beide partijen partijen als ‘zeer waardevol’ ervaren, vertelt Simon Rombouts, mede-oprichter en CEO van Chainable. 
“Het was voor ons vaak een kwestie van pionieren, waarbij we tegen allerlei zaken aanliepen op financieel en juridisch vlak. Maar ook ten aanzien van ons business-model. Wij wilden dan ook antwoorden hebben op vragen als: hoe lang gaat zo’n keuken dan mee? Hoe zit het met de CO2-uitstoot van de materialen? De studenten van Fontys hebben voor ons onder meer berekeningen gemaakt voor een levenscyclusanalyse van onze keukens. Daarnaast hebben wij ze onderzoek laten verrichten naar de levensduur van circulaire keukens ten opzichte van lineaire keukens. Hoe zit het met de total cost of ownership. Oftewel: wat is het verschil daartussen op de lange termijn. En dat op een manier waarop je dan ook appels met appels aan het vergelijken bent?”

De end users van Chainable zijn corporaties en vastgoedmakelaars. Maar ook eco-wijken die worden beheerd door een vereniging. De keukens kunnen worden gehuurd. Er is ook een contractvorm mogelijk waarbij de keuken kan worden teruggenomen zodra deze niet meer nodig is. Rombouts: “Een voorwaarde voor onze klanten is in ieder geval dat ze baat hebben bij standaardisering. Wij leveren standaard producten. Echter, zeker bij corporaties, geldt ook dat ieder dubbeltje telt. Al wil goedkoop natuurlijk niet zeggen dat het ook goed is. Wij hebben voor onze keukenbladen uiteindelijk gekozen voor graniet. Een heel mooie natuursteensoort die wel zestig jaar meegaat.”

Zo is Chainable ook uitgekomen bij Arte, een bedrijf dat eveneens deel uitmaakt van het samenwerkingsproject van Fontys. De onderneming produceert al 10 jaar duurzame keukenbladen. Rombouts: “Wat ons aansprak is dat niet alleen hun producten van duurzame materialen gemaakt zijn. Ze besteden ook veel aandacht aan de werkomstandigheden in India, waar ze hun platen vandaan halen.”

Kliksysteem

Een mooie opsteker is de prijs die de Chainable onlangs in de wacht sleepte. De start-up die pas in juni officieel van start ging heeft ondertussen al meerdere projecten gerealiseerd. Bij de Brabantse Circulaire Innovatie Top 20 2021 werd de onderneming uit 38 deelnemer tot algehele winnaar uitgeroepen. Het bedrijf kreeg naast de juryprijs ook de publieksprijs van de 180 aanwezigen. 
De jury onder leiding van voormalig Milieu-minister en emeritus hoogleraar duurzaam innoveren Jacqueline Cramer, prees de uitwerking van het ‘Kitchen as a Service-concept’. Daarnaast was er veel waardering voor de gebruikte technieken en materialen.

“Onze materialen hebben dan ook een circulaire oorsprong en zijn ook voor maar liefst 82 procent herbruikbaar”, legt Rombouts uit. “Daarnaast maakt Chainable gebruik van een kliksysteem. Dat zorgt ervoor dat de keuken gemakkelijk afgebroken kan worden, onderdelen zoals apparatuur, modules of fronten simpel te vervangen zijn of de hele keuken zelfs kan worden verhuisd. 

Van theorie naar praktijk

Hoewel ze bij Chainable en Arte, net als de andere bij het project betrokken bedrijven, inmiddels al aardig op stoom zijn, is er volgens Claessen ten aanzien van het MKB nog het nodige werk aan de winkel. Maar omdat het MKB doorgaans weinig boodschap heeft aan theoretische verhandelingen, moeten advies en tips vooral praktisch toepasbaar zijn.

“Wij proberen dan ook zoveel mogelijk de vertaalslag te maken van de theorie naar hele praktische tips. Daartoe zijn wij momenteel bezig met het ontwikkelen van een app in samenwerking met onze ICT-studenten, waar ondernemers straks allerlei gegevens in kunnen invoeren om bijvoorbeeld te bekijken welk business-model het beste bij ze past. De bedoeling is om die app nog vóór de zomer functioneel te hebben, zodat er zoveel mogelijk MKB’s er gebruik van kunnen maken.”