Author profile picture

Je zou het ironisch kunnen noemen, of gewoon toeval. De “week van het geluk” werd overheerst door nieuws over terrorisme in Brussel en het overlijden van voetbalheld Johan Cruijff. Reden temeer voor een terugblik op dinsdagavond, toen D66-Raadslid Paul Gielen in het Eindhovense stadhuis met een aantal speciale gasten probeerde te achterhalen hoe geluk los te maken is. Een avond die vooral duidelijk maakte dat de burger het zelf zal moeten vertellen.

leo-bormans-closeHoogleraar en “geluksambassadeur” Leo Bormans was een van de logische gasten. In zijn lezing over de opkomst en het belang van geluk constateerde hij dat de maatschappij verandert: steeds minder gedreven door economie en steeds meer door geluk. Dat zie je volgens Bormans bijvoorbeeld terug in het grote aantal ‘ministers of happiness‘ wereldwijd. Om het geluk te vinden en te stimuleren, zegt Bormans, is het nodig om te reflecteren en vervolgens in actie te komen. Het belangrijkste hierbij zijn andere mensen. “We willen mensen verbinden en versterken.”

Daarom heeft hij samen met Fontys en het Parktheater elf geluksplekken in de stad aangewezen. Plekken waar je in gesprek raakt, in verbinding komt, met andere mensen. Die geluksplekken moeten een katalysator worden voor dat geluksproces.

“Verandering zelf in handen nemen”

“We leven in een tijd van continue verandering”, zegt Bormans. “Je kunt verandering door externe factoren laten bepalen of zelf in handen nemen.”

Na het relaas van de Belgische hoogleraar neemt Paul Gielen, D66-raadslid in Eindhoven, het woord om te vertellen over het initiatiefvoorstel Kantelen. “De mensen hebben zelf de informatie over hoe ze tegen hun kwaliteit van leven aankijken”, zegt Gielen. Hij laat een foto zien van Boy die in een rolstoel door het leven gaat. Als hem wordt gevraagd wat hij hem gelukkig zou maken zien we een foto van een stralende Boy die in zijn rolstoel door de modder wordt voortgetrokken door twee begeleiders, zo te zien op een feestelijk evenement. “We moeten het de mensen zelf vragen. Zij weten zelf het beste wat voor hen geluk betekent.”

Hetzelfde geldt volgens de D66’er voor het gevoel van veiligheid. “Ook daar moeten we de mensen zelf vragen: wat zijn de indicatoren voor veiligheid? En het kan zijn dat daaruit de wens ontstaat om een whatsappgroep met buurtgenoten op te richten, in plaats van een beveiligingscamera in de straat.” Kortom: laat de mensen spreken, en niet de systemen.

Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.30.01Petra Schout vervolgt met een presentatie over een onderzoek van patiëntenfederatie NPCF. De wens waaruit het onderzoek voortkwam sluit aan bij het relaas van Paul Gielen: zorg zou beter aan moeten sluiten bij de wens van de mensen zelf. “We rapporteren te vaak over mensen, in plaats van de mensen zelf over hun situatie.” Als je dezelfde vraag over de waardering van zorg aan beleidsmakers en aan patiënten stelt, krijg je een heel andere score, Aldus Schout. Uit die vaststelling ontstond voor de NPCF een instrument voor zelfbeoordeling van de zorg. Er werden drie groepen onderscheiden voor het beoordelen van de zorg: chronisch zieken, ouderen en mantelzorgers. Aan deze groepen werd gevraagd aan de hand van vragen hun oordeel te geven. Alle resultaten van de onderzoeken staan HIER.

“Als je zorg krijgt die bij je past kun je prima hoog scoren”

De algemene score is een 6,2, bij een groep van 10.000 deelnemers in Nederland. Schout legt zich niet zomaar neer bij deze lage score: “Als je zorg krijgt die bij je past kun je prima hoog scoren. Het hoeft geen logica te zijn dat de score laag is.” In Eindhoven lag de score nog iets lager dan het gemiddelde: 5,9. Mogelijk dat het geringe aantal deelnemers (183) hier van invloed is geweest.

Schout geeft aan dat de ambitie van elke gemeente zou moeten zijn om, in het geval dat er problemen zijn op meer dan vier leefgebieden, de uitkomst naar een positieve balans zou moeten kunnen schuiven. WMO-loketten kunnen aan de hand van de vragenlijsten onderzoeken hoe ze nog beter naar de klanten kunnen luisteren hoe het met ze gaat.

“Hoe gaat het met u?”

Akshaya de Groot en Martijn Burger vervolgen met een presentatie over het meten van geluk. De Groot refereert meteen aan de ambitie van de gemeente Eindhoven: de gelukkigste gemeente van Europa worden. “Om te sturen op geluk, moet je weten hoe het is gesteld met de situatie van je burgers. Daarvoor staat één simple vraag centraal: Hoe gaat het met u?”

Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.32.48Je kunt, zo vervolgt de onderzoeker, objectief meten hoe het is gesteld met zaken als werk en inkomen. Maar het gaat er vervolgens om hoe al deze dingen bij de mensen aankomen. Gelukkig onderzoekt men al 50 jaar de tevredenheid over het leven in Nederland. En wat blijkt: waar men hoger scoort op de vraag “hoe gaat het met u”, leven mensen gemiddeld twee jaar langer. Wat kan de gemeente nu doen? Het begint bij het meten van het geluk, het meten van dingen die er invloed op kunnen hebben en hun effect, en het maken van een dashboard met daarop zeven van de belangrijkste indicatoren die invloed hebben op geluk. Vervolgens moet die informatie uit de dasbhoards verzameld worden door verschillende gemeentes, om met die lessen weer beter te kunnen sturen.

Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.33.42 Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.33.28De Groot en Burger kondigen ook een nieuw onderzoek aan naar het geluk op de werkvloer. Dit onderzoek start in april en in september wordt de rapportage verwacht. De belangrijkste vragen bij het onderzoek: ‘Wat voor werkomstandigheden dragen bij aan het geluk van werknemers?’ en ’waar vinden we de gelukkigste werknemers?’ Meer informatie HIER.

“Ga de wijk in. Dat opent ogen.”

Het slot van de avond is voor Philémonne Jaasma en Evert Wolters, promovendi aan de TU/e met een onderzoek naar burgerparticipatie in Eindhoven. Is de gemeente nog wel burgergedreven, willen ze weten. Wolters vindt dat er een recht moet komen dat de burger recht geeft om data in te zien. Ook waarschuwt hij voor partijen die gemeentes helpen bij het verkrijgen van data van de burgers, maar vervolgens de data niet meer vrijgeven aan gemeentes, laat staan aan burgers.

Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.32.14Voor hun onderzoek ontwierpen Jaasma en Wolters een Buurtbakfiets en visualisatietafels. Met het systeem [X]changing perspectives maken buurtbewoners op een interactieve manier kenbaar waar het wat hen betreft in de buurt goed gaat en waar het aan ontbreekt. Over de bakfietsmethode vertelt Wolters: “Ambtenaren die mee de wijk in gingen vertelden: ik heb in 2 uur maar 6 mensen gesproken, dat is niet efficiënt. Maar dat is juist een heel hoge score, zo gaven wijkwerkers aan.” Heel waardevolle informatie over het welzijn van je burgers komt uit gesprekken met de burgers zelf. Pas op met datagedrevenheid. Ga de wijk in. Dat opent ogen.”

Schermafbeelding 2016-03-26 om 16.31.47