Als iets het verleden van Brabant heeft gevormd, dan is het het boerenleven. Landbouw en veeteelt bepaalden honderden jaren de invulling van de zandgronden. Daar kwam in de twintigste eeuw een minstens zo belangrijke stroom naast te staan: die van de technologie. Tel de twee bij elkaar op en je ziet direct de onmiskenbare logica van Brabants toppositie in de agrotech. De kennis van deze primaire sector uit het verleden levert, als vruchtbare ondergrond, juist dankzij de aanvullende hightech-expertise van het heden de magische mix op waar veel Brabantse successen momenteel op stoelen. Met duurzamere productiemethoden, alternatieve eiwitten en minder impact op het milieu levert de sector een belangrijke bijdrage aan de wereldwijde transitieopgaven.
De volledige agrofood waardeketen is vertegenwoordigd in Brabant, van primaire productie tot animal genetics en van vertical farm tot wholesale. Dat geldt zowel voor de complete sector als voor deelketens rond bijvoorbeeld aardappelen of kippen. En samen vormen ze het bewijs dat het echt onderscheidende zit in de onverslaanbare combinatie tussen vertegenwoordigers van de traditionele landbouwsector met die van de hightech.
Samenhang in beeld
De cijfers onderbouwen het succesverhaal, zo blijkt uit het net gepubliceerde overzichtsrapport “Agrofood Sector: an in-depth overview of the agrofood sector in Brabant” van de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM). Waar Nederland op wereldniveau alleen de VS voor zich ziet staan als het gaat om de exportcijfers voor landbouw, is Brabant binnen Nederland de hofleverancier met 14.000 verschillende ondernemingen en bij elkaar ruim 80.000 banen. En dat zijn dan alleen nog maar de vertegenwoordigers van de traditionele agrarische sector – veel van de sterk daaraan gelieerde foodtech en agrotech-bedrijvigheid moet daar nog bij worden opgeteld.
Voor opdrachtgever Sandra van den Poll, bij de BOM Project Manager Foreign Investments met een focus op agrotech en foodtech, is dat meteen ook de grootste ‘eye-opener’ van het onderzoek. “Natuurlijk wisten we al wel dat de hightech sector in Brabant inmiddels heel erg verweven is met de hele landbouw en veeteelt, maar juist daarom is het goed daarvoor ook het harde bewijs te hebben. Bovendien hebben we nu de concrete samenhang veel beter in beeld gekregen.”
Niet goed zichtbaar
In het onderzoek van de BOM is niet alleen gekeken naar bedrijven die als agrofood-bedrijf staan geregistreerd, maar ook naar de aanpalende hightech bedrijvigheid, zoals bedrijven die sensoren, software, machines en verwerkingstechnologie voor de voedselwaardeketen ontwikkelen. Het BOM-onderzoek laat zien dat agrofood en hightech in de Brabantse regio’s intensief samenwerken en volop bezig zijn met de oplossingen voor een wereldwijde duurzame voedselproductie. “Screening van de meer dan 1600 hightech bedrijven in Brabant met meer dan 10 medewerkers laat zien dat meer dan 30% van deze bedrijven actief is in de agrofood sector”, aldus de onderzoekers. Hun activiteiten variëren van stallenbouw, luchtzuivering en klimaatbeheersing tot kasautomatisering, landbouwmachines, en handlingsystemen voor het sorteren en verpakken van de oogst. En dat is geen verrassing, want al die activiteiten vallen binnen een hightech sector die goed is voor 30% van alle industriële R&D van Nederland, 50% van alle Nederlandse patentaanvragen. Brabant staat niet voor niets op de vijfde plaats van meest innovatieve regio’s in Europa.
Een duurzame ontwikkeling en exploitatie van de voedselproductie komt in Brabant zowel van gevestigde bedrijven als disruptieve start-ups. Aansprekende voorbeelden zijn The Protein Brewery (nieuwe plantaardige eiwitten), Contronics (dat levensmiddelen langer vers kan houden), Carezzo Nutrition (eiwitverrijkte voedingsmiddelen) Signify en Plantlab (indoor farming) of ByFlow (3D-voedingsmiddelenprinters). De optelsom van al die bedrijvigheid binnen de agrofood maakt duidelijk dat de volledige waardeketen goed ontwikkeld is in de regio. Dat geldt ook voor ondersteunende diensten en relevante kennisinstellingen, die de robuustheid van de sector verder versterken.
Eiwitten essentieel in de voedseltransitie
Voor Paulus Costers, programmamanager bij Green Chemistry Campus, een innovation center in Dinteloord dat volop experimenteert met de toepassingen van plantaardige eiwitten, is het hoog tijd dat de westerse wereld door krijgt hoe belangrijk de voedseltransitie is. In een podcast van de BOM wijst hij erop dat het misschien nog niet zo’n gangbaar begrip is als de energietransitie, maar voor de mens daarom niet minder belangrijk. “In het welvarende Nederland worden we nog niet geconfronteerd met de tekorten die er in hele grote delen van de wereld wel zijn. Brandhaarden ontstaan vaak vanuit een voedselproblematiek. Maar de wereld is één geheel, dus de transitie is ook voor ons enorm belangrijk. De druk op de natuurlijke systemen is extreem hoog. Als we dat willen veranderen moeten we dat doen op een manier die de burger én de consument én de natuur dient. De eiwittransitie is daarin essentieel, want eiwit is momenteel het meest onduurzame onderdeel van onze voedselketen. Koolhydraten zijn relatief makkelijk te vervangen, die zijn al plantaardig, maar het is vooral aan de eiwitkant, die nog vrijwel geheel dierlijk is, heel erg urgent.”
Dat besef is bij Wim de Laat van The Protein Brewery uit Breda al lang en breed geland. Op lab-niveau is hij al tien jaar bezig met de productie van eiwitten uit suikers. Bieten, mais en aardappels zijn namelijk een net zo voedingsrijke maar veel goedkopere en vooral veel duurzamere bron van eiwitten dan koeien, varkens en kippen dat zijn. “Zonder stikstofuitstoot, zonder dierenleed en veel minder bodemintensief kunnen we de wereldbevolking van haar complete eiwitbehoefte voorzien.” Dankzij een recente investering van 22 miljoen kan The Protein Brewery volgend jaar de eerste stappen zetten naar een commerciële invulling van wat tot op heden vooral op lab-niveau zichtbaar werd. “In 2021 krijgen we onze eerste demo-fabriek, maar mede vanwege regelgeving zal het nog wel drie jaar duren voordat we de markt echt op volle schaal kunnen gaan bedienen.”
Spuitstukken op landbouwmachines
Sandra van den Poll noemde naast de belangrijke eiwitproductie ook agrotech als essentieel bestanddeel van de transitie. En ook daar speelt Brabant op wereldniveau mee, zo blijkt uit de vele mondiaal opererende bedrijven actief in de agrotech. BBLeap, waar precisielandbouw naar een heel ander niveau wordt getild, is een mooi voorbeeld van zo’n bedrijf actief op precisielandbouw. Oprichter Peter Millenaar van de start-up uit Gilze-Rijen is zich er bewust van dat hij nog aan de voorkant van de ontwikkelingen staat. “Nog net te vroeg voor groot commercieel succes dus, maar dat gaat nog wel komen.” BBLeap ontwerpt en bouwt spuitstukken die op bestaande landbouwmachines gemonteerd worden en zo kunnen zorgen voor een dosering op plantniveau. “Niet op basis van het gemiddelde van het gemiddelde, zoals bestaande machines werken, maar met een specifieke dosering die voor elk vlak van 50 bij 50 centimeter, of zelfs 25 bij 25, anders kan zijn.”
De Leapbox heeft tot zo’n 250 pulserende spuitdoppen waarvan de afgifte maximaal veertig keer per seconde kan wijzigen. In nauwe samenwerking met de internationaal koploper op het gebied van precisielandbouw Jacob van den Borne uit Reusel is de eerste toepassing gebouwd. Die is er alvast heel enthousiast over, maar Millenaar is nog lang niet tevreden. “Wij willen altijd meer dan de klant zich kan voorstellen. Het is ook niet zo dat wij onze oplossingen maken op basis van een marktvraag. Wij proberen ons een situatie voor te stellen die het beste resultaat oplevert. We zijn geen boeren, we kunnen niet telen, we zijn een technologiebedrijf dat de boeren kan helpen met oplossingen waar ze zelf nog niet aan gedacht hebben.”
Een kans voor Brabant
Volgens Van den Poll laten al die voorbeelden zien hoe sterk de provincie is in agritech en in de grote transitie die plaatsvindt rond eiwitten. “Beide ontwikkelingen zie ik nadrukkelijk in relatie tot de oplossing van de grote vraagstukken waar de agrarische sector momenteel voor staat. Innovatie kan de spanningen helpen oplossen die we nu geregeld zien opborrelen.”
Het is precies die optelsom van agrofood als natuurlijke ondergrond met foodtech en agrotech als logische bouwstenen daarbovenop die Brabant in een bijzondere positie brengt. “Juist omdat Brabant een dichtbevolkte agglomeratie is met een hoge druk van de agrofood sector op de leefomgeving, is hier de druk hoog om slimme oplossingen te ontwikkelen met minimale impact op de mens, dier en milieu”, stelt Van den Poll vast. “En omdat deze problemen in toenemende mate ook elders in de wereld spelen, zorgt dit voor mogelijkheden om het hoge kennisniveau dat er bij ons is daarvoor in te zetten. Inclusief de exportkansen voor Brabantse agri en foodtech.”
Logisch dus dat de BOM diverse programma’s en projecten heeft lopen voor de ontwikkeling van verdienmodellen rond eiwittransitie, smart farming, efficiënt grondstoffengebruik en vermindering van de voedselverspilling. Het rapport noemt naast dit soort nieuwe niches ook ‘ontwikkelingsgebieden’ rond kansrijke thema’s zoals agrorobotisering, alternatieve eiwitten, datascience in agrofood en innovatieve kweektechnieken.
Voor Sandra van den Poll krijgen de niches rond agrotech en de eiwittransitie de komende tijd alle aandacht, maar vormen daarnaast ook de ontwikkelingsgebieden een interessant speelveld. “Er is juist daar heel veel innovatieve technologie die potentiële oplossingen te bieden heeft. We gaan ons dus zeker ook verdiepen in de kansen rond die ontwikkelingsgebieden, bijvoorbeeld door bedrijven te ondersteunen die actief zijn op deze deelterreinen. Door zich in Brabant te vestigen kunnen ze optimaal in het ecosysteem meedraaien. Ik kan dankzij dit rapport heel makkelijk laten zien waarom ze dat zouden moeten willen, wat precies voor hen de toegevoegde waarde is. Ik ben nu bijvoorbeeld bezig met een pitch voor een bedrijf waarvan ik zeker weet dat ze heel gelukkig zouden worden van een vestiging in Brabant. Door ze op ons ecosysteem te wijzen, kunnen we zo’n bedrijf helpen, maar tegelijk ook ons ecosysteem verder versterken.”
Brabant kent negen agrofood clusters, campussen en andere samenwerkingsvormen:
- Food Tech Brainport, Helmond
- GrowWise Research Center by Signify, Eindhoven
- Precision Ag(riculture) Center South, Reusel
- Green Chemistry Campus, Bergen op Zoom
- Nieuw Prinsenland (Agrofood Cluster), Dinteloord
- Green Protein Excellence Center, West-Brabant
- Agri & Food Plaza, Den Bosch
- De Jamfabriek, Den Bosch
- Delta Agrifood Business, Bergen op Zoom