Author profile picture

Bij Innovation Origins bent u van ons gewend het laatste nieuws te ontvangen over allerlei soorten technologische innovaties, ontdekkingen en succesvolle startups in met name Europa. Macro-economische voorspellingen spelen een minder belangrijke rol.

Toch zijn economische randvoorwaarden in een land, regio of stad uiteraard wel van belang voor de toekomst. Steden met topuniversiteiten en veel rijke grote bedrijven hebben betere kansen dan steden die dat niet hebben. Landen met lage schulden hebben meer ruimte om te investeren in R&D dan landen met hoge schulden. En regio’s met een goede infrastructuur en veel hoogopgeleide jongeren hebben bij investeerders altijd een streepje voor.

Vooral in tijden dat de economie op een keerpunt is aangekomen, zijn dit soort randvoorwaarden van immens belang. Duitsland kan daar als geen ander land over meepraten. Zo waren er tijdens de kredietcrisis in 2009 maar weinig andere landen die zo diep in een recessie belandden als de Duitsers. De economie kromp in 2009 met 5,6%, terwijl Nederland 3,9% van zijn bbp inleverde. Alle regio’s deelden in de malaise.

Wirtschaftswunder

Maar een jaar later sloeg het sentiment ook weer razendsnel om. Er werd zelfs gesproken van een nieuw Wirtschaftswunder. Vooral in regio’s met een sterke economische structuur, zoals Beieren en Baden Württemberg, was de crisis bijna even snel vergeten als hij gekomen was.

Ook nu lijken we weer op een (negatief) keerpunt te staan. Kijk bijvoorbeeld naar Basf, Daimler en Lufthansa die onlangs met forse winstwaarschuwingen kwamen. Ford, Opel, Thyssen-Krupp, Siemens en Deutsche Bank bereiden het personeel voor op massaontslagen. En de hele auto- en machine-industrie hebben te lijden onder een dalende afzet in China. Economen spreken niet voor niets steeds vaker van een nieuwe recessie.

Maar voor de optimisten onder ons is dat ook een perfect moment om de kaart er eens bij te pakken om te kijken waar straks – als de economie weer aantrekt – de beste kansen liggen. Waar zitten de innovatieve bedrijven? Waar de universiteiten? Waar het geld? Waar de vakbekwame mensen?

Atlas van Duitsland

Het Duitse ministerie van binnenlandse zaken maakt elk jaar een “Deutschlandatlas” waar aan de hand van tientallen criteria wordt vastgesteld wat de structureel sterkste en – zwakste regio’s zijn. Grofweg is het beeld al jaren gelijk. Het zuiden van Duitsland is sterk, met name rond de steden Stuttgart en München. Het oosten is zwak, met enkele kleine uitzonderingen rond steden als Berlijn, Dresden en Leipzig. En in het Westen bestaan op relatief korte afstand van elkaar grote verschillen met aan de ene kant bloeiende steden als Düsseldorf en Keulen en aan de ene kant bijna afgeschreven steden als Essen en Duisburg. Dat beeld komt terug in de atlas.

Neem bijvoorbeeld deze kaart over het werkloosheidspercentage:

Of deze over de regionale bijdrage per inwoner aan het nationale inkomen:

Of de vergrijzing per regio:

Klik hier voor een compleet overzicht van alle 56 kaarten

Het nadeel van de Deutschlandatlas, die deze week weer is verschenen, is dat hij geen totaalbeeld geeft. Hij bestaat uit een heleboel afzonderlijke kaarten. Een andere atlas die afgelopen weekend werd gepubliceerd, biedt wat dat betreft iets meer houvast. Dat is de Zukunftsatlas van Prognos.

Prognos houdt het bij iets minder indicatoren (29), die allemaal van belang zijn voor de “toekomstbestendigheid” van 401 “Landkreise” (gemeenten) en “Kreisfreie Städte” (grotere steden). De atlas wordt eens in de drie jaar gemaakt.

De toekomstatlas van Prognos

Klik hier voor de interactieve Zukunftsatlas 2019 van Prognos

Een van de meeste opvallende zaken aan de toekomstatlas 2019 is dat de verschillen tussen het rijke zuiden en het arme oosten nog altijd bestaan, maar wel kleiner worden. Hetzelfde geldt voor de verschillen tussen de grote stad en het landelijk gebied.

“In eerdere uitgaven van de atlas was het maximale verschil tussen de nummer een (nu München) en de nummer laatst (nu Stendhal) 32 punten. Dit jaar zijn dat nog maar 29 punten”, zei bestuursvoorzitter Christian Böllhof in een toelichting aan het Handelsblatt.

Trickle-down

Böllhof heeft het over “trickle-down-effecten”. Het beste voorbeeld is Teltow-Fläming, een regio even ten zuiden van Berlijn, die tussen 2016 en 2019 maar liefst 115 plaatsen is gestegen naar de 170-ste plaats. Berlijn laat daarmee steeds meer zijn potentieel zien als economisch centrum met een uitstralende werking naar de gebieden eromheen, een functie die het ook had aan het begin van de vorige eeuw, toen Berlijn en het Roergebied economisch de dienst uitmaakten in Duitsland.

Waar ziet Prognos de meeste dynamiek?

Toch kunnen er volgens de kaart ook nog veel dingen beter in Berlijn. Met de 93ste plaats moet de hoofdstad andere steden als München (1), Ingolstadt (3), Darmstadt (4), Stuttgart (5), Wolfsburg (9) en Frankfurt (10) nog steeds ver voor laten gaan. Vooral qua welvaart voor zijn inwoners ligt de hoofdstad mijlen achter. Van de andere kant, Berlijn is de laatste 15 jaar wel de op drie na grootste stijger in de ranglijst van Prognos. Leipzig is ten opzichte van 2004 trouwens de allergrootste stijger.

Helaas voor Nederland liggen de meeste van de toplocaties op grote afstand van onze grens, enkele uitzonderingen daargelaten zoals Düsseldorf dat op nummer 12 is beland, Hamburg op nummer 21, Münster (25) en Keulen (26). De gemeente Aurich aan de grens met Groningen behoort als nummer 340 tot de minst toekomstbestendige regio’s van Duitsland, met name vanwege de vergrijzing en zwakke arbeidsmarkt.