Een werkloze kost in Eindhoven op dit moment ongeveer 25.000 euro per jaar. Die kosten voor de samenleving zouden de komende decennia wel eens verder kunnen gaan stijgen als door de technologische, maatschappelijke en economische ontwikkelingen minder mensen een volledige baan kunnen vinden. We moeten, kortom, opnieuw nadenken over de relatie tussen arbeid en inkomen want het huidige systeem lijkt onhoudbaar.
Er is behoefte aan een nieuw optimisme en een positieve toekomstvisie zou wel eens kunnen beginnen met een basisinkomen. Gratis geld voor iedereen. Ongeacht je geslacht, woonsituatie en inkomen, en altijd hoog genoeg om een waardige levensstandaard mogelijk te maken. Het klinkt zo mooi. Utopisch bijna. Maar als we voorstanders moeten geloven, gaat het echt gebeuren.
Brainport is één van de motoren van de Nederlandse economie maar de innovaties in de regio zorgen ook voor nieuwe uitdagingen. De uitvindingen die hier gedaan worden, maken het productieproces efficiënter maar kunnen er ook voor zorgen ook dat er meer, vaak laaggeschoolde, arbeiders langs de kant komen te staan. We zijn dan wel één van slimste regio’s ter wereld maar tegelijkertijd zorgt deze economische voorspoed, en het sociale beleid, voor economische en sociale onzekerheid bij een groep Eindhovenaren.
Buurman op een kratje bier
Een basisinkomen gaat niet zorgen dat de assemblagemonteur bij DAF net zoveel verdient als een topman bij Philips. Een basisinkomen kan er wel voor zorgen dat de man aan de lopende band en de directeur allebei een waardig bestaan op kunnen bouwen. Een basisinkomen hoeft geen rem te zetten op de ambitie van mensen om iets te maken van hun leven. Een basisinkomen gaat meer mensen de vrijheid geven om zijn of haar leven in te vullen zoals zij dat zouden willen. Een basisinkomen gaat niet zorgen dat de buurman, die nu de hele dag op een kratje bier in zijn voortuin van het zonnetje zit te genieten, ineens mantelzorger wordt voor zijn zieke grootmoeder, maar mocht dat nodig zijn, heeft hij de financiële speelruimte om die keuze te maken.
Op het dieptepunt van de economische recessie van de jaren dertig van de vorige eeuw schreef de econoom John Keynes een extreem optimistisch essay over de toekomst. Hij schreef dat zijn nakomelingen in 2030 nog maar 15 uur in de week zouden moeten werken omdat de opkomst van robotica enorme efficiëntiewinsten mogelijk zou maken. “De mens zal zwemmen in weelde. Vermoeiende en saaie levensdoelen als geestdodende arbeid en sparen voor later zullen plaats maken voor de kunst van het leven. Er zal meer ruimte komen voor vrije tijd, poëzie en literatuur.”
Zo ver zijn we nog niet. Maar steden als Tilburg, Utrecht, Wageningen, Groningen en Nijmegen onderzoeken de mogelijkheid tot het invoeren van een basisinkomen. Eindhoven zet vooralsnog in op andere manieren om de welvaart eerlijker te verdelen. Wethouder Depla (economie, PvdA) ziet mogelijkheden in arbeid, ook voor laagopgeleiden. Juist werk brengt mensen vooruit, zegt hij. Het is dus vooral zaak dat werk te creëren. “Door de toenemende bedrijvigheid in de regio groeit het aantal banen in de horeca en andere dienstverlenende, ondersteunende sectoren.”
Verkiezingen
Hoe nu verder? Het basisinkomen zou weleens een belangrijk punt kunnen worden bij de volgende verkiezingen in Nederland. Voorstanders zien het draagvlak onder de Nederlandse bevolking toenemen en de grootste zorg van politieke partijen is altijd om de volgende verkiezingen te winnen. Het basisinkomen zou tegen die achtergrond wel eens het positieve antwoord kunnen zijn op een groeiend maatschappelijk cynisme en kan de kloof tussen burger en politiek kleiner maken.