Auto’s die op ijzer rijden in plaats van op benzine of elektriciteit: volgens onderzoekers van de TU/e zou dat over enkele jaren zomaar mogelijk kunnen zijn. Maar ook energieonderzoekscentrum ECN, energiecentraleproducent Mitsubishi en de Budelse zinkproducent Nyrstar hebben interesse getoond om samen met de onderzoekers te kijken of metaalbrandstoffen nuttig gebruikt kunnen worden.
Hoogleraren Niels Deen en Philip de Goeij leggen in een interview met de Volkskrant uit hoe ze op hun vinding zijn gekomen. IJzer is volgens de onderzoekers een prima energiedrager. Het herbergt per kilogram veel meer energie dan bijvoorbeeld de lithium-ionaccu’s die nu in elektrische auto’s worden gebruikt. Met name voor het lange-afstandstransport van goederen over de weg en zee zijn accu’s niet geschikt.
De Volkskrant:
IJzer is een prima energiedrager, zegt hoogleraar verbrandingstechnologie De Goey, net als benzine en diesel kan ijzer veel energie in een relatief klein volume herbergen. Fijngemalen ijzer kan worden verbrand, waarbij veel energie vrijkomt. Wat resteert is roest, hetzelfde bruine spul dat aan oude auto’s en fietsen kleeft. Het mooie is dat roest weer kan worden gereduceerd tot ijzer en water, door er bij hoge temperaturen waterstof doorheen te blazen. ‘Als de waterstof gewonnen is uit zonne- of windenergie, ontstaat een gesloten, duurzame keten’, zegt Deen, hoogleraar multiphase and reactive flows.
Het omzetten van ijzer in bewegingsenergie is nog niet erg efficiënt, zegt de Goeij: uiteindelijk komt 25 procent van de oorspronkelijke energie vrij in de vorm van nuttige arbeid. De meeste verbrandingsmotoren presteren volgens de Eindhovense hoogleraar overigens niet veel beter.
Er is wel nog een lange (onderzoeks)weg te gaan vooraleer we werkelijk op ijzer kunnen gaan rijden. De onderzoekers hebben zich dan ook aangemeld voor een subsidie van het Europese onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon 2020. Op die manier moeten de laboratoriumtesten worden uitgebouwd tot echte praktijkproeven.