In 2005 perste de staalfabriek van ArcelorMittal in Dudelange de laatste stukken heet staal door haar walsen. Toen gingen de ovens uit. Sindsdien rust de 600 meter lange walserij als een stille reus in het karige landschap aan de Franse grens. Aan de ene kant van het complex ligt de Route de Thionville. Aan de andere zijde is er de Route de Volmerange. Beide autowegen komen aan de onderkant van het driehoekige terrein samen in één weg richting Frankrijk.
De fabrieksdrukte van weleer is verdwenen. Er beweegt zich nauwelijks meer iets in het met hekken omringde gebied. Wel staan er grote borden waarop te lezen is dat hier een grootse metamorfose gaat plaatsvinden. Als je goed kijkt, zijn de eerste tekenen daarvan al te zien.
Door de crisis in de staalindustrie van net na de eeuwwisseling besloot multinational ArcelorMittal de fabriek te sluiten. De overgebleven hallen en installaties staan daar als stille getuigen van een roemrijk verleden. De regering investeert echter nu een half miljard euro in de sanering van dit voormalige industrieterrein. 24 miljoen euro van het coronaherstelfonds zal worden gebruikt om een energieconcept te ontwikkelen. Waar vroeger tonnen broeikasgassen vrijkwamen, gaat nu NeiSchmeltz ontstaan. Een CO2-vrije wijk.
Hergebruik van land
Vanaf het stadhuis van Dudelange is het ongeveer 15 minuten lopen naar het nu verlaten terrein. Het 36 hectare grote industriecomplex grenst direct aan de woonwijk Schmeltz. In de oude staalfabriek komen woningen en bedrijfsgebouwen, alsmede culturele voorzieningen.
“Het project is voortgekomen uit een ontwerpwedstrijd die we in 2009 hebben gewonnen”, zegt Sala Makumbundu, managing partner van het Luxemburgse CBA architects. “Het doel van de stad en van het ministerie van Volkshuisvesting was om er een gemengd gebied te creëren.”
NeiSchmeltz is niet het eerste project dat Luxemburg uitvoert om een industriegebied een nieuwe bestemming te geven. In de Luxemburgse wijk Belvaux – waar vroeger ook een staalfabriek stond – staan delen van de vroegere Hoogovens parmantig naast de gloednieuwe gebouwen van de universiteitscampus. Hergebruik van deze terreinen is een noodzaak in dit kleine land, waar de vraag naar woningen alsmaar toeneemt.
Nieuwe plek voor stedelingen
De gemeente Dudelange had al lange tijd de bedoeling om het nu braakliggende terrein een tweede leven te bieden. Vlakbij dit voormalige staalcomplex bevinden zich het stadsziekenhuis en verschillende recreatiegebieden. De grote ‘zwarte vlek’ binnen de stad heeft jarenlang een gebied bezet gehouden dat onbenut werd, maar waar inwoners straks kunnen wonen en recreëren.
Omdat het nog wel even gaat duren voordat NeiSchmeltz af is, heeft het gemeentebestuur al een deel van het gebied opengesteld voor het publiek. Zo is er een klein skatepark aangelegd en een basketbalveld. Het zijn beloftes voor wat straks nog meer gaat komen.
Culturele hoofdstad
Ondanks het feit dat slechts een klein deel van het gebied toegankelijk is voor het publiek, komen er toch al veel Dudelangers langs die hier hun hond uitlaten of er een wandelingetje maken. De stilte in het gebied wordt – afgezien van het verkeer op de autowegen van en naar Frankrijk – geregeld doorbroken door de renovaties die in sommige pakhuizen plaatsvinden.
Sinds Esch-sur-Alzette is uitgeroepen tot Culturele Hoofdstad van Europa voor 2022 – samen met Kaunas (Litouwen) en Novi Sad (Servië) – haken ook andere Luxemburgse steden aan door culturele evenementen te organiseren. Zo vinden er in Dudelange tentoonstellingen plaats in een paar industriële locaties op dit terrein.
