Het verwijderen van dood weefsel bij een heftige brandwond is van belang voor een succesvolle huidtransplantatie. Normaal gesproken komt daar een chirurgisch mes aan te pas, maar nu blijkt er een betere methode te bestaan die dode huid verwijdert, maar de gezonde huid daarentegen niet aantast: Hydrochirurgie, of opereren met een waterstraal. Nine Legemate promoveerde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en toonde met haar onderzoek de effectiviteit van de behandeling aan.
Zo’n 9.000 personen worden jaarlijks op de Spoedeisende Eerste Hulp behandeld na brandwondenletsel. Zij liepen bijvoorbeeld beschadiging aan de huid op door zich te branden aan een hete waterstraal, aan elektriciteit of aan een vlam. Hoewel bij een eerstegraads verbranding geen verdere behandeling nodig is, blijkt bij ernstige brandwonden dat wel noodzakelijk. Bij zulke brandwonden zijn soms transplantaties namelijk nodig om de wond te genezen. Om deze wonden goed te kunnen behandelen, moet deze eerst goed worden schoongemaakt. De dode huid wordt verwijderd om de wond klaar te maken voor de huidtransplantatie.
Precisiewerk
Opereren met waterstraal leidt daarbij tot betere kwaliteit littekens. Legemate is plastisch chirurg in spe en voerde haar onderzoek naar de nieuwe methode uit in het brandwondencentrum van het Maasstad Ziekenhuis, waar ze 137 patiënten met brandwonden onder de loep nam. Ze legt uit waarom de nieuwe methode beter is. “Bij de traditionele methode met een chirurgisch mesje, haal je laagje voor laagje het dode weefsel weg, totdat het begint te bloeden en mooi roze is”, legt ze uit. “Dan weet je: dit is gezonde, levende huid. Maar het probleem is dat je dan vaak een beetje te veel huid wegsnijdt.”
Tijdens de hydrochirurgische ingreep, uitgevoerd met behulp van een speciaal apparaat, de VERSAJET, worden de wonden behandeld met een waterstraal die door de hoge druk het dode weefsel wegsnijdt en tegelijkertijd ook opzuigt. “Het dode weefsel is zachter dan de gezonde huid, waardoor de waterstraal gezonde huid niet aantast. Dit hebben we ook onder de microscoop bekeken. Er blijft daadwerkelijk meer huid over en dat zorgt voor betere littekens. De resultaten tonen aan dat een jaar na de operatie de kwaliteit en soepelheid van het litteken beter is na hydrochirurgie in vergelijking met de standaardbehandeling. Voor de patiënten maakt dit een groot verschil.”
20 jaar
Hydrochirurgie werd ook 20 jaar geleden al gebruikt voor het schoonmaken van geïnfecteerde wonden. In Nederland gebruiken we het apparaat al sinds 2006 voor brandwonden, al wordt het vaak nog niet ingezet als de standaard methode. “Het wordt hier en daar toegepast wanneer de arts het zo inschat. Zo werd het al vaker gebruikt voor de behandeling van kinderen. Of op hobbelige oppervlaktes op de huid waar het mesje niet goed bij kan, zoals op de handen. Met de waterstraal kun je namelijk goed om de hobbels heen manoeuvreren.
Het onderzoek laat zien dat de nieuwe methode nu dus gekozen kan worden als standaard optie. “Ik kan me voorstellen dat ziekenhuizen het apparaat meer gaan inzetten. Het is iets duurder, maar de kosten vallen echt wel mee en de patiënten hebben er bovendien veel profijt van.”
Huidskleur, roken en suikerziekte
Eind maart promoveerde Legemate op haar onderzoek. Maar de database die ze aanlegde is ook in de toekomst nog waardevol, verzekert ze. “Ik hoop dat er komende jaren nog meer duidelijk wordt over factoren die invloed hebben op hoe brandwondenlittekens herstellen. Denk bijvoorbeeld aan het type huid. Heeft huidskleur invloed op het herstel van de littekens? Of hoe beïnvloedt de leeftijd van een patiënt het genezingsproces? Daarnaast kan het interessant zijn om te kijken naar wat de invloed van roken of suikerziekte is op de heling van een wond.
Legemate hoopt dat haar onderzoek in ieder geval een kleine positieve bijdrage kan leveren aan een grotere hoeveelheid patiënten. “Want ook een kleine verandering in de kwaliteit van het litteken is voor patiënten al heel belangrijk.”