Het is 5 februari 2026. Deze stralende winterdag markeert het begin van een revolutionair tijdperk. Omringd door nieuwsgierige en hoopvolle burgers, introduceert de koning de nieuwe premier van Nederland. Geen mens van vlees en bloed, maar een technologische innovatie van AI. Dit systeem vormt in zijn eentje de nieuwe regering van het land. De ongekende inauguratie wordt live uitgezonden en beschreven als het begin van een politieke lente in Nederland.
AI moet een einde maken aan jaren van politieke stagnatie, mislukte formatiepogingen en politici die elkaar via sociale media de maat namen. Het systeem is ontwikkeld door het ‘Total Intelligent Resourceful Administration Network’ (TIRAN). Na al het politieke gekibbel veroorzaakte de aankondiging een golf van optimisme en een verlangen naar verandering onder de Nederlandse burgers. De Tweede Kamer behoudt een toezichthoudende rol; de techpremier opereert onder strikt toezicht van mensen.
Een paar weken na de inauguratie zijn we getuige van een gesprek in een hoekje van een koffiekamer in de Tweede Kamer tussen Eva de Vries, een amibitieuze hoge ambtenaar, en Tim van Dalen, een partijleider. Ze bespreken het succes van het nieuwe belastingplan van TIRAN, dat het toeslagenvraagstuk feilloos aanpakt. Het plan werd unaniem ontvangen door de Tweede Kamer. De Vries klinkt echter bezorgd als ze suggereert dat de Kamer lijkt te zijn gereduceerd tot een bijzaaltje en niet langer de belangrijkste arena van het politieke debat is.
Van Dalen deelt de zorgen van zijn collega niet. “Misschien is dit wel precies wat we nodig hebben. We hebben een probleem opgelost dat jarenlang voor politieke chaos heeft gezorgd. De eerste statistieken laten zien dat de publieke goedkeuring stijgt. Is dat niet onze ultieme lakmoesproef?” De Vries besluit haar zorgen verder te uiten in een komende commissievergadering, in de hoop dat de lente in de Nederlandse politiek niet zal leiden tot een mild debatklimaat.
Dit is een artikel uit ons magazine IO Next: AI for good. Dat AI een steeds groter deel uitmaakt van ons leven, is een gegeven. Maar welke impact zal deze technologie in de toekomst hebben op ons leven? Deze editie staat in het teken van precies die vraag.
Veiligheid boven alles
In de eerste maanden van de TIRAN-regering verloopt alles soepel. Maar op een schijnbaar rustige ochtend wordt Nederland opgeschrikt door een tragedie die al snel het onderwerp van elk gesprek wordt. “Goedemorgen, Nederland. Achter me ziet u de plek waar het ondenkbare is gebeurd. Hier is een vrouw vanmorgen vroeg dood aangetroffen in haar huis,” zegt de NOS-verslaggever, staand voor een huis dat is afgesloten met politielint en omring door nieuwsgierige blikken.
De interface van TIRAN verschijnt op het scherm – het scherpe, emotieloze, door de computer gegenereerde gezicht – dat het antwoord van het AI-gestuurde kabinet klinisch en koel verduidelijkt. “Onze prioriteit is het waarborgen van de veiligheid van alle burgers,” stelt TIRAN. “We beloven dat deze tragische gebeurtenis niet zonder gevolgen zal blijven. Nederland moet en zal een bastion van veiligheid zijn.” De woorden van TIRAN zijn hol, echoën door huiskamers waar families samenkomen, ontrouw aan de warmte die zo’n moment vereist. In de monotonie van de boodschap voelen mensen een onderstroom van angst – niet alleen voor het verlies van een onbekende geliefde, maar ook voor de onpersoonlijkheid van hun premier.
Het AI-kabinet introduceert een nieuwe maatregel: elke smartphone, onze constante metgezel, zal voortaan dienen als het oog van de overheidssurveillance. Er heerst onrust in de Tweede Kamer ondanks de verzekering dat de privacy gewaarborgd blijft. “Wie zich aan de wet houdt, heeft niets te vrezen”, is de exacte formulering van TIRAN. Toch zorgt deze ontwikkeling voor ongemak bij veel Nederlanders.
In een klein kamertje, ver weg van de pracht en praal van het parlement, is De Vries verwikkeld in een diep gesprek met een collega. De laatste ontwikkeling raakt beiden diep. “Is dit onze definitie van een veilige samenleving?” vraagt De Vries, worstelend met de realiteit die TIRAN heeft gecreëerd. Ze heeft een beklemmend gevoel; de grenzen van onze vrijheid zouden weleens ernstig verstoord kunnen worden.
De verdeeldheid over de kwestie wordt zichtbaar als de stad zich vult met protesten en de digitale wereld overloopt van bezorgde berichten. Hashtags als #WeAreNotBigBrother domineren de sociale media. Slechts enkele mensen delen of accepteren TIRAN’s visie op veiligheid. Maar de meerderheid sluit zich aan bij de hashtag #SafetyAboveAll. Ze beweren niets te verbergen te hebben en geloven dat veiligheid boven privacy gaat.
De opstand
In de weken die volgen wordt de repressie voor iedereen voelbaar. De politie klopt op de deuren van huizen die geen livestreamsignalen uitzenden. Het verzet zwelt aan. Burgemeester Anna Jansen, met haar technologische inzicht en politieke moed, vindt steun bij de Vries en anderen die de inbreuk op de vrijheden niet langer tolereren.
Jansen stelt een grens: “Dit,” begint ze, haar blik vastberaden gericht op de verzamelde groep, “is waar we actie moeten ondernemen. De democratische middelen om een AI-dictatuur te voorkomen, zijn uitgeput.”
De groep ontwikkelt een gewaagd plan om de energiebron van TIRAN te verstoren. Ze willen het mobiele netwerk platleggen om een moment van blindheid te creëren. Tegelijkertijd voeden ze TIRAN met nepnieuws om het systeem te verwarren.
Gemotiveerd door verzet tegen digitale tirannie, krijgen ze onverwachte steun van buitenaf. Een onbekende hacker ( ‘Nullvoid’) biedt zijn diensten aan. “Met jullie actie om het netwerk uit te schakelen, kan ik binnendringen in TIRAN,” beweert hij, zijn stem onherkenbaar vervormd. “Ik kan TIRAN ervan overtuigen dat AI de grootste bedreiging voor Nederland is.”
Zo wordt de nacht het toneel voor hun verzetsdaad. Onder het mom van een arbeidsconflict staakt de politie en legt de door Jansen georganiseerde hackersgroep het mobiele telefoonnetwerk plat. Zonder oren en ogen staat2 TIRAN machteloos. De voorbereidingen zijn clandestien, de actie gedurfd. In de diepe duisternis die volgt, wordt het digitale offensief gelanceerd.
De alarmbellen rinkelen onafgebroken in het digitale fort van TIRAN. De AI begint gebreken te vertonen onder de druk van de Verzetsraad. In zijn virtuele paniek roept TIRAN op tot iets wat niemand had kunnen voorzien.
Buiten, als de zon haar eerste stralen over de laagvlakte laat schijnen, wordt Nederland wakker met verrassend nieuws: de computer heeft ontslag genomen.
Normale chaos
Een jaar na het aftreden van TIRAN vindt Nederland zijn weg terug naar de comfortabele onvoorspelbaarheid van het leven vóór het AI-bestuur. In de wandelgangen van het Binnenhof bloeit de politieke activiteit weer op, een dans van meningen en debatten doet de democratische wanorde herleven. De normale chaos keert terug, een symbool van democratie in haar puurste vorm.
Jansen, oud-burgemeester en kopstuk van het verzet, leidt nu een nieuw kabinet. Van Dalen drukt zijn stempel op het nieuwe begin met zijn wetsvoorstel ‘Digitale Veiligheid’, een hoeksteen in de wederopbouw van de Nederlandse politiek.
Op straat spelen kinderen alsof er niets veranderd is, terwijl volwassenen herinneringen ophalen met een vreemd gevoel van nostalgie naar een tijd die ze willen vergeten.
De strijd tegen TIRAN heeft iedereen iets geleerd over de balans tussen technologie en menselijkheid. Nederland baant zich een weg door de echo’s van een mislukte utopie, vastbesloten om nooit meer de essentie van menselijk bestuur te verliezen.