“De gemeente en het ministerie van Volkshuisvesting vinden het belangrijk dat tijdens de ontwikkeling van het project het gebied al gaat leven. Zo kunnen mensen in de loop van de tijd de nieuwe ruimtes ervaren”, legt Makumbundu uit.
De innovatiehub van Dudelange is er ook al. Het is gevestigd in een gebouw naast de voormalige walserij en grenst aan de skatebaan en het basketbalveld. In sommige ruimtes van het reusachtige pakhuis hebben kunstenaars een ruimte om hun werk te tonen. De meest iconische stukken van de industriële archeologie – een watertoren en een pompstation – zijn een museum geworden.
Benutting van het energiepotentieel
Een van de twee energiestrategieën die worden onderzocht bestaat uit de exploitatie van het geothermisch potentieel van de bodem. Makumbundu heeft goede hoop dat dat gaat lukken.
“We zijn van plan om tot 2 kilometer diep te boren. Het resultaat van de eerste proefboring van 30 meter was beter dan door geologen voorspeld was. Wij geloven dat het potentieel er is om het te realiseren”, vertelt Makumbundu.
Als het geothermische concept niet werkt, zullen zonnepanelen het alternatief zijn. Die komen er sowieso, en wel op het dak van de walserij. De panelen moeten een deel van de voor de wijk benodigde energie leveren. Het idee is hoe dan ook om woningen te bouwen met een lage energiebehoefte.
Luxemburg is wat dat betreft een koploper in de EU. Sinds 2017 moeten nieuwe woningen voldoen aan de energienormen van de A-klasse. De toekomstige gebouwen van NeiSchmeltz zullen naast een uitstekende isolatie van muren en daken ook compact zijn en zoveel mogelijk moeten profiteren van zonnewarmte.
Slapende reus
Het zoveel mogelijk hergebruiken van de materialen van de gebouwen is een ander belangrijk aspect in het project. Zo blijft de staalstructuur van de 600 meter lange walserij bestaan. Wel krijgt het dak een nieuwe bekleding om de installatie van zonnepanelen mogelijk te maken. De bestaande muren van de nu slapende reus worden afgebroken. In plaats daarvan komen kleurrijke bakstenen gevels voor de nieuwe woningen die in de walserij worden gebouwd.
“Bovendien brengen we het water terug in het gebied. Omdat de fabriek behoefte had aan koelwater, is een rivier die hier stroomde, gekanaliseerd. Het stroomt nu door een pijp onder de grond. Wij willen de rivier weer deels aan de oppervlakte brengen”, vertelt Makumbundu.
Behalve dat de rivier mooi is om naar te kijken, heeft het water ook een relevante functie. Het water moet er in de zomermaanden mede voor zorgen dat het gebied niet al te veel opwarmt. Op die manier is er minder energie nodig om de woningen te koelen.
De herinnering blijft
Het project zal naar verwachting in 2035 voltooid zijn. Tegen die tijd is het complex van de voormalige staalfabriek omgetoverd tot een open gebied, dat onderdak biedt aan gezinnen met lage inkomens en tevens een culturele hotspot in de stad is. Groen zal het grijs verdringen en de inwoners van Dudelange krijgen een nieuwe plek om te wonen en te recreëren.
Toch verdwijnt het verleden niet helemaal. In deze nieuwe wijk waar straks elektrische auto’s zoeven en zonnepanelen voor energie zorgen, vormt de watertoren een blijvende herinnering aan de tijd dat hier met veel lawaai, vlammen en rook, het staal werd gesmeed waarop Luxemburg deels zijn huidige welvaart bouwde.
Steun ons!
Innovation Origins is een onafhankelijk nieuwsplatform, dat een onconventioneel verdienmodel heeft. Wij worden gesponsord door bedrijven die onze missie steunen: het verhaal van innovatie verspreiden. Lees hier meer.
Op Innovation Origins kan je altijd gratis artikelen lezen. Dat willen we ook zo houden. Heb je nou zo erg genoten van de artikelen dat je ons een bedankje wil geven? Gebruik dan de donatie-knop hieronder: