Een interdisciplinair projectvoorstel over betrouwbaar internet voor transacties als alternatief voor de platformen van internetgiganten krijgt €3,3 miljoen subsidie. De principes van een ‘Internet-of-Trust’ worden geëvalueerd in een online community van 50.000 internetgebruikers. Partners in het project zijn onder andere de TU Delft, de Erasmus Universiteit Rotterdam, de Universiteit van Amsterdam.
Het interdisciplinaire karakter bestaat uit de combinatie van inzichten uit de economie, informatica en rechten. De initiatiefnemers van Sovereignity4Europe willen een op internet gebaseerd systeem ontwerpen dat allerlei transacties betrouwbaar en conform Europese wetgeving opslaat in blockchain. In het digitale tijdperk is vertrouwen een rekbaar begrip geworden, denken ze. Een transactie met een ander persoon of bedrijf is gebaseerd op vertrouwen in die ander. Dat kan aan de hand van eerdere transacties met dezelfde partij, of op informatie over transacties van anderen met die partij, of op basis van contracten of juridische regels.
In het internettijdperk zullen de partijen elkaar minder dan vroeger persoonlijk kennen. Het voorstel Soverieignity4Europe heeft als doel om vertrouwen in het internet in te bouwen, centrale partijen daarbij overbodig te maken en de domeingrenzen te overstijgen van de grote internetbedrijven.
Buiten de internetgiganten om
Projectleider Johan Pouwelse (TU Delft): „Internetgiganten zoals Amazon, eBay, Google zijn in essentie handelaars in vertrouwen: we gaan naar Amazon en eBay als vertrouwde tussenpersoon, en naar Google voor relevante websites. Deze internetgiganten slaan vertrouwensgegevens ieder apart op hun eigen servers op. Onze ambitie is om deze door de VS gedomineerde centrale servers te vervangen door een algemeen, non-profit en open source alternatief voor een betrouwbare blockchaineconomie: een schaalbare en betrouwbare manier om vertrouwen en reputatie bij te houden, zonder een centrale autoriteit en in een open omgeving.”
Het project zal daarvoor mechanismen ontwerpen waarmee het vastleggen van transacties met blockchain mogelijk is. Hiermee worden personen uniek identificeerbaar gemaakt en kan de mate van vertrouwen worden afgeleid uit eerdere transacties. De infrastructuur voor vertrouwen, Internet-of-Trust, wordt geëvalueerd in een online community met 50.000 internetgebruikers. De juridische aspecten van deze blockchaineconomie worden bestudeerd aan de hand van nationale en Europese privacywetten.
Ook de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) doen mee. RvIG wil zo een bijdrage leveren aan een open systeem, beschikbaar voor iedereen, waarin aan maatschappelijke belangen als privacy en veiligheid en economische behoeften tegemoet wordt gekomen. Het moet leiden tot een groter vertrouwen in digitale transacties, minder kosten en de ontwikkeling van alternatieve vormen van dienstverlening, zoals een elektronische identiteitskaart.
Het project sluit aan op Europese ambities. De Europese Commissie vindt dat blockchain-technologie nieuwe gedistribueerde en interactiemodellen mogelijk maakt, zonder centrale platforms of tussenpartijen. En onderzoekt momenteel de haalbaarheid van een EU Blockchain Infrastructure (EuroChain).
De subsidiegevers zijn NWO (€1,5 miljoen), RVIG, Holland High Tech, Topsector HTSM en Delft Blockchain Lab.