Zeilers kennen het probleem. Elke paar jaar moet de boot weer het water uit omdat het onderschip vol zit met algen, mosselen en ander onderwatergespuis die het schip vertragen en beschadigen. Het enige wat helpt is krabben, branden, schuren en het opnieuw aanbrengen van een giftige laag antifouling verf, tot ook deze weer is aangetast.
Het is een ellendige cirkel voor watersporters en de natuur, want antifouling behoort tot de meest vieze en toxische verfsoorten die er bestaan. Maar gelukkig heeft Rik Breur een milieuvriendelijk alternatief ontdekt, een zelfklevend tapijt dat precies dezelfde werking heeft als de verf, alleen veel minder schadelijk voor het milieu.
De uitvinding is zo’n sensatie dat het tapijt is genomineerd in een van de vijf categorieën van de European Inventor Awards 2019 die op 20 juni in Wenen worden uitgereikt. Datzelfde geldt voor Alexander van der Lely en Karel van den Berg die met “de Astronaut”, een nieuwe soort melkrobot, zijn genomineerd in de categorie Industrie.
Grote eer en kans
“Een grote eer”, noemt Breur het over de telefoon. En een fantastische promotie voor zijn nog jonge bedrijf. Tot nu toe heeft hij ongeveer 100 plezierjachten en 25 beroepsschepen met zijn tapijten bekleed, maar de ambities zijn veel groter. “Vooral bij de particuliere consument zien we de behoefte aan milieuvriendelijke alternatieven enorm toenemen. Daarbij komt dat de kosten van onze tapijten met €30 per vierkante meter niet veel hoger zijn dan bij traditionele antifouling verf. Vanwege de duurzaamheid van het materiaal hoeven de boten bovendien veel minder vaak het water uit.”
De verkoop aan de beroepsscheepvaart verloopt iets minder voorspoedig. Die heeft volgens Breur te maken met terughoudendheid. Ze willen eerst meer duidelijkheid hebben over de kosten en het mogelijk hogere energieverbruik bij het varen. Maar Breur zegt juist op dat vlak veel vooruitgang te hebben geboekt de laatste tien jaar.
Fervent duiker
Alles begon eind jaren negentig toen hij als wetenschappelijk onderzoeker en fervent duiker gefascineerd raakte door de manier waarop met name zee-egels zich beschermen tegen de aangroei van algen. Ze doen dat met hun stekelige huid. Breur probeerde die huid van de zee-egel na te bootsen in het laboratorium, en een eerste praktijktoepassing ontwierp hij in 2006 voor visnetten en -kooien.
Toen dat eenmaal redelijk succesvol was, verlegde hij de focus meer naar schepen. Tien jaar onderzoek leverde uiteindelijk een tapijt op dat bestaat uit talloze kleine, constant bewegende, nylon naalden. Hij noemt het zelf liefkozend een “stekelhuidje” dat op de romp van elk schip kan worden bevestigd.
Naast nylonvezels bestaat het stekelhuidje uit een tweecomponentenlijm op waterbasis en een polyester folie. De vezels zitten zo dicht op elkaar dat er niets tussen kan komen. Ze zijn bovendien zo vormgegeven dat ze het schip nauwelijks nog vertragen.
Prijs in de categorie MKB
Het stekelhuidje, gepatenteerde onder de naam Finsulate, was vorig jaar al winnaar van de Nederlandse Hiswa-Award 2018 voor innovaties in de watersport. En heeft nu dus een Europese nominatie op zak die voor veel internationale aandacht kan zorgen en mogelijk ook investeerders.
Een grote investeerder heeft Breur al aan boord getrokken met het “Nationaal Groenfonds”. Verder werkt hij bij de productie van de tapijten samen met zogenoemde “Flock-bedrijven”. Dat zijn bedrijven die met behulp van lijm en elektrode korte vezels (bij Breur de nylon naalden) aanbrengen op een vaste ondergrond (bij Breur de polyester folie).
Concurrenten uit Noorwegen en Groot-Brittannië
Breur is niet de enige kanshebber op de Europese uitvindersprijzen. In totaal zijn het er vijftien in vijf verschillende categorieën. Breur is daarbij genomineerd in de categorie midden- en kleinbedrijf (MKB) samen met Esben Beck uit Noorwegen die een intelligente laser heeft ontworpen die parasieten onderwater kan identificeren en uitschakelen, wat voor de teelt van zalm een grote vooruitgang kan betekenen. Nu worden zeeluizen en andere parasieten namelijk vaak nog bestreden met milieuonvriendelijke chemicaliën en antibiotica.
De derde genomineerde in de MKB-categorie zijn Richard Palmer en Philip Green die een flexibele schuimstof hebben ontwikkeld die hard wordt op het moment dat deze ergens tegenaan knalt. Deze uitvinding kan vooral toepasselijk zijn in de sport of gevaarlijke beroepen.
Marktleider geautomatiseerde systemen voor het melkveebedrijf
Naast de categorie MKB zijn er prijzen te vergeven voor het beste idee uit de industrie, onderzoek, niet-Europese landen en iemands levenswerk. Het Nederlandse bedrijf Lely behoort tot de kanshebbers in de categorie Industrie. Om precies te zijn gaat het om Alexander van der Lely en Karel van den Berg voor hun volledig geautomatiseerde melkrobot die voordelen biedt voor zowel koe als veehouder.
Het geweldige van de melkrobot van Van der Lely en Van den Berg is volgens de jury dat deze koeien verbindt met high-tech machines zonder dat ze daarbij hun bewegingsvrijheid verliezen. De koeien bepalen zelf wanneer en hoe vaak zij worden gemolken, zonder dat er enig menselijk handelen aan te pas komt.
Het systeem is bovendien een waardevol instrument voor monitoring en het verzamelen en analyseren van gegevens. De koe-vriendelijke melkrobot komt het dierenwelzijn ten goede, verhoogt de melkopbrengst, reduceert arbeidskosten en helpt boeren bij een efficiëntere bedrijfsvoering.
Volgens voorzitter António Campinos van de European Inventor Awards laat het systeem van Lely zien “hoe high-tech robotica de verduurzaming van de landbouwsector kan ondersteunen en ontwikkelen…. Door de technologie in licentie te geven hebben zij bovendien de marktintroductie versneld en hun bedrijf tot een wereldspeler gemaakt.”
Familiebedrijf Lely is overigens niet de eerste de beste. Het bedrijf is de wereldwijde marktleider op het gebied van geautomatiseerde systemen voor het melkveebedrijf. Volgens een woordvoerder heeft Lely momenteel ongeveer 1500 werknemers in dienst, 2 productievestigingen,1600 patenten en meer dan 40 afzetmarkten. De omzet in 2018 bedroeg 416 miljoen euro, waarbij “de Astronaut” ook zijn steentje bijdroeg.
Prijsuitreiking in Wenen
Wie de prijzen winnen, wordt bekendgemaakt op 20 juni in Wenen. Het publiek kan dan ook een eigen favoriet uitkiezen. De Awards worden al sinds 2006 door het Europees Octrooibureau (EOB) uitgereikt en gelden als een eerbetoon aan individuele uitvinders en teams van uitvinders van wie baanbrekende uitvindingen antwoorden bieden op de grote uitdagingen van deze tijd.
De laatste Nederlander die in de prijzen viel was in 2017, in de categorie Industrie, Jan van den Boogaart die samen met de Oostenrijker Oliver Hayden bij het bedrijf Siemens een snel uit te voeren bloedtest heeft ontwikkeld voor malaria.