Het coronavirus is niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. In januari verbaasden we ons over de bizarre lockdown in China. Nog geen half jaar later kunnen we in Europa terugkijken op onze eigen varianten op het ‘draconische’ beleid dat niemand voor mogelijk hield.
Voor Europa begon de ellende in het midden van februari. Toen kreeg het noorden van Italië ineens te maken kreeg met een sterke toename van COVID-19-besmettingen. Via Lombardije en later ook Oostenrijk en Zwitserland verspreidde het virus zich in de weken daarna naar elke uithoek van het continent.
De regeringen kregen een duivels dilemma voorgeschoteld: wat te doen? In deze reeks van vier artikelen nemen we de strategieën van verschillende landen in Europa en de rest van de wereld onder de loep. Waar ging het goed en waar ging het mis? Op deze laatste vraag geeft IO deze week antwoord.
Zweedse kudde-immuniteit kost (te) veel tijd
Op de bovenstaande kaart met het aantal vastgestelde diagnoses in de voorbije week valt Zweden nogal op. Hier is overigens bewust voor gekozen. Door de bevolking gecontroleerd bloot te stellen aan het virus moest op termijn groepsimmuniteit voor COVID-19 ontstaan. Het land kende minder zware restricties dan buurlanden en deed vooral een beroep op het individuele verantwoordelijkheidsgevoel van de bevolking.
Door de pandemie gecontroleerd toe te laten, zou het leed het snelst voorbij zijn en de economische schade tot het minimum beperkt blijven… Los van een verbod op bijeenkomsten met meer dan vijftig aanwezigen is eigenlijk alles open gebleven. Chef de Mission is viroloog Anders Tegnell van de Zweedse gezondheidsautoriteit die met zijn eigenzinnige insteek zeker in de begindagen bijna een cultstatus verkreeg in zowel binnen- als buitenland.
De steun voor dit experiment is inmiddels behoorlijk afgebrokkeld nu het aantal nieuwe diagnoses eigenlijk overal in Europa drastisch daalt, behalve in Zweden. De gehoopte groepsimmuniteit – waarbij 60-70% van de bevolking over antistoffen moet hebben – bleef uit. Met meer dan 56.000 besmettingen en 5000 doden op de teller, zijn dit soort percentages na drie maanden nog steeds ver weg. Volgens een omvangrijk onderzoek onder de bevolking van Stockholm beschikte eind mei slechts 7,3% antistoffen.
Het relatieve sterftecijfer is intussen vier keer zo hoog als in Denemarken en maar liefst tien keer meer als in buurland Noorwegen. De Scandinavische landen houden hun grenzen met Zweden voorlopig potdicht. Of het experiment van Tegnell doorgaat moet het oordeel van een onafhankelijke commissie naar de strategie uitwijzen. Zelf gaf hij twee weken geleden aan dat er inderdaad flinke fouten gemaakt zijn. Doet Zweden het ook anders op economisch vlak? Nauwelijks, zo blijkt uit cijfers van analisten.
[twenty20 img1=”226146″ img2=”227176″ offset=”0.5″ before=”5 juni” after=”12 juni”]
Bloedbad na Britse besluiteloosheid
Aanvankelijk leek Groot-Brittannië, net als Zweden, in te zetten op groepsimmuniteit. Maar toen eind maart het aantal geïnfecteerden elke paar dagen verdubbelde, kozen de Britten eieren voor hun geld. De amicale premier Boris Johnson raakte ironisch genoeg begin april zelf besmet met het virus. Hij zag de ernst van de situatie voor hem en zijn land vermoedelijk pas echt in toen hij zelf werd opgenomen op de intensive care. Het ziekteverloop van de premier lijkt metaforisch voor het hele Verenigd Koninkrijk. Dat onderschatte de risico’s, reageerde traag en greep pas in toen het te laat was. Uiteindelijk werd er toch gekozen voor een milde variant op een lockdown.
Medio juni telt het land meer dan 42.000 doden en heeft het na België – dat ook overledenen in zorghuizen meetelt – het hoogste aantal overledenen per 100.000 inwoners. Het mortaliteitscijfer door COVID-19 is in de regio’s Londen en East of England maar liefst 22 procent. Torenhoge percentages in vergelijking met de 4,7 procent in Duitsland en 1,8 procent in Slowakije. Dat ook Nederland hier met het lage aantal tests met 12,3 procent ver onder zit, toont duidelijk aan dat de Britten veel meer hadden kunnen doen.
„Als we de lockdownmaatregelen een week eerder hadden ingevoerd, dan had het dodental meer dan de helft minder kunnen zijn,” concludeerde gezondheidsexpert Neil Ferguson. Hij adviseerde de overheid in de begindagen van de crisis, tot hij zelf moest vertrekken wegens het schenden van de quaranaineregels. Het land ging als laatste de lockdown in, kampte maandenlang met leveringsproblemen van gezichtsbescherming en kreeg de testcapaciteit pas een aantal weken geleden op de rit. Toch lijkt het einde van de eerste piek in zicht. Ondanks het vele testen, is het aantal nieuwe positieve diagnoses hier inmiddels gedaald tot aantallen die steeds meer overeenkomen met de Europese moyennes.
Spaanse siësta in cruciale aanloopfase
Nadat de Italianen werden overrompeld door de pandemie, was Spanje het tweede land waar de verspreiding uit de hand liep. De beruchte Champions League-wedstrijd tussen het Atalanta Bergamo en het Spaanse Valencia ontketende binnen no-time een ongekende coronahaard in de regio Bergamo.
Ondanks de aanwezigheid van duizenden Spaanse supporters die COVID-19 ook aantoonbaar meebrachten naar eigen land, werd op 4 maart het risico op een pandemie zelfs nog naar beneden bijgesteld tot ‘minimaal‘. Ondertussen gingen grote evenementen door. Miljoenen Spanjaarden werden zonder enige vorm van bescherming, voorlichting of waarschuwing blootgesteld aan een dodelijk virus. In slechts tien dagen steeg het aantal besmettingen van 228 naar 6.381. Het ‘minimale veiligheidsrisico’ transformeerde in een lockdown van de meest draconische soort.
Lees hier de columns van Koen Greven over de situatie in Spanje.
Spanjaarden mochten tot juni alleen maar naar buiten om een hele goede reden. De politie kreeg assistentie van het leger om alles in goede banen te leiden. Bleven de burgers hierdoor massaal braaf binnen? Niet bepaald. Eind mei liet het Ministerie van Binnenlandse Zaken weten dat de autoriteiten meer dan 1 miljoen boetes hadden uitgeschreven voor lockdown-overtredingen. Relatief gezien veel meer dan in Italië en Frankrijk die een soortgelijk beleid kenden.
Drie maanden later ligt het de toename van nieuwe patiënten nog steeds boven het Europese gemiddelde. La Rioja en Madrid zijn al maanden de landsdelen met de hoogste diagnosedichtheid van heel Europa. Ze liggen qua sterfte vlak achter Groot-Brittannië. Ook op economisch vlak is de schade desastreus. De Centrale Bank van Spanje voorspelt een krimp van 9 tot 15 procent, percentages die overeenkomen met die van de jaren ’30 van de vorige eeuw…
Wit-Russen witheet om wegkijkende wodka-dictator
Bij een pandemie zijn er pakweg twee strategieën: gecontroleerd toewerken naar massa-immuniteit zoals Zweden. Of met maatregelen het reproductiegetal dusdanig verlagen dat de exponentiële groei van de pandemie stopt, zoals Spanje. Toch koos Wit-Rusland een derde optie: niets doen. President Alexandr Loekasjenko benadrukte vooral hoe hij zich absoluut niet bang liet maken door coronavirussen. Op televisie deed hij voor hoe hij zichzelf beschermde tegen dit ‘griepje’. Een combinatie van ijshockey, wodka, traktorritjes en militair machtsvertoon zou volgens hem het Wit-Russische wondermiddel zijn.
Omdat Loekasjenko al sinds 1992 ‘democratische verkiezingen’ wint met percentages van rond de 80% en hij vrije pers ongeveer net zulke onzin vindt als coronamaatregelen, moeten de cijfers uit Wit-Rusland met een grote korrel zout genomen worden. Zelfs op basis van deze onbetrouwbare data staat het land er op diagnosegebied verschrikkelijk voor. Ondanks een karig testbeleid ligt het aantal vastgestelde diagnoses op 57.333 op een bevolking van nog geen tien miljoen.
Het dodental van 337 (0,5 procent van de besmettingen) is daarbij onrealistisch laag. Het (gebrek aan) beleid van de regering leidt tot steeds meer onvrede onder de bevolking. Die maakt dit ook steeds meer op straat kenbaar. En met verkiezingen in aantocht lijkt een winst voor de zittende president ineens helemaal niet meer zo vanzelfsprekend. Neemt Loekasjenko deze dreiging wel serieus? De twee kansrijkste opponenten zijn uit voorzorg in een gedwongen vorm van zelfisolatie gezet.
De landen in dit artikel vormen niet per se een ranglijst met de vier ‘slechtste’ coronalanden. Ze zijn bovendien niet de enige waar veel kritiek is op de corona-strategie. Ook in Rusland, België, Frankrijk en Italië gingen een hoop zaken niet goed